wylig is) haastte ik my, dezelve te beproeven; doch ondervond, dat, by de naauwkeurigste opvolging van het voorschrift, de uitkomst echter niet aan myne verwachting beäntwoordde; daar ik niet alleen uit zestien oncen gezwaveld Spiesglas (sulfure d' Antimoine) slechts ruim zes oncen Kermes, maar ook deze van een licht bruine, onäanzienlyke kleur verkreeg; terwyl daarentegen de verkregen hoeveelheid Goudzwavel (oxide d'Antimoine hidrosulfurè orangé) aanmerkelyk was.
By het onderzoek naar de redenen, die hier toe aanleiding konden gegeeven hebben, meende ik dezelve te vinden,
1. In de hoeveelheid van den bygevoegden Zwavel, welke, myns bedunkens, meer potäsch tot zoogenaamden Zwavellever (zwavelhoudende potäsch, sulfure de potässe) brengt, dan de uit het water ontwikkelde waterstof naderhand tot zwavelwaterstofhoudende potäsch (hidrogêne sulfuré de potässe) kan vormen; waar door een groot deel van het door de zuurstof des waters geöxideerde antimonium in de loog blyft opgelost, en zich door de Zuuren slechts als Goudzwavel laat afscheiden. - Bouillon la grange, na de theörie van thenard omtrent de bereiding der Kermes te hebben opgegeeven, laat 'er op volgen: ‘De geheele massa vandit zaamgestelde lichaam laat zich dan in twee verschillende deelen scheiden; het één meer Spiesglas en minder Zwavel houdend, het welk in de bekoelde ontbinding niet kan opgelost blyven; het ander minder Spiesglas en meer Zwavel houdend, het welk opgelost blyft, slechts door Zuuren wordt afgescheiden, en onder den naam van Goudzwavel bekend is.’ Door eene te groote hoeveelheid Zwavel wordt het laatste gedeelte zeker vermeerderd; doordien de zwavelhoudende Potäsch of Zwavellever het gezuurde Spiesglas in water veel meer oplosbaar maakt, dan het zwavelwaterftofhoudend Spiesglas op zich zelve is; terwyl het ook verder blykt, dat, naar mate men, door middel van verdund Zwavelzuur, de Spiesglaszwavel nederploft, het nederplofzel allengskens minder gekleurd, en eindelyk slechts gewoone Zwavel wordt.
2. Vond ik de rede van de bleekheid der verkregen Kermes in het water, dat in de schotel geplaatst is, waarin men de loog opvangt; eene byvoeging, welke bouillon sterk afraadt, om dat dezelve, volgens