Mengeldichten van Laborando prodesse te Alkmaar. Te Alkmaar, bij H. Coster. 1807. In gr. 8vo. 143 Bl.
Alkmaar en deszelfs omtrek schijnt den zanglust bijzonder gunstig; en het is in de daad eene zeldzaamheid, dat juist alle de Nederduitsche Gereformeerde Predikanten in die Stad zangers zijn: de Predikant van het daar nabijgelegene Heilo ademde, naar het schijnt, dezelsde inspireerende lucht; - en ziet daar de Leden van het Gezelschap, hetwelk ons hier eenige Gezangen aanbiedt. De laatstgenoemde Kerkleeraar is intusschen naar elders verroepen. Indien nu de genotene voordeelige invloed blijvende is, en zich misschien aan anderen ook mededeelt; indien de Heeren Predikanten van Alkmaar dan ook nog eens verplaatst werden, - zo mogen wij een aantal soortgelijke Gezelschappen en soortgelijke Verzamelingen met vertrouwen te gemoet zien; en Alkmaar en deszelfs omtrek is alsdan de streek, welke zich iederen jongen Kerkleeraar, die gaarne zodanig een Dichter werd, bij voorkeur moet aanbevelen.
Uit het Voorberigt schijnt te blijken, dat het Gezelschap de spelling van den Hoogleeraar siegenbeek zich heeft ten wet gesteld, maar dat de Leden nog werkelijk bezig zijn met het aanleeren daarvan en zich daarin nog oefenen; het zou alzo niet edelmoedig zijn, wanneer wij ten dezen aanzien de onnaauwkeurigheden en afwijkingen wilden aanwijzen; door den tijd mogen wij hier het meer volmaakte hopen.
De stukjes zelve zijn meestal van godsdienstigen inhoud, en vrij uitgebreid; wat dichterlijke waarde betreft, behooren zij, naar ons oordeel, onder de middenmatigen; en wij wenschen dat zij velen mogen stichten. Tot eene proeve kiezen wij, uit de Cantate, de Morgenstond, den volgenden Beurtzang:
Duo omni Piano.
Zich, op het afgeknotte hakjen.
Op 't buigend schuddend Elsentakjen.