houding zijne kwellingen schijnt te verhalen. Ware de zin van deze voorstellingen niet duidelijk genoeg, wij zouden er kunnen bijvoegen, dat alle soorten, en inzonderheid de granaat- en kwee-appelen, Venus geheiligd waren; en dan zal men niet meer kunnen twijfelen, of niet dusdanig geschenk. eener jonge Griekinne bij eenige plegtige gelegenheid aangeboden, eene zoo duidelijke als geestige liefdesverklaring ware.
Soms verdubbelde men de zorg, om wel verstaan te worden. Mazochi heeft de afbeelding van eene Vaas uit de Verzameling van mastrilli, te Napels, bewaard, waarin de schrijfkunst der zinnebeeldige voorstelling te hulp komt. Men ziet op dezelve een gevleugelden Genius, in een met bloemen gesierd kleed gewikkeld, in de vlammen van een klein outer eene wijnplenging doen; boven hetzelve leest men: ‘Callicles is schoon!’ met oude Grieksche letters geschreven. Zulk een minnebriefje kon geen hoffelijker opschrift voeren. - Men ziet nog heden in de rijke Verzameling van den Abt vivensto, te Nole, eene Vaas van de grootste bevalligheid, die ten opschrift voert: ‘aan de schoone Clymene!’ En, na tweeduizend jaren, ontvangt de schoone Clymene de hulde van alle de Vreemdelingen, die deze prachtige Vaas bewonderen. Welke hedendaagsche Schoonheid zou zich zulk een gevolg kunnen beloven van het hartstogtelijkste billet-doux, al ware het op rozenpapier geschreven, versierd met de geestigste vignetten, en doordrongen van de liefelijkste geuren?
De latere galanterie kan slechts één gedenkstuk stellen tegen deze minnebrieven van oud Griekenland. Zij is het verschuldigd aan een Schilder uit de School van Raphaël, die, op de dochter van eenen Pottebakker verliefd zijnde, hare gunsten verwierf, door hare beeldtenis te schilderen op eene tigchelsteenen Vaas van haren Vader. Men bewondert nog heden dit werkstuk in de schoone Verzameling van het Museum te Brunswijk.
Het schijnt echter dat onze hedendaagsche Porseleinsabrieken een gemakkelijk middel zouden opleveren, om te dezen opzigte met de Ouden te kunnen wedijveren, immers men vervaardigt er alreede aardige koppen met letters en bloemkroonen, ja in Duitschland is men zelfs verder gegaan, en heeft er Silhouetten op geschilderd: maar het is niet waarschijnlijk dat deze zinnebeeldige spraak thans opgang make, 't zij omdat ter verkrijging van smaakvolle schilderstukken de kosten te hoog zouden loopen, 't zij omdat de moeders thans hare dochters zoo wél opvoeden, dat het moeijelijk zou vallen haar dusdanige geschenken te doen aannemen, 't zij eindelijk (en velen zullen deze reden meer gegrond vinden) omdat het tegenwoordig te gemakkelijk valt, zijne liefde zonder omweg te verklaren, dan dat men tot zinnebeelden toevlugt zou behoeven te nemen.