Overdenkingen over den aart, bewaaring, opheldering en uitbreiding van het Euangelie vóór de geboorte van J.C. Door C. van der Leeuw, Predikant te Hoorn. 6de Stuk. Te Utrecht, by W. van Yzerworst, 1802. In gr. 8vo. 350 bl.
Meermaalen verslag gedaan hebbende van het hoofdonderwerp dezer Overdenkingen, en van den geest, die 'er in doorstraalt, zullen wy ons thans vergenoegen met eene korte opgave van den inhoud van dit Stuk, waarmede het gantsche Werk schynt gesloten te worden. De Eerw. van der leeuw handelt daarin (1) Over de Verlossing van de Israëliten uit Egypte, en eenige daarmede gepaard gaande, en kort op dezelve volgende gedraagingen en lotgevallen van dit Volk. (2) Over de komst van Jethro tot Moses, en de gedraagingen van beiden, by deze gelegenheid. (3) Over Gods Verbond met de Israëliten. (4) Over den uitwendigen Godsdienst der Israëliten in het algemeen, en inzonderheid over hunne Offeranden. (5) Over den Tabernakel. (6) Over den Hoogepriester, en de Feesten der Israëliten. (7) Over de Israëliten in Kanaän, onder 't bestuur van Josua en de Richteren. (8) Over de Israëliten onder de Koninglyke Regeering tot de Ballingschap. (9) Over den staat van Israëls nakomelingschap in de Gevangenis, en na dezelve, tot de komst van den beloofden Verlosser.