Spaansche trots wél betaald gezet.
Een Spaansch Ridder, zo hoog in Geboorte als een Koning, zo goed Catholiek als de Paus, doch zo arm als Job, kwam 's nagts aan de deur van eene Herberg in Frankryk. Hy klopte zo lang tot dat de Waard wakker werd. ‘Wie is daar?’ vroeg deeze, uit zyn venster kykende. - ‘Don juan pedro, hernandez, rodriguez de villanova, graaf van malafra, ridder van santiago en alcantura.’ - ‘Het spyt my zeer,’ antwoordde de Waard; ‘maar ik heb geen plaats genoeg in myn huis voor zo veel Edellieden!’ - en hy haalde met deeze woorden zyn venster digt.