Iets over het vernuft der dieren.
‘Aan Heeren Redacteuren.
Het zal mij aangenaam zijn, dit in Uw Maandwerk geplaatst te zien. De Waarneemer is een mijner Vrienden, en ik sta borg voor de waarheid van het Geval; te meer, daar ik zelf het laatste Nest, ten huize van den Heer Dr. reijnders alhier, in handen heb gehad, met den hangenden Vogel 'er in.
Groningen
9 December 1805.
b. tieboel.’
Toen ik onlangs de Algemene Vaderlandsche Letteroefeningen, No. 1. voor 1805, las, vond ik, in deszelfs Mengelwerken, een Stukje over de Wilsneiging der Dieren, getiteld: Het Vinkje vrijwillig wedergekeerd tot den gevangen staat.
Onder het lezen hiervan vielen mij twee Gevallen in, welke ik zelf heb waargenomen, en die, mijns bedunkens, geen minder bewijs opleveren van het Vernuft der Dieren.
Nog ter school gaande, hadden wij onzen weg doorgaans over het Martini-Kerkhof alhier. Als wij nu eens op zekeren dag hier langs passeerden, trok het getjilp van een mannetjes Muschje mijne aandagt tot zich; aanstonds zag ik nieuwsgierig naar de plaats, van waar ik dagt dit geluid te horen, en zag het diertje in de grootste vreugde zitten in een nest, 't welk door Zwaluwen aan de vensters der Kerk gebouwd was, en 't welk het scheen ingenomen te hebben, om het voor zich te behouden; dan deze vreugde duurde niet lang, maar had weldra voor het arme diertje de treurigste gevolgen. De Zwaluwen, aan wien het nestje toebehoorde, en die waarschijnlijk uitgevlogen waren, om eenig voedzel of iets anders op te sporen, keerden weder, en vonden dezen vreemden gast in hunne wooning; aanstonds ontstond 'er een hevige twist in het nest, en het Muschje moest de vlugt nemen, doch wierd terstond door een der Zwaluwen vervolgd, terwijl intusschen de andere Zwaluw naar den grond vloog, en iets, hetgeen mij een draad garen geleek, opraapte, en daarmede naar het nest terug keerde: het duurde niet lang, of ik zag de vervolgde Musch, nog steeds door de Zwaluw agtervolgd, over een daar tegen overstaand huis ook terug keren, en, tot zijn ongeluk, in het reeds gemeld nestje vliegen: hierop hoorde ik weder een hevigen twist in het nestje, welke egter eensklaps door eene diepe stilte wierd afgebroken; dan hoe verbaasd stond ik te kijken, toen ik de Musch, die uit het nest wilde vliegen, terstond met gemelden draad garen om den hals zag hangen, even als iemand, die geëxecuteerd wierd; in welke houding hij, na eenige beweging ge-