Vergelijking tusschen Voltaire en Rousseau.
(Uit f. volneij's Leçons d'Histoire.)
Tusschen rousseau en voltaire, aangemerkt als Voorgangers en Leiders der Volksbegrippen, doet zich dit kenmerkteekenend onderscheid op, dat, indien gij voltaire, bij zijne Voorstanders, aantast, zij hem verdeedigen zonder vuurige deelneeming, 't zij bij redeneering of schertzender wijze; ten hoogsten merken zij den tegenstander aan als iemand van slegten smaak. - Maar, indien gij ten nadeele van rousseau spreekt, ten aanhoore van diens Bewonderaaren, verwekt gij bij hun eene soort van godsdienstig afgrijzen, en zij houden den tegenspreeker voor een heiligschender.
De reden van dit verschil is, dat voltaire, meer tot het Verstand dan tot het Hart spreekende, meer werkt op de denkbeelden dan op het gevoel, geen drift verwekt: zich meer onledig gehouden hebbende met de gevoelens van anderen te bestrijden, dan met zijne eigene te vestigen, heeft hij een twijselzugt doen gebooren worden, meer der Verdraagzaamheid begunstigende, dan die van stellige bepaaling.
Rousseau, integendeel, vervoegt zich meer tot het hart en de aandoeningen, dan tot het verstand; hij verheft de liefde tot Waarheid en Deugd (zonder dezelve te bepaalen) door de liefde der Vrouwen, zo geschikt om begoocheling te baaren; en, uit eene sterke overtuiging dat zijne eigene beginzels volmaakt zijn, houdt hij eerst het gevoelen, en vervolgens het oogmerk, bij anderen verdagt, - eene zielsgesteltenis, geschikt om Afkeer en Onverdraagzaamheid te verwekken.