Waarneeming van eene onwillige pis-ontlasting. Door S. Popta, Heelmeester te Harlingen.
Dat 'er zomtyds uit- en inwendige Ziekten onder het aanwenden van Heel- en Geneesmiddelen hersteld worden, zonder dat de Heelmeester of Geneesheer den waaren aard en de oorzaak der Ziekte heeft kunnen onderscheiden, zal ieder, die eenige ondervinding heeft, met my instemmen.
Hier van nam ik onlangs een Geval waar by de Dogter van den Koopman jarig clases, onder den Dorpe Kimswert woonachtig, welk meisje, agt jaaren oud zynde, voor ruim anderhalf jaar eene onwillige Pisontlasting kreeg, waar over men te vergeefs onderscheidene Geneesheeren geraadpleegd had. Deze ontlasting van pis liep in een staande of zittende rigting onwillig af, daar zy, zig nedergelegd hebbende, van dezelve op een willekeurige wyze zig konde ontdoen.
Vrolyk en gezond zag deze Lyderesse 'er uit. - Ik onderzogt de scheede en den endeldarm (zoo veel als myn vinger bereikte) of 'er ook eenige verharding van een of ander deel plaats greep, waar door in een staande positie de blaas gedrukt konde worden; ook bragt ik een Catheter in de blaas, om te weeten of 'er een Steen in dezelve mogt zyn, of wel iets anders, het geen tot deze onwillige pis-ontlasting aanleiding konde geeven; doch, wat ik ook ter onderzoeking van de oorzaak in het werk stelde, 'er deed zig niets tegennatuurlyks in de omliggende deelen op, het geen men voor de oorzaak dezer Ziekte konde houden, zoo dat men hier, als van de aanleidende oorzaak onkundig zynde, by gissing te werk moest gaan, om dit onge-