Vaderlandsche letteroefeningen. Jaargang 1805
(1805)– [tijdschrift] Vaderlandsche Letteroefeningen– Auteursrechtvrij
[pagina 562]
| |
Bijzonderheden van de mela, of kermis, op de oevers van de Ganges.(Ontleend uit de Asiatic Researches.)
De Capitein thomas hardwicke, die, in het opgemelde Engelsche Werk, een Reisverhaal geeft van zijnen tocht na Sirinagur, deelt ons, wegens de Mela, aan de oevers van de Ganges, de volgende bijzonderheden mede. Aan de oevers der gemelde Riviere vervoegt zich, 's jaarlijks, een verbaazend aantal menschen, ten einde aldaar hunne Wasschingen te volbrengen. Een Mela (zo veel als bij ons een Kermis) is 'er het gevolg van. 's Jaarlijks komen eene menigte van Hindus aan die geheiligde Rivier, en verblijven 'er eenige dagen. De tijd dier Godsdienstige Baading is, wanneer de Zon in het Teken van den Ram treedt; 't welk, volgens de berekening der Hindus, van een vast punt begonnen, thans omtrent twintig dagen laater komt, dan de Lentenagtevening. Dit viel, toen ik mij daar bevond, op den achtsten van Grasmaand voor. Dan, om de twaalf jaaren, wanneer Jupiter in Waterman is, op den tijd dat de Zon in het Teken van den Ram treedt, is de volkszamenvloed allergrootst. Ik trof juist zodanig een tijdperk; en de menigte menschen, aan den oever van de Ganges toen verzameld, mag, mijns oordeels, bij eene maatige begrooting, op twee en een halve millioen zielen gesteld worden.Ga naar voetnoot(*) | |
[pagina 563]
| |
Hoewel de volbrenging van eenen Godsdienstpligt het hoofdoogmerk zijn moge, bedienen zich veelen van deeze gelegenheid tot het verrigten van zaaken en het drijven van eenen wijduitgestrekten handel. In deeze zamenvloeijing van Natien is het voor een weetgierig waarneemer eene stoffe van geen gering vermaak, de kleeding, de gelaatstrekken, de zeden enz. te beschouwen, welke de onderscheidene charactertekenen opleveren der Inwoonderen van Cabal, Cashmir, Lahore, Butaan, Sirinagur, Cummou, en de vlakten van Hindostan. Uit eenige deezer op een zeer grooten afstand gelegene plaatzen neemen geheele Gezinnen, Mannen, Vrouwen en Kinderen, de reis aan. Eenigen doen dezelve te voet, anderen te paard, en veelen, inzonderheid de Vrouwen en de Kinderen, in lange zwaare karren, met latwerk en schuins afloopende bedekzels, om tegen zonneschijn en regen bedekt te weezen: deeze zelfde rijdtuigen dienen hun, geduurende de Mela, tot huisvesting. Onder de Inboorelingen van Landen, op zo groot eenen afstand verwijderd van alle gemeenschap met Blanken, was het eigenaartig te wagten, dat het gelaat, de kleeding en de verdere toestel der Heeren, die zich thans te Hurdwar bevonden, voorwerpen waren van de algemeene nieuwsgierigheid. Dan deeze ging alle mijne voorheen deswegen gemaakte denkbeelden te boven. Zo dikwijls wij in onze draagstoelen door de menigte heen gingen, volgden ons, in grooten getale, Mannen en Vrouwen, allen even zeer 'er op gesteld om ons te zien. Zij deeden door alle tekens en gebaaren hunne verwondering blijken. De oude Vrouwen inzonderheid begroetten ons met den diepsten eerbied: veele toonden 'er zeer op gesteld te zijn om eenig gedeelte onzer kleeding aan te raaken. Dit aan dezelve toegestaan zijnde, keerden zij terug met eene groete en zigtbaare blijken van voldoening. Tusschen onderscheidene Secten van de Hindus, te deezer feestlijke gelegenheid zamengekomen, rees welhaast geschil over den voorrang; en, even als andere Secten, werden zij door Godsvrugt of Bijgeloof niet wederhouden, om zich op het zwaard, ter geschilbeslissing, te beroepen, en den heilig gekeurden grond met bloed te bezoedelen. Zo ziet men, dat de zugt na oppermagt en voorrang, zelfs onder Bedevaartgangers, de overhand heeft op Godsdienstig Eerbetoon! |
|