Indien de Reizigers, hier door trekkende, zagte bedden verlangen, moeten zij zich, zo goed zij kunnen, vergenoegen met versch hooi: want stroo is een artikel van weelde, onbekend bij de bewoonders deezer streeken. Daar zij stroo missen om hunne koeijen op te laaten liggen, houden zij de stallingen ongemeen rein, door een waterbeek, die 'er zeer veele voorhanden zijn in deezen bergagtigen oord, 'er door te laaten loopen; maar hunne mestvaalt, waarop al het vuile wordt ontvangen, is zeer digt bij het huis, zo dat men, op een vrij grooten afstand, aan den reuk gewaar wordt, dat men het huis nadert.
Van zindelijk- en reinheid over hun lijf weeten zij niets, en bekreunen zich deswegen geenzins, en zijn gevolglijk zo kladdig als eenige Boeren in de armste gedeelten van Europa. De Huisgezinnen zijn doorgaans kinderrijk. Het kroost heeft geen ander dekzel dan een ruw linnen hemd; veelal loopen zij naakt, en, de reinheid verwaarloosd wordende, zijn zij vol ongedierte.
Zodanig is de wooning en de leevenswijze deezer lieden, die men wel eens beschreeven en opgehemeld heeft als de egte Kinderen der Natuure, en de waare voorbeelden van het Menschdom in de Gouden Eeuwe!
De zeden deezer Lieden verschillen, gelijk overal de characters uiteenloopen: over 't algemeen mag men zeggen, dat zij lomp, onbevallig, en zomtijds ruw en onbeschoft zijn. Wat hunne behandeling ten opzigte van Vreemden aanbelangt, de twee eenigen, bij welke wij eenig onthaal kreegen, namen ons, voor een sober onderhoud, veel gelds af.