kust,’ naa den dood van frykenius ondernomen en volvoerd, ‘om 'er den gebraaden haan te speelen, zonder iets weezenlyks uit te voeren.’
Hadt de Heer nederburgh, ten opzigte van tegen hem uitgegeeven Stukjes, geschreeven: ‘Anecdotes op te zamelen, om 'er eene chronique scandaleuse van te maaken, is eene haatlyke moeite.’ De Uitgeever van dit Stukje wil hier, zonder te vreezen van met den Heere d van lennep, uit wien hy het een en ander hadt aangetoogen, voor een Opzamelaar van schandelyke Anecdotes gehouden te worden, ter voldoening van zyn groot oogmerk, het adstructiver - en instructiver - maaken, naamelyk, van het reeds hier en daar, ten opzigte van de Amptsverrigtingen van Mr. nederburgh, gepubliceerde, niet te onpas brengen het navolgende Dagverhaal ‘der zoo allerpragtigste, voor de O.I. Maatschappy kostbaarste, als in zich zelve nutlooze Reize van den Opper-Commissaris-Generaal langs Java's Noordoostkust. Het onzydig Publiek oordeele, uit dit authentiek stukje, over de merites van het hier boven (in deezen Brieve) ten dien opzigte geavanceerde, en houde ons vry van scandaliseerende oogmerken.’
Aan de Heeren wardenaar en du puy hadt Mr. nederburgh opgedraagen het houden van een Journaal van alles, dat eenigzins merkwaardig is, het welk op deeze Reis zou voorvallen. Dit vinden wy hier met de Bylaagen, waarin alles tot deeze Reis geregeld en bepaald wordt. De Reis nam een aanvang den 12 April 1798, en duurde tot den 19 Sept. diens jaars.
Men zal, met den Uitgeever, dit Tochtjen ‘zo vrolyk en vermaaklyk als kostbaar en allerbrillantst’ mogen noemen. In hoe verre die praal, dat ceremonieel, in die Gewesten voor een Gezaghebber eenigermaate noodig zy, willen wy onbeslist laaten. Alles was pragtig, luisterryk, schitterende, vol blyken van waare of geveinsde onderdaanigheid. Van het weezenlyk volvoerde vinden wy zeer weinig opgetekend. Het Journaal is, schoon van herhaalingen der zelfde eerbetooningen overvloeiende, leezenswaardig, en veelal kort.
De geweezene Gouverneur hartingh schryft in eene nagelaaten Memorie, gelyk wy op eene keerzyde van het blad by den aanvang des Journaals opgetekend vinden, .... Speelende by wylen zodanig den gebraden haan, dat het onverdraaglyk is... den trom en het geschut als