le oogenblikken na den oorsprong schijnt weder te keeren.
Met één woord, geene andere Rivier is zo menigvoud onderworpen aan zulke onverwagte wendingen en talrijke kronkelingen. De Senegal wendt zich zo dikwijls van zelve, en de takken neemen zo menigwerf geheel andere richtingen dan men dagt te zullen ontmoeten, dat, bij het bevaaren deezer Riviere, 't zij zeilende, of getrokken wordende, welk laatste de meest gewoone wijze van vaaren is, de vaartuigen steeds van koers moeten veranderen: het gebeurt menigmaalen dat zij acht-enveertig uuren doorbrengen in het omvaaren van een Schiereiland, welks landengte slegts eene breedte heeft van twintig vademen; zo dat zij, naa eene reis van twee dagen, zich juist onder den zelfden meridaan bevinden als van waar zij afstaken.
Deeze sterk kronkelende vaart geeft aan den overtogt van het Eiland St. Louis tot Galam eene lengte van meer dan honderd mijlen; en de reis op de Senegal, welke alleen in het regen-saisoen kan ondernomen worden, zijnde dit het jaargetijde, wanneer de Rivier het hoogste water heeft, is altoos aangemerkt als gevaarlijk voor de gezondheid, ja het leeven der reizigeren. Bekend is het, dat een derde gedeelte van de Europeaanen, die deeze reis ondernamen, tot slagtoffers strekten van deeze moeilijkheden en gevaaren. In de daad, de veelvuldige bogten en wendingen van de Senegal maaken slegts een klein gedeelte uit van de ongemakken deezer reize. Allen, die dezelve ondernamen, hebben steeds de ongelegenheden ondervonden, veroorzaakt door de zandbanken, door de rotsagtige uitstekken, welke in het bedde der Rivier voorkomen; door groote boomen en zwaare aardklompen, die het water afwenden; door de stormen en wervelwinden, afgewisseld door doodelijke stilten; door een brandend heeten dampkring, die, in beweeging gebragt zijnde, verstikkend is; door onverwagt opkomende ongelegenheden, veroorzaakt door de onoplettenheid en het verzuim der Negers, die de bootslieden zijn, en eindelooze geschillen hebben met de Vorsten en Opperhoofden, door wier land zij heenen vaaren; door de ongezonde uitwaassemingen van de bloezems eeniger boomen, die in groote menigte langs de oevers van deeze Rivier groeijen, en die, schoon derzelver geur aangenaam is, nogthans zwaare hoofdpijn ver-