Het vinkje vrywillig wederkeerende tot den gevangen staat.
Myne Heeren, Schryvers der Alg. Vaderl. Letteroefeningen!
In het voorgaande Jaar plaatste Gy in het Mengelwerk van de Letteroefeningen een Stukje, getyteld de eigenzinnige Kanaryvogel, om daardoor de bewyzen te vermeerderen, die voorhanden zyn, om te betogen, dat de Dieren niet bloot als werktuigen, of Machines, werken. Thans heb ik een nader bewys van de wilsneiging der Dieren, dat men aan geen Instinct, naar myn oordeel, kan toeschryven. Zoo Gy het eene plaats waardig keurt, zal ik het Ul. opgeven.
In de maand October van het voorgaande jaar, vloog een Vinkje in een knip, welken ik in myn tuin had opgehangen; zynde een wyfje. Ik hield het beestje, om andere vogeltjes te lokken, in dien zelfden knip. In de eerste dagen was het diertje verbazend wild; doch dit bedaarde van tyd tot tyd, en het vertoonde zich veel makker. Den tyd voorby zynde, om van het vogeltje gebruik te maken, besloot ik het te laten vliegen; dan, daar de grond rondom met sneeuw bedekt was, stelde ik dit uit, opdat gebrek aan voedzel geen oorzaak van deszelfs dood zoude zyn, en schonk eindelyk op den 10 van deeze maand, op den middag, aan het vogeltje de vryheid. Spoedig verliet het de woning, waarin het twee en een halve maand had huisgehouden, en onder het gestadig roepen van Vink! Vink! vloog het in eene der hagen van den hof. Ik ging nu en dan eens vernemen of ik het vogeltje hier of daar konde gewaar worden; dan ik vernam niets van hetzelve; zoo dat ik vreesde, dat het reeds een prooi der Katten of wild gevogelte was geworden. Na het verloop van vier etmaalen in den tuin zynde, hoor ik in een boom van myn Buurvrouws tuin roepen Vink! Vink! het geen door een mannetjes-Vink, die in myn stal hing, beäntwoord wierd. Niet lang duurde het, of het vogeltje vloog in een der hooge boomen, die voor myn Coupel staan, kwam spoedig op den grond, huppelde naar den stal daar het de nachten had doorgebragt, toen het in myn bezit was, vond daar zyn oude huis, t.w. den knip, en deed alle pogingen, om zyn voorig huis wederom te betrekken; doch dit was onmogelyk, wyl dat gesloten was. Dan, ziende de neiging van het diertje, hing ik een vogelkooitje op met een geöpend deurtje; en, nadat myn Vinkje eenigen tyd in den stal had rondgevlogen, verkoos het gebruik te maken van dat geöpend huisje, waarin ik het opsloot, om het voor de Katten te behoeden; en nu