Leerredenen van M. Rummerink, rustend Predikant te Dordrecht. IIde Deel. Waarbij gevoegd zijn deszelfs Bedenkingen, over het bidden van den Heere Jezus in Gethsemane, en de door hem, onder eede, afgelegde belijdenis voor het Gerigt. Te Dordrecht, bij P. van Braam. 1808. In gr. 8vo. 324 Bl.
In dit tweede Deel onthaalt de rustende Predikant rummerink zijne Lezers, behalve op de in den titel vermelde Bedenkingen, op acht Leerredenen over de volgende Bijbelteksten: (1, 2.) Ps. LXXXIX:16. (3) Ps. LXXXIX:17. (4) Ps. LXXXIX:18, 19. (5) Eph. III:12. (6) Jes. VIII:13. (7) Ps. XVIII:2. (8) 1 Petr. V:10, 11. Zij zijn allen in denzelfden ouderwetsch-gemoedelijken trant vervaardigd, als de voorgaande. Gegronde Bijbelkennis zal men er niet uit halen, en even weinig voedsel daarin vinden voor een onbevooroordeeld nadenkenden geest over den waren aard en de geheele strekking der Goddelijke Bijbelleer, om ons ware levenswijsheid en als 't ware een hemel op aarde te bezorgen.
Als men onze Christenen, als iets, dat buiten tegenspraak is, leert, dat door het volk, welk het geklank kent, de onderdanen van 't geestelijk Koningrijk van den Messias, 't welk door alle tijden heen, ook voor de komst van Jezus in de wereld, plaats had, verstaan worden, die hier genoemd worden een volk, dat 't geklank kent, als de stem van het heilrijk Evangelie, door de levendigmakende genade van den H. Geest, kennende; dat de zinnebeeldige voorstelling van 't Evangelie, onder de benaming van 't geklank, ons onder andere 't zelve doet voorkomen, als zijnde van hemelschen oorsprong, terwijl de instelling der trom-