Anekdote van Leprince.
Leprince, gebooren in den jaare 1733, en overleeden in den jaare 1781, was niet slegts een voortreffelijk schilder, maar ook een goed muzikant. Een groot meester was hij op de viool, en 'er is reden om te gelooven, dat hij in het vak der toonkunst eenen naam zou hebben kunnen maaken. Althans dient de volgende Anekdote ten bewijze, dat deeze begaafdheid, in een zeer hachelijken toestand, hem van veel diensts was. Familiegeschillen hem genoodzaakt hebbende Parijs te verlaaten, ging hij in Holland na St. Petersburg scheep, alwaar hij twee broeders hadt. Zijn viool en zijne vrolijkheid deeden hem welhaast de vriendschap van al het scheepsvolk verwerven. Intusschen wierdt het schip door een Engelschen Kaaper genomen. De overwinnaars, zich van hun regt bedienende, sloegen aan het plonderen, en verdeelden reeds leprince's goederen, wanneer deeze zijne viool opvatte, en met veel koelbloedigheids ging speelen. De kaapers, verbaasd over zijne bedaardheid, zien hem aan, scheiden uit met plonderen, en luisteren naar den nieuwen arion, die, even als de aloude, hunne woestheid doet bedaaren. Zij geeven hem alles terug; en, daar zij zich genegen toonden, hunne overwinning door danzen te vieren, verzogten zij hem, geduurende het bal te speelen. Tot geluk der scheepelingen wierdt, in de eerste haven, die zij aandeeden, de prijs voor onwettig verklaard.