| |
| |
| |
Berigt wegens de overgroote nuttigheid der, zoo genaamde, Life-Boat, of reddingboot, ten dienste van schipbreukelingen.
(Medegedeeld door den Heer a.a. titsingh, Equipagiemeester bij de Oostindische Compagnie te Amsterdam.)
Van den Heer a.a. titsingh onlangs ontvangen hebbende den volgenden Brief, en sedert van zijn Ed. de toestemming hebbende bekomen, om denzelven in ons Mengelwerk in te lasschen, spoeden wij ons, om zoo wel aan die vriendelijke bewilliging, als aan den wensch van ons hart te voldoen; en om tevens van de daarbij gevoegde Stukken zodanig een gebruik te maaken, als, onzes oordeels, ter bereikinge van 's Mans loflijke en menschlievende bedoelingen voegzaamst zal kunnen medewerken. Zie hier den brief.
‘Aan de Heeren Schrijvers van de Algemeene Vaderlandsche Letteroefeningen.
mijn heeren!
Uit UEds. geacht Maandwerk aanleiding gekregen hebbende en overtuigd geworden zijnde van de groote nuttigheid der Reddingbooten voor Schipbreukelingen, door Mr. henry greathead, te South-Shields in Schotland, geïnventeerd, ben ik onledig geweest om een Model van dezelve te bekomen, ten einde dat soort van Booten tot redding van Schipbreukelingen op onze kusten, onder toeverzigt van het Gouvernement, mede in gebruik zouden kunnen worden gebragt.
Een Model bij mij ontvangen zijnde, heb ik, met concurrentie van zijne Excell., den verdienstelijken Admiraal van kinsbergen, dien ik de eer heb onder mijne vrienden te mogen hoogachten, daarvan aan zijne Excell. den Minister der Marine kennis gegeven, die, na mij het Model te hebben doen afvragen, in de maand Sept. van het afgelopene jaar order heeft gegeven, om, volgens meergemeld Mo- | |
| |
del, een Boot op 's Lands Scheepstimmerwerf alhier te maken; zoo dat ik niet twijfele, indien zonder eenige afwijking of verandering worde volbragt, dezelve weldra, ten nutte en hulp van Schipbreukelingen op onze kust dienstbaar, zal gereed zijn.
Door vrienden in staat gesteld zijnde, nevensgaande Stukken, betreffende dit gemelde soort van Booten, UEds. aan te bieden, laat ik aan UEds. goedvinden over, dezelve, of eenige, in UEd. Maandwerk al of niet te plaatsen; alleenlijk in deze trachtende dienstig aan mijn evenmensch, inzonderheid de zoo nuttige Zeelieden, te zijn, voor welke klasse mij steeds eene bijzondere achting bijblijft, hebbende, door Gods goedheid, sedert omtrent zestig jaren, zoo ter zee bij de Admiraliteit, als in een post bij de O.I. Comp. in deze Stad, onafgebroken met en voor hun werkzaam geweest.
Met achting hebbe de eer, enz.
(Was get.)
a.a. titsingh.’
Amsterdam
den 17 April 1807.
't Is in gevolge der vrijheid, ons in deezen Brief vergund, dat wij thans, uit de medegedeelde uitvoerige Stukken, zodanige gedeelten gaan overneemen, welke de nuttigheid der Reddingboot ten onwederspreekbaarste aantoonen, en tevens bij allen den wensch moeten doen ontstaan, dat des Heeren titsingh's weldaadig oogmerk bereikt worde, door de invoering en het gebruikmaaken van deeze uitvinding ook in ons Vaderland, op welks stranden menig Schipbreukeling, bij gebrek aan de noodige hulpe, vroeg en laat zijnen dood vondt.
Zonder ons in te laaten tot eene beschrijving van het Vaartuig zelf, die ook inderdaad niets tot ons oogmerk doet, en zonder eene afbeelding eenigzins onverstaanbaar moet blijven, willen wij, egter, vooraf het volgende aanmerken. De Reddingboot is een open vaartuig, aan beide einden van de zelfde gedaante. De lengte is dertig, de wijdte tien voeten. Tien roeiers stuwen het vaartuig voort, en een man, aan ieder der stevens
| |
| |
staande, bestuurt den gang. Eene menigte kurk, zoo van buiten als binnen in de Boot, doet dezelve zeer hoog op het water drijven, en belet het zinken, ondanks de menigte van overgenomen water; terwijl, door de eenigzins zwaare kiel, het middelpunt van zwaarte zeer laag gebragt zijnde, het omslaan zoo goed als onmogelijk is. - De Uitvinder was henry greathead, van South-Shields, eene Zeehaven in Schotland, die vervolgens het genoegen hadt, om nu van andere blijken van erkentenisse niet te gewaagen, door een Menschlievend Genootschap, naadat het, in herhaalde proeven, van de bruikbaarheid en nuttigheid van 's Mans uitvindinge was overtuigd geworden, met een geschenk van honderd Guinies begiftigd te worden; de Maatschappij ter Aanmoediging van Kunsten en Weetenschappen schonk, behalven eene gouden Medailje, vijftig Guinies; terwijl vervolgens het Parlement insgelijks niet in gebreke bleef, om, door eene aanzienlijke gift, den Uitvinder deszelfs genoegen te doen blijken. Sedert is de Reddingboot in verscheiden Zeehavens, niet alleen van Groot-Britannie, maar ook elders, als in Spanje, de Oostzee, enz. ingevoerd, blijkens een Getuigschrift, 't welk wij vervolgens zullen mededeelen.
Thans gaan wij, uit eene menigte voorbeelden van door de Reddingboot behoudene Schipbreukelingen, voetstoots, eenigen mededeelen.
Het eerste voorbeeld is begrepen in eenen Brief aan den Uitvinder Mr. greathead, gedagteekend Scarborough, 17 Nov. 1801, van den volgenden inhoud. De Reddingboot van Scarborough, zonder de geringste verandering vervaardigd naar het Model, op mijn verzoek door u herwaarts gezonden, heeft onze vuurigste verwagting overtroffen; en ik bezit thans proefondervindelijke overtuiging van derzelver groote nuttigheid in gevalle van schipbreuk, en van haare volkomene veiligheid in de onstuimigste zee. Plaatzelijke vooroordeelen zullen immer stand grijpen tegen nieuwe uitvindingen, op hoe voortreffelijke gronden zij ook mogen rusten; en hier ter plaatze verklaarden zich zommigen tegen de bruikbaarheid der Reddingboot, tot dat 'er onlangs een geval gebeurde, 't welk alle schaduw van tegenwerpinge, ook bij de meest vooringenomenen, deedt verdwijnen.
Op Maandag 2 November 1801 ontstondt 'er een vervaarlijke storm, en mij heugt niet, ooit hooger zee ge- | |
| |
zien te hebben. Het Schip Aurora, van Newcastle, de haven naderende, wierdt om de Zuid tegen het strand gedreven, en terwijl het in het dringendste gevaar zich bevondt, wierdt de Reddingboot straks ter hulpe gezonden.
De plaats, alwaar het schip lag, was aan alle de kragt der zee blootgesteld; en het was omringd van gebrokene golven, die met een schroomlijk geweld over het dek rolden. In zulk een gevaarlijken toestand stak de Boot in zee, en roeide door de zeebranding, rijzende tot op het bovenste der golven, zonder eenig water over te neemen, dan alleen door de overstuiving. Zich naar den lijkant van het vaartuig begeevende, liep de manschap eenig gevaar door de Groote Raa, die na beneden was gevallen, en met groote kragt tegen de Boot stiet. Dit noodzaakte hen, na de andere zijde van het schip zich te begeeven. Straks namen ze vier man van het volk over; doch daar het schip bijkans onder water lag, hieldt men voor een oogenblik af, wanneer zij, drie jongens (de overigen van het scheepsvolk) aan de touwen ziende hangen, straks terugkeerden, en ook deezen in de Boot hebbende genomen, allen behouden aan land bragten. -
Eene Commissie, benoemd om aangaande de nuttigheid der Reddingboot onderzoek te doen, won, onder meer andere, de volgende getuigenissen in. Kapitein william carter berigtte, dat hij op 28 November 1797, voerende het Schip de Snelheid, van negen-en-vijftig ton, voor anker liggende bij Tynemouth, het Schip de Planter door zwaare windvlaagen tegen het strand wierdt gedreven, omtrent honderd roeden van de Snelheid; dat de Reddingboot nu verscheen, en vijstien man van de Planter overnam, terwijl kort daarop het schip verbrijzelde: zoodat, zonder deeze toegebragte hulp, alle de gemelde persoonen zouden hebben moeten omkomen.
Dat nog eenige andere schepen in den zelfden toestand zich bevindende, de Reddingboot, naa het volk van de Planter te hebben aan land gebragt, van nieuws in zee stak, en voor en naa ook dat van de overige schepen redde.
Richard wilson, Eigenaar van Schepen, te Scarborough, verklaarde aan de Commissie: dat hij in November des jaars 1797 gelegenheid hadt gehad, de nuttigheid der Reddingboot waar te neemen, wanneer een klein scheepje, op de Ree ten anker komende, in eene
| |
| |
zeer zwaare windvlaag zijne meeste zeilen verloor; dat de zee zeer hol stondt, en de lootzen en visschers van die plaats het onveilig oordeelden, met hunne eigen schuiten in zee te steeken, alhoewel het vaartuig noodzein deedt; dat de Reddingboot, hierop te water zijnde gebragt, een touw aan het vaartuig bezorgde, door middel waarvan het in de haven wierdt getrokken; waardoor schip en volk behouden wierden.
Eene andere verklaaring luidde aldus. Samuel plumb, bij de zee opgebragt, en die een reeks van jaaren als kapitein hadt gevaaren, verklaarde, dat hij in de Reddingboot zich na een vaartuig hadt begeeven, 't welk op de kust, kort bij den mond van de Tyne, was gestrand. Toen zij de eerste maal bij het wrak kwamen, brak het touw, 't welk hun was toegesmeeten; waarnaa de Boot om de Noord wierdt gedreven, door de kragt des winds en den sterken stroom. Gelukkiger slaagde eene tweede pooging, als wordende door dezelve de manschap behouden aan het strand gebragt. -
Het verslag, welk Mr. henry greathead, de Uitvinder van de Reddingboot, deedt, liep aldus. Gevraagd zijnde, wat hem tot zulk eene uitvinding aanleiding hadt gegeeven, gaf hij tot antwoord, dat het vergaan van verscheiden schepen, onder het oog van honderden aanschouwers, terwijl niemant zich in zee durfde waagen, de Scheepsreeders en inwooners van South-Shields op den inval hadt gebragt, eene premie uit te schrijven voor den uitvinder van eene Boot, inzonderheid bestemd om Schipbreukelingen te redden. -
Nog een reeks van voorbeelden van geredde Schipbreukelingen, door middel van de Reddingboot, zouden wij uit de medegedeelde papieren kunnen overneemen en onzen Leezeren mededeelen. Doch de bovenstaande zullen genoeg zijn, om de nuttigheid der uitvindinge te doen blijken, en tevens den reeds boven verklaarden wensch te doen ontstaan, dat, het zij van hooger hand, 't zij, even als in Engeland, door de bewerking van vermogende en menschlievende ingezetenen, ter dier daadelijke invoeringe kragtdaadige middelen beraamd en in 't werk worden gesteld.
Ten blijke, egter, dat ook buiten Groot-Britannie de Reddingboot, zoo als wij boven meldden, niet slegts bekend is, maar ook eene heilzaame werking doet, zullen
| |
| |
wij hier plaatzen het volgende Certificaat, door een geloofwaardig man aan den Heere titsingh medegedeeld, en door zijn Ed. ons ter hand gesteld.
‘Deeze dient ter verklaaringe en verzekeringe, dat w. bowes in de maand October 1806 zich te Riga bevondt, te gelijk met een schip van Londen, de Pomona genaamd, Kapitein nickleson, 't welk schipbreuk hebbende geleeden, wierdt al het volk door de Reddingboot behouden. Van nog negen andere schepen, tegen het strand gedreven, bevonden drie zich in den gevaarlijksten toestand, en zoude al het volk hebben moeten vergaan, ware het niet door de hulp der bovengemelde Boot gered geworden.
(get.)
w. bowes, Kapitein.’ |
|