Vaderlandsche letteroefeningen. Jaargang 1805
(1805)– [tijdschrift] Vaderlandsche Letteroefeningen– AuteursrechtvrijDe voornaamste staatsverwisselingen van Louisiana.In den voorleden Jaare eenige Bedenkingen over de waarschijnlijke duurzaamheid van de Republiek der Vereenigde Staaten van America mededeelende, hebben wij gesproken van de vergrooting dier Staaten, door den afstand van Louisiana aan dezelveGa naar voetnoot(*); een afstand, welke dit gedeelte der Nieuwe Wereld een voorwerp van zeer veel aanbelangs doet worden in het oog der Staatkunde. Het zal onzen Leezeren, zo wij hoopen, niet ongevallig weezen, de staatkundige Lotgevallen deezer Landstreeke in een kort begrip bijeengebragt te vinden, gelijk wij dezelve hier mededeelen. Juan ponce de leon, die zich een grooten naam verworven hadt door het vermeesteren van Porto Rico, rustte, ten Jaare 1512, drie Schepen uit, tot eene Reis ter meerdere Landontdekking. De voornaame beweegreden, welke hem tot deeze onderneeming aandreef, was in de daad vreemd; de hoop, naamlijk, om eene zekere Bron te ontdekken, die de Inboorelingen van Porto Rico vertelden dat gevonden wierd op een der Lucaijo-Eilanden, en die het wonderbaar vermogen bezat, om allen, die 'er uit dronken, te doen verjongen. Hij deedt de Lucaijo- en Bahama-Eilanden aan, en dronk uit elke bron, welke hij vondt; doch vondt 'er geene, welker water de kragt hadt om den blos der jeugd op zijne ingevallene kaaken te doen wederkeeren. Welhaast daar op ontdekte hij Florida, zo door hem genaamd, om dat hij 'er op Palm, | |
[pagina 206]
| |
zondag kwam, of ter oorzaake dat het Land zich zo vrolijk en lustig opdeedt. Doch de Inboorelingen wilden hem het landen niet gedoogen; en hij vondt zich genoodzaakt, zijne romaneske opspeuring van de leeven-verjongende Bron te staaken. Hij keerde na Porto Rico weder, waar hij den laatsten tol der Natuure betaalde. Ferdinand de soto, die onder pizarro gediend hadt, en bekleed geworden was met het Gouverneurschap van Cuba, zeilde, in den Jaare 1539, met eene sterke Zeemagt uit de Havana, en, op de kust van Florida landende, voer de meeste rivieren over, die zich in de Golf van Mexico ontlasten. In 1541 bereikte hij de Rivier Missisippi, en stevende verder westwaards op. - Naa verscheide landontdekkingen, overleedt hij in den Jaare 1542. Hij liet het Bevelhebberschap over aan lodewijk mascoso. Deeze Bevelhebber poogde te land zuidwestwaards na Mexico te trekken; doch, naa het ontmoeten van veele hinderpaalen, staakte hij deeze onderneeming. Hij bereikte in 't einde eene der groote Rivieren, door de soto ontdekt, en kwam, naa het uitstaan van veelvuldige moeilijkheden, met zijn afgemat en gedund Leger aan zee, ten Jaare 1544. Men kan eenigzins een verslag vinden van de ontdekkingen door ferdinand de soto, in eene Geschiedenis van Florida, opgesteld door william roberts, of in het Spaansch door garcilasso de vega. Dit was eene vrugtlooze onderneeming der Spanjaarden. Het eenige, 't geen zij 'er door verwierven, was de weinig beduidende eer, dat zij de eerste ontdekkers van de Rivier Missisippi waren. Niettegenstaande zij hunne ontdekkingen en vermeesteringen op de omliggende kusten uitstrekten, die de Mexicaansche Zee bespoelde, naderden zij die groote Rivier niet, noch zetten het betreeden voort van het pad, hun geopend door den onderneemenden geest van de soto. Het was onder de Regeering van lodewijk den XIV, zo vrugtbaar in Mannen, die grootsche plans van heerschzugt vormden, en onder het opzigt van den beroemden Minister der Zeezaaken colbert, dat een nieuwe geest van werkzaamheid, ten aanziene van den Handel en Zeevaard, de Franschen bezielde. Waren de plans, geduurende de regeering van dien Monarch gevormd, en door diens Opvolgers omhelsd, zo gelukkig als groot geweest, beide de Wereldronden zouden 'er de uitwerking van gevoeld hebben: doch zij vonden veelvuldige en sterke wederstreeving. Geen Volk heeft de Franschen geëvenaard in de kunst van Volkplantingen aan te leggen. De Fransche Staatsdienaars, geholpen door de magtige en schrandere Societeit der Jesuiten, namen de toevlugt tot alles, wat kon strekken om de wijdst afgelegene en woest Volken te vereenigen tot eene | |
[pagina 207]
| |
vriendlijke gemeenschap met hunne Handelaaren, gevoegd bij den onaflaatenden ijver der Zendelingen, die alles te werk stelden, wat strekken kon om de ketens van onderwerping wel vast te maaken, en alle de zwervende Stammen der Americaanen aan het Fransch bestuur te hegten. De geest van Volkplantingen aan te leggen, die eenige jaaren als geslaapen hadt, begon, met het einde der Zestiende Eeuwe, weder wakker te worden. Van den Jaare 1598 tot 1670 werden verscheide Reistochten ondernomen na dat gedeelte van America, thans Nieuw Schotland geheeten, en de Vastigheden van Acadia en Quebec werden aangelegd; en strekten deeze ten grondslage van de magt, welke de Franschen in Canada verkreegen. - Het land kreeg den naam van Nieuw Frankrijk. Eene nieuwe Handelmaatschappij werd 'er opgericht, onder het bestuur van den Cardinaal de richelieu, om den koophandel te drijven en de inwendige belangen te handhaaven. Nieuw Frankrijk hadt jaaren lang in volkrijkheid en sterkte toegenomen, toen, in den Jaare 1670, onder het Gouvernement van den Graaf de frontenac en het toevoorzigt van den Heer talon, eenige Franschen het onderstonden om de ontdekkingen westwaards uit te strekken. Zij vernamen uit de Inboorelingen, dat 'er, ten westen, eene groote Rivier lag, door eenigen Michasippi en door anderen Missisippi, geheeten, en die, waar dezelve zich ook mogt ontlasten, noord- noch oostwaards liep. Uit dit berigt maakten zij op, dat die Rivier zuidwaards stroomde, en zich ontlastte in de Golf van Mexico, of, eene wending westwaards neemende, in de Zuidzee den uitgang hadt. De Heer talon, begrijpende, welke voordeelen zouden kunnen ontstaan uit het bevaaren deezer Riviere, besloot, eer hij na Frankrijk wederkeerde, zekerheid te verkrijgen van een zo aangelegen stuk. Hij zondt, ten dien einde, Vader marquette af, een Jesuit, die als Zendeling door Canada gereisd hadt, en een Burger van Quebec, jolijet geheeten, om des ontdekkingen te doen. Van de zuidwest-baai van het Meir Michignan zeilden zij de Rivier Des Resnards tot omtrent den oorsprong op; toen deeze Rivier verlaatende, gingen zij, eenige dagen voortgetrokken zijnde, scheep op de Rivier Quisconsing, en, hun koers westwaards aanzettende, bevonden zij zich, op den 17 Junij 1673, aan de Missisippi, op omtrent 42o. 12′ Noorder Breedte. Zich aan den stroom overgeevende, voeren zij dezelve af tot den 23o N. Br. in het land der Akansas. Maar, bevindende dat hun leeftocht begon te ontbreeken, en dat zij te zwak in getal waren, om de gevaaren in een onbekend land te gemoet te treeden, beslooten zij weder te keeren, niet egter vóór dat zij zich eerst verzekerd hadden, dat dee- | |
[pagina 208]
| |
ze Rivier zich ontlastte in de Golf van Mexico. Vader marquette bleef onder de Miamis, en jolijet keerde weder na Quebec. De dood van den eerstgemelden, en het wederkeeren van talon na Frankrijk, belette de voortzetting van die ontdekking voor eenigen tijd. Robert cavelier, Heer de la salle, in de school der Jesuiten opgekweekt, was een man van een stout en onderneemvol character: hij ontwierp het plan om na Japan of China te vaaren, door van Canada noord- of westwaards te stevenen; en, schoon ontbloot van alle middelen tot zo groot eene onderneeming, was zijn geest geheel van dit plan doordrongen, toen de wederkomst van jolijet te Montreal, met het verhaal der ontdekking van de Missisippi, zijne aandagt geheel innam. Hij toog na Frankrijk, waar hij, door de voornaamste Persoonen van het Hof, met veel betoons van welgevallen ontvangen werd, die zijn plan goedkeurden. Na Quebec wedergekeerd, ving hij zijne reis aan, een Fort to Niagara aanleggende. - In het Jaar 1682 voer hij de Rivier Illinois af, kwam in Februarij des zelfden jaars in de Missisippi, en bereikte den mond den 9 April. - In den naam van lodewijk den XIV bezit genomen hebbende van dat aangelegen gewest, met de gewoone plegtigheden, vereischt om het Bezitregt des Franschen Monarchs te verzekeren, keerde hij, de Missisippi en de Illinois weder opvaarende, na Canada, en van daar na Frankrijk, om verslag te doen van zijnen reistocht. Te Rochelle werd, ten Jaare 1684, eene kleine Vloot uitgerust. La salle begaf zich scheep, met oogmerk om den mond van de Missisippi in de Golf van Mexico te vinden. Misleid door den loop en 't geweld van de stroom, voeren zij de Missisippi voorbij, en zeilden omtrent honderd mijlen verder westwaards op, waar zij aan land kwamen, en een Fort aan de Rivier St. Bernard bouwden. Naa veelvuldige lotgevallen en het uitstaan van de grootste moeilijkheden, vermeerderd door gereezene geschillen onder de Tochtgenooten, werden la salle en diens Neef door drie verraaderlijke Mannen vermoord. De aandagt van Frankrijk vestigde zich, met den Jaare 1698, weder op Louisiana. De Graaf de pontechartrain, toen Minister der Zeezaaken, zondt twee Oorlogschepen, onder het bevel van den Marquis de chateau moraud en den Heer iberville, derwaards. Zij kwamen, in Januarij 1699, aan de kust van Florida. Iberville landde op het Eiland Dauphine, in de baai van Biloxi, tusschen de Rivieren de Mobile en de Missisippi. Hij voer voort na de Missisippi, en zeilde de Rivier tot een grooten afstand op, waar hij een brief ontving uit handen van een Indiaansch Opperhoofd, geschreeven door een van la salle's Tochtgenoo- | |
[pagina 209]
| |
ten. De waarheid van de ontdekking der Riviere hier door, tot zijne groote blijdschap, bevestigd gevonden hebbende, keerde hij na de baai van Biloxi terug, waar hij verstondt, dat eene Engelsche Korvette aan den mond der Riviere geweest was, en, op het bevel van terug te keeren, gedreigd hadt, met grooter magt te zullen wederkomen. - Dit berigt deedt hem besluiten, zich van de Bezitneeming des Heeren de la salle te verzekeren. Hij bouwde daarom eene kleine Sterkte op den oever der Riviere, waar op hij vier stukken kanon plaatste. Te deezer plaatze vondt hij zich, op eene aangenaame wijze, verrast door de aankomst van den Heer tarti, Reisgenoot van de la salle, met omtrent twintig Canadiers, die te vooren onder de Illinois gewoond hadden. Het Fort voltooid hebbende, voer hij de Rivier op tot aan de Natches, waar hij het plan vormde tot het aanleggen van eene nieuwe Stad, Rosalia geheeten, ter eere van de Gravinne de pontechartrain. De Vastigheid op het Eiland Dauphine werd door een Engelschen Kruisser, in den Jaare 1710, verbrand. In dit zelfde jaar schonk lodewijk de XIV, bij opene brieven, den uitgebreiden Handel van Louisiana aan den Heer crozat, voor den tijd van zestien jaaren, en den eigendom van alle de mijnen en delfstoffen, welke hij mogt ontdekken. - Crozat beraamde een nieuwen Regeeringsvorm voor de Volkplanting; doch hij ontmoettte zo veele zwaarigheden en teleurstellingen, dat hij, in den Jaare 1717, de ontvangene opene brieven den Koning wedergaf. Ten deezen tijde werd het welbekende Plan van Handel op de Missisippi ontworpen door den besaamden law. Een Handel-compagnie zou, onder het opzigt van dien Ontwerpmaaker, stand grijpen. Omtrent het einde van dat zelfde jaar lag men de grondslagen der nieuwe Stad Orleans. - Het verdient opmerking, welke romaneske hoope dit schoone Land, in elk deel van deszelfs lotgevallen, heeft ingeboezemd, van de verjongende bron, zo vuurig gezogt door de leon, tot de wilde plans van law. Het Land ten Oosten van de Rivier gelegen, en nu begreepen onder den naam van het Grondgebied van de Missisippi, is misschien, wat den grond, de lugtsgesteltenisse en voortbrengzels betreft, de schoonste plek gronds in America. - Het Land, door de Franschen, onder den naam van Louisiana, bezeten, werd ten Zuiden bepaald door de Golf van Mexico, ten Noorden door Canada, en, zo ten Oosten als ten Westen, is het van grooter uitgestrektheid dan de Vereenigde Staaten. De werkzaamheid, het beleid en de schranderheid, waarmede de Franschen bestendig hun plan van uitbreiding voortgezet hebben, weet elk. In den Jaare 1752 hadden zij, ten naastenbij, een keten van Forten, van Nieuw Orleans | |
[pagina 210]
| |
tot Quebec, voltooid, waar door de Engelsche Volkplantingen zouden ingeslooten geweest zijn, en bepaald tot het Land aan deezé zijde van de Alleganij-Bergen. - Dan deeze wijdstrekkende bedoelingen werden verijdeld door Groot-Brittanje, in den Oorlog des Jaars 1756, wanneer pitt het Huïs van Bourbon vernederde. Bij het Vredesverdrag van Parijs, in 1763, tusschen Groot-Brittanje, Frankrijk en Spanje, werden alle de Bezittingen in Canada en dat gedeelte van Louisiana, 't welk ten Oosten van de Missisippi ligt, de Floridas insluitende, aan Groot-Brittanje afgestaan: Frankrijk behieldt Nieuw Orleans, en het Eiland, waarop die Stad gebouwd is; welke, met dat gedeelte van Louisiana, 't welk ten Westen van de Missisippi ligt, zij aan Spanje gaf. - Door het Vredesverdrag van 1783 zijn de Floridas weder aan Spanje gekomen. |
|