Vaderlandsche letteroefeningen. Jaargang 1801
(1801)– [tijdschrift] Vaderlandsche Letteroefeningen– Auteursrechtvrij[p. 127] | |
Overzicht van de letterkundige geschiedenis der agttiende eeuw.
| |
[p. 128] | |
deren vestigden hunnen roem, en baanden verder den weg voor anderen. Zedert was licht en duisternis in gestadige worsteling. Intusschen vorderde de Uitlegkunde, voorgelicht door eene verbeterde taalkennis, met reuzenschreden. Wetstein, michaëlis, ernesti, eichhorn, noem ik in deezen uit veelen. Hier door konde aan de vermetelste aarvallen van de voorstanders des Ongeloofs het hoofd worden gebooden; hier door strekte elke aanval tot wezenlyk nut; de bestreeden deelen wierden van alle kanten beschouwd; de stoutste tegenschriften veroorzaakten de heilykste werken ter verdeediging. De aanschenning van voltaire gaf aanleiding tot de uitmuntende Joodsche Brieven van den Abt guenée, - de Wolfenbuttelsche Fragmenten tot de voortreflyke Verhandelingen van den Abt jerusalem. Elke nadeelige inrichting wierd bovendien spoedig door nuttige opgewoogen; die van ilive en williams tegen het Christendom, door die van boyle, stolp, teyler en anderen voor hetzelve gevolgd. Zo herrees telkens de Zon der Waarheid met te meerder luister, naar maate 'er zwaarer wolken ter haarer verdonkering waren zaamgetrokken. Waar zoude ik beginnen, waar eindigen, indien ik de meest verdienstelyke Godgeleerden wilde gedenken? Ik moet hun met stilzwygen voorbygaan. Ik kan ook elke vordering geenzins gedenken; die vorderingen, welke in Duitschland, zedert den Vreede van Hubertsburg, zyn gemaakt, en ook in ons Vaderland nut en voordeel hebben te wege gebragt, zouden alleen stoffe genoeg leveren tot myn beperkt bestek. De Kerkelyke Geschiedenis deezer Eeuwe is, wel is waar, nog bevlekt met de gruwelyke vervolging der Protestanten in de Cevennes, en der Dallieden in Savoijen, - met het bloed van calas, - met uitbanningen en Religions-edicten, - ja zelfs met het oprichten van een nieuw Hof van Inquisitie te Parma; doch op het einde der Eeuwe is de zucht tot vervolging verminderd, zyn de meeste Gerechtshoven van Gewetensdwang afgeschaft, - overal de brandstapels gebluscht; in zommige Staaten de volledigste Godsdienstige Vryheid gehandhaafd. Ik erken gaarne, dat deeze voordeelen alsnog by alle menschen geenzins naar waarde gekend worden; dat | |
[p. 129] | |
by zeer veelen, aan den eenen kant, domheid, dweepery en bygeloof, - dat achtelooze onverschilligheid, ja ongeloof, aan den anderen kant, plaats vinden; dat het onverstand van zommigen, om het nieuwe met drift op te dringen, den voortgang der waarheid tegenhoudt; doch ik houd my verzekerd, dat in alle Landen, by alle Gezindheden, straalen van haar weldaadig licht zyn doorgedrongen. Alle Gezindheden zyn elkander reeds eenigzins genaderd; de meest harde leerstukken uit de oude Geloofsbelydenissen zyn verzacht, hier door redelyker begrippen van God en deszelfs dienst by veelen gevormd. Het onderscheid tusschen Godsdienst en Godgeleerdheid is bemerkt. Veele Geestelyken van alle Secten yveren meer voor den eersten dan voor de laatste. Wy zagen zelfs ganganelli dit onderscheid van den Pausselyken Zetel aanwyzen. Ach! wilden alle Geestelyken tot deeze Verlichting medewerken! Dat zy nimmer van geschilpunten spraken voor het Volk! Dat zy de waarheid inzagen van het uitmuntend gezegde van hooft: ‘Dit is de aart der Kerkelyke tweedracht: rust ze, zo roest ze. Hy wet haar, die haar wryft.’ De Zedekunde is in deeze Eeuw geheel van gedaante veranderd. Weleer was zy met een donker kleed bedekt, en wierd door veelen als strydig met den Godsdienst beschouwd. Vernet, gellert, hermes, martinet en anderen hebben deezen sluier door leer en leven weggenomen, haar met den Godsdienst vereenigd, en haare voorschriften in het beminnelykst licht gesteld. Hoe veel heeft dit alles medegewerkt tot de zichtbaare beschaaving en vermindering van ruwheid in zeden; tot die vordering van algemeene Menschenliefde, die in het afneemen van den haat tegen de Jooden zichtbaar is! Zoude men aan de toeneeming van licht, in deezen, ook niet mogen, ja moeten toeschryven, dat menschlievende inrichtingen met zulk eene geestdrift en opofferingen worden ondersteund? Zo ja, van hier dan de gelukkige gevolgen der uitvindingen van den Abt l'epée, door den verdienstlyken guijot hier te lande met zo veel vrucht verbreid, waardoor Doofstommen uit den diep elendigen staat van wezenloosheid zyn gered, hunne verstandelyke vermogens ontwikkeld, tot nuttige menschen voor zich zelf en de zamenleving gevormd, en tot verheerlyking van den Schepper worden | |
[p. 130] | |
opgeleid. Van hier de pooging van van engelen gelukt, en door de Maatschappy, tot redding der Drenkelingen, veele Burgers aan hun Vaderland en hunne huisgezinnen te rug gegeeven. Van hier het zegenryk gevolg der gedachten van nieuwenhuizen; en door de Maatschappy, tot Nut van 't Algemeen, kunde en deugd onder de laagere volkstanden verspreid. Veele gezegende inrichtingen in andere Landen moet ik voorbygaan. Zyn uwe poogingen, ô frossard en wilberforge! tot afschaffing des Slaavenhandels, minder gelukt, uwe naamen moet ik echter by deeze Menschenvrienden vermelden. Ontvang ook hier onze hulde, edele howard! die, om het leed der Gevangenen te verzachten, byna alle Gevangenissen van Europa bezocht, alle menschelyk leed u getroostede, en in deeze uwe verrichtingen omkwam. Geen sterveling had zeker menschlievender plan, en volvoerde het grootscher! Dat de Wysbegeerte thans volge. Newton heeft wel, op het laatst der voorige Eeuwe, de kennis der Natuur en haare wetten aan het licht gebragt; doch deeze Eeuw mag echter dit Orakel der menschelyke Wysheid zich nog ten deele toeëigenen; ten minsten zyn de overgebleevene twyfelingen in zyne Leer, door 's gravezande en anderen, geduurende den loop derzelve, weggenomen. Wy kennen nu de Wysbegeerte, als de Leer van het gezond verstand, verbeterd door ondervinding en waarneeming, en tot stelregels gebragt door overdenken en gevolgtrekken, tot betere bestuuring van dit leven. Waar zoude ik mynen tred bepaalen, wilde ik stilstaan by de beschouwing der Leere van de voornaamste Heirvoerers onder de Wysgeeren, leibnits, wolff, rousseau en kant. Wy mogen van veele hunner begrippen verschillen, - andere te hoog vinden voor ons verstand; wy moeten hun echter vereeren, als de wegbaaners tot veele nieuwe gedachten, die, vooral door de toepassing der Wysbegeerte op alle andere wetenschappen en kunsten, een onbegrensd nut hebben veroorzaakt. Het gezag der Rede is gevestigd; de vooroordeelen zyn in veele opzichten merkelyk verminderd. In geen vak is dit meer zichtbaar, dan in de leer van den Duivel, Tovery en Spooken. De Duivel, in het laatst der voorige Eeuwe, door onzen grooten Landgenoot balthazar | |
[p. 131] | |
bekker, het eerst aangevallen, is thans, door de laatere poogingen van semler, lindinge, henning, timmerman, byna geheel verbannen; de Hexen-processen houden, naa thomasius, op; de Spookeryen worden uit toeval verklaard, of als bedriegeryen ten toon gesteld. Ten bewyze, echter, dat het deezer wondervolle Eeuwe niet aan tegenstreevers van licht en waarheid, niet aan zeldzaame tegenstrydigheden ontbreekt, meld ik, dat zeer naby het einde van dezelve, te midden van het afleggen deezer vooroordeelen, een volledig Hexen-proces gevoerd wierd, in het Protestantsch gedeelte van het Canton Glarus; de voornaamste bedryver van hetzelve was een Protestantsch Priester. De Menschkunde, volgens pope ‘de waare studie voor den mensch,’ vinden wy door shaftesbury, steele, van effen, d'argens, verrykt; de oorzaaken der verschillende Characters nagespeurd; de diepste plooijen van dezelve ontwikkeld; door ernst of scherts, den weg tot erlanging van tydelyk geluk, en ter vermyding van ramp, gewezen. Uwe voortreflyke tafereelen, schrandere richardson en fielding! verdienen onze dankbaarheid zo wel als onze verwondering. Hoe veel heeft de Rechtsgeleerdheid gewonnen! Montesquieu heeft de Wysbegeerte, - beccaria de Menschlievendheid met haar vereenigd. De schranderste Mannen hebben hunnen tyd en kunde ter verbetering van alle derzelver vakken aangewend. Behalven de vorderingen in de kennis van het Natuurlyk Recht, door barbeyrac, burlamacqui, van der marck en fichte, - in het Burgerlyk door bynkershoek, d'aguesseau en pothier, - in het Lyfstraflyk door filangieri, pastoret, klein, soden en grolman; mogen en moeten wy ons verwonderen over de verbaazende vordering in de kennis van het Staatsrecht. Veele Geleerden hebben hier toe het hunne bygedraagen. De leer der lydelyke gehoorzaamheid is geheel ontzenuwd; de rechten en plichten van Regenten en Volk aangeweezen, en alzo de weg gebaand tot het kennen van de waare gronden van het maatschappelyk verdrag. Of het Menschdom reeds geschikt is voor het genot van alle rechten, hier uit voortvloeiende, is hier de plaats niet om te onderzoeken; liever vestigen wy onze aandacht op het goede, het welk reeds in deezen is tot | |
[p. 132] | |
stand gebragt. Veele harde Wetten zyn geleenigd; de Pynbank is in verscheidene Staaten afgeschaft; de wreedheid der Straffen verminderd; zommige Misdaaden zyn voorgekomen; Vondelinghuizen aangelegd; in America reeds de Gevangenissen ingericht naar het voorschrift van howard. Hoe veel goeds mogen wy verwachten van het nieuw algemeen Wetboek voor ons Gemeenebest, welks zamenstelling aan voor het onderwerp berekende Geleerden is toevertrouwd! In de Geneeskunde in het algemeen zien wy de spreuk van haaren grooten Herschepper, boerhaave: ‘het eenvoudige heeft het kenmerk der waarheid,’ door van zwieten, ant. de haen, stoll, cullen, stork, gaubius, en zeer veele andere, hunnen Voorganger waardige, Mannen ingevoerd. De Heelkunde is door louis, le cat, petit, van der haar, desseault, van gesscher, geheel herschapen. De Verloskunde is door mauriceau, levret, smellie, bovenal door den onsterflyken baudelooque, tot eenen hoogen graad van volmaaktheid gebragt. Door hunter, monro, cheselden, mascagne en camper zyn in de Ontleedkunde de diepste geheimen der Natuur ontdekt en aangeweezen. Tissot en hufeland gaven de voortreflykste werken ter voorkooming van ziekten. Frank, van geuns en bikker leverden de beste bouwstoffen voor de Geneeskundige Staatsregeling, die wy in andere Landen reeds door het oprichten van Lykhuizen, verleggen der Begraafplaatzen, toezicht op de kunde der Geneesmeesters en bereiding der middelen zien in werking gebragt, en op welker invoering wy nu ook mogen hoopen. - Veele menschen zyn door dit alles behouden. Door het gezegend middel der Inenting is aan de weleer alles vernielende pest der Kinderziekte het vergif benomen; op het slot der Eeuwe hooten wy van eene geheel nieuwe uitvinding, om dierlyk smetstof in het menschelyk lighaam over te brengen, welke misschien de heilzaamheid der inenting van de gewoone Kinderziekte zal overtreffen. Groote vorderingen ontmoeten wy by de beschouwing der Wiskunde. Het noemen van bernouille, maupertuis, euler, zal genoegzaam zyn, om een ieder, die maar eenigzins met deeze hoogstnuttige Wetenschap bekend is, hier van te overtuigen. Een onbegrensd voordeel is veroorzaakt door derzelver meerdere toepassing | |
[p. 133] | |
op de Zeevaart- en Sterrekunde. Douwes heeft door zyne uitvindingen, waar door mogelyk in het vervolg het vinden der Lengte op Zee gemakkelyker wordt gemaakt, de eerste aan zich verplicht. De laatste is in deeze Eeuw geheel van gedaante veranderd. Herschell heeft eene nieuwe Hoofd-planeet ontdekt. De afstand, grootte, onderlinge aantrekkingskracht, afzonderlyke helling, en de verschynzelen van alle andere Hemelsche Lighaamen zyn berekend en aangeweezen. La lande, bode, von zach en anderen hebben zich in deezen verdienstelyk gemaakt. Welke verbaazende onderneemingen zagen wy, geduurende den loop deezer Eeuwe, ter bevordering deezer wetenschap! onder anderen, Reizen naar de verst afgelegene streeken der Aarde, om waarneemingen te doen by zeldzaame verschynzels. Tot welke verheevene bespiegeling worden wy opgeleid, wanneer wy de hoogst waarschynlyke gissing van den grooten merian, by de beschouwing van het onbezeflyk aantal van Vaste Sterren, nagaan, die hy veronderstelt dat alle Zonnen zyn, welke om Waerelden ronddraijen; en dat dit Stelzel van Stelzelen zich beweegt om een middenpunt, waar de Majesteit van God zich op het luisterrykst vertoont! - Onvergelyklyke nieuwland! wat had het Vaderland, het Menschdom, van u niet mogen verwachten, die in den jeugdigen leeftyd zo veel voor deeze wetenschappen hebt gedaan! Wy betreuren in uwen vroegen dood het onherstelbaar verlies voor de Geleerde Waereld, voor het Menschdom. Wy brengen tevens zo wel aan uwe deugd onze hulde, als aan uwe kunde. De nauwkeurige opgaaf van den voortgang in de Natuurkunde zou de ruimte van myn bestek geheel vereischen. Ik moet derhalven alleen aanstippen. Nadat newton de wetten der zwaarte en der beweeging van de grootste lighaamen had ontdekt, Gods Grootheid en Almacht aangetoond; nadat leeuwenhoek en zwammerdam Gods Wysheid en Goedheid in de kleinste deelen der kleinste schepzelen hadden aangeweezen, - wierd de zucht, om alle deelen der Schepping te onderzoeken, by veelen opgewekt; de menigvuldige proeven gaven aanleiding tot de gewichtigste ontdekkingen. De aart der, te vooren meest geduchte, luchtverschynzels wierd nagevorscht; en het gelukte franklin, dezelve uit en door de Electriciteit te verklaaren. Dezelf- | |
[p. 134] | |
de Man, die de dwinglandy bedwong, die door zyne deugden waardig was de Vriend van washington te zyn, leidde het eerst den Blixem naar welgevallen, en lag verders den grond tot de verdere gewichtige vorderingen der menschelyke kennis in deezen. Euler ontdekte veele wetten der Gezichtkunde en van het Licht, - priestley de verschillende zoorten der Lucht. Lavoisier veroorzaakte eene omwenteling in de Scheikunde, vond de bestanddeelen van het Water, en overtuigde een ieder, dat het geen Element is. Montgolfier verhief zich met den Luchtbol naar de Wolken, - blanchard waagde het, om de Zee met dezelve over te steeken. Vroeger zagen wy linnaeus en buffon de voortbrengzels der drie Ryken der Natuur in rangen schikken, orde en duidelykheid voor de laatere beoeffenaars verschaffen. Hoe zeer is de natuurlyke historie van dit alles ontwikkeld! Hoe veele zoorten van Dieren, Planten en Delfstoffen zyn door hun en anderen, geduurende deeze Eeuw, ontdekt, die te vooren onopgemerkt waren gebleven! Het Ryk der Delfstoffen zien wy met een nieuw Hoofd-metaal vermeerderd. De Grenzen der Aardrykskunde zyn uitgezet; veele onbekende deelen der Aarde en Zee zyn doorkruisd; nieuwe Landen gevonden; in de dorste Woestenyen doorgedrongen; Bergen beklommen en gemeeten. Wie denkt hier niet aan cook, la peirouze, bougainville, vaillant, pallas, le luc, de saussure? De Brandende Bergen zyn door hamilton en anderen onderzocht; de veranderingen der Aardbol zyn insgelyks nagespeurd, haare waare gedaante is ontdekt. In bekende Landen zyn de Zeden en Gewoonten, door moore, coxe en zeer veele anderen, wysgeerig onderzocht. Hemsterhuis, de schultensen en schroeder bragten de kennis der oude taalen uit eenen Chaos tot orde, en lagen den grond, waarop zedert het gebouw der verbeterde Taal-, Uitleg- en Oordeelkunde zo heerlyk is opgetrokken. Ik kan de verdienstelyke Mannen in deezen onmogelyk naar waarde gedenken. Valckenaar, musgrave, heyse, schrader, ruhnkenius, wyttenbach, noem ik alleen uit zo veele anderen. - Zedert dat het werktuiglyke der oude taalen is aan het licht gebragt, zien wy ook tot verbetering en het kennen der nieuwe veel bygedraagen. Hoe zeer wy Nederlanders | |
[p. 135] | |
in deezen mogelyk minder gevorderd zyn, dan de Franschen en Duitschers, zal echter niemand ontkennen, dat 'er, behalven door ten cate en huidecoper, nog zeer veel licht over de onze is verspreid. Aan de Oudheidkundigen wierd een nieuw veld geopend, door het opgraaven van de verzonkene Steden, Herculaneum en Pompeji. Veele Geleerden hebben hunnen tyd besteed, om deeze en andere voortbrengzelen der oudheid te onderzoeken, en hunne bevindingen voor andere wetenschappen dienstbaar te maaken. Zo hebben caylus en barthelemy de oude Penningkunde ontwikkeld. Deeze Eeuw mag ook op de beste Historieschryvers roemen, die oude zo wel als nieuwe Geschiedenissen hebben nagespoord, en den grooten schat van leerryke voorbeelden, welken dezelve bevatten, voor ons hebben ontslooten. Rapin, hume, wagenaar, raynal, robertson, gibbon, noem ik, uit veelen, voor de Staatkundige, - venema, mosheim, voor de Kerkelyke, - en hoe veelen zoude ik kunnen noemen voor de Letterkundige Geschiedenis! Barthelemy was de eerste, die, in zyn onsterflyk Werk: Reize van den jongen Anacharsis, de Geschiedkundige waarheid en de diepste Geleerdheid met alle cieraaden van Vernuft en Smaak heeft gekleed. Myn bestek laat niet toe, om de vorderingen, door den gezuiverden Smaak op de Dicht-, Schilder- en Toonkunst, op de Welspreekendheid en andere Fraaije Kunsten te wege gebragt, na te gaan; even min als die, welke in de Krygs-, Landbouw- en Huishoudkunde plaats hebben. De beschouwing van deeze laatsten, als Kunsten des Vreedes, zoude anders aangenaamer tafereelen opleveren, dan die des Oorlogs. Wy gedenken kortelyk, by die des Landbouws, aan du hamel en veele anderen, die, door nuttige verbeteringen en uitvindingen, dezelve bevorderden; - by de Huishoudkunde mogen wy u niet vergeeten, edele van rumford! die zo veele bespaaringsmiddelen hebt aan de hand gegeeven, door wien vooral de onderstand aan noodlydenden gemakkelyker is gemaakt. In de Staats-Oeconomie vinden wy niet minder nieuws en goeds door veelen aangeweezen, inzonderheid door smith, in zyn onschatbaar Werk: de Rykdom der Volken. Verscheidene reeds plaats hebbende inrichtingen in deezen, onder anderen die van gelyke Maaten en Gewichten, geeven | |
[p. 136] | |
hoop op een verder in werking brengen van door hun bedoelde verbeteringen. Deeze Eeuw mag tevens nog op andere nuttige uitvindingen roemen. Het leed der Blinden wierd, zo wel als dat der Doofstommen, door het schrander uitdenken van een naar hunne behoeften geschikt onderwys in de School te Parys, verzacht. Het gevaar by Brand wierd verminderd door de Spuit en Perspomp door van der heiden. De Werktuigkunde wierd, om van veele andere te zwygen, verrykt met de nieuwe Sluizen van redelykheid, - met de Telegraaph van chappe. Musschenbroek, ramsden, herschell, van marum, gaven veele nieuwe Natuur-en Sterrekundige Gereedschappen, - harrison Zee-Horologien, - eisinga het voortreflykst Planetarium. De Tekenkunst is verplicht aan ploos van amstel, voor het afdrukken der teekeningen en het vermenigvuldigen van de schoonste kunstgewrochten der beste meesters; - de Drukkunst (welker Geschiedenis door meerman is ontwikkeld) aan didot, voor de vaste Letterplaaten, (Stereotypen.) De meeste verandering, echter, mogen wy zien in het onderwys der Jeugd, waarmede voornaame Geleerden zich in onzen leeftyd hebben willen bemoeien. Hoe byzonder veel is voor het aankoomend geslacht geschreeven! En waarlyk, onze kinderen hebben eenen ryken zegen, indien ouders en meesters voor hun eene verstandige keus doen. Wenschlyk ware het, dat een ieder zynen plicht in deezen inzag; welk een heil konde het menschdom zich alsdan voor het vervolg belooven! Ik zoude tegen mynen plicht en tegen de wellevendheid handelen, indien ik niet met weinige woorden gedacht, dat de beminnelyke Sexe insgelyks heeft bygedragen ter vermeerdering van den roem deezer Eeuwe in het Ryk der Letteren. Voor laura bassi was de eer bewaard, om het eerst van alle Vrouwen den Leerstoel aan eene Hoogeschool te beklimmen. Zy was met roem Hoogleeraares der Natuurkunde te Bologne. Zo verheft zich met recht Engeland op de uitmuntende Schilderes angelica kauffman. Lucretia wilhelmina van merken en juliana cornelia de lanoy hebben door haare geleerdheid en smaak als Dichteressen, - elizabeth bekker en agatha deken door haare vernuftige Romans, haare Sexe zo wel als ons Vaderland tot roem verstrekt. | |
[p. 137] | |
De Letterkundige Geschiedenis deezer Eeuwe heeft boven dit alles het voordeel, dat de Wetenschappen meer verspreid en algemeener zyn geworden. By den aanvang waren zy alleen in zommige Staaten bloeiende; thans zien wy dezelve in alle Landen gevestigd. Rusland zelve levert thans groote Geleerden op. Duitschland, het welk in den dageraad deezer Eeuwe nauwelyks in de Geleerde Waereld bekend was, geeft in derzelver avondstond, in veele opzichten, den toon aan Europa. Te vooren was ook de beoeffening der Wetenschappen aan zommige Standen bepaald; thans is de lust byna by allen opgewekt; van welke veranderingen wy vermoedelyk de oorzaak moeten zoeken in de stichting van zo veele Maatschappyen, die elkander de hand bieden; in het meer en gemeenzaamer behandelen der Wetenschappen in de levende Taalen; en in het oprichten van openbaare Boekeryen en Leesgenootschappen, waardoor het voldoen aan den leerlust gemakkelyker is gemaakt. Ziet hier, Lezers! het einde onzer voorgestelde loopbaane. Zeer veele andere groote Mannen hadden wy nog kunnen noemen; verscheidene meerdere vorderingen in nuttige kunsten en handwerken aanwyzen: dan wy vermeenen de aanwinst der menschelyke kennis, in de opgegeevene Schets, eenigzins, en voor ons oogmerk toereikende, beweezen te hebben. Dit vluchtig overzicht wierd voor my eene bron van genoegen. De mededeeling van hetzelve heeft eenvoudig ten doel, soortgelyke gewaarwordingen by u te verlevendigen. En zouden wy ons allen niet verheugen in deeze vorderingen? Zouden wy onze oogen niet met vermaak vestigen op de blyde verschieten, welke die vorderingen nog in onderscheiden opzichten opleveren? Ja, terwyl wy in het goede en nuttige, reeds tot stand gebragt, eenen gepasten aandrang moeten vinden, om onze eigen vermogens op woeker te zetten tot heil der maatschappye, betaamt het ons, nimmer den eerbied en de dankbaarheid jegens Hem te vergeeten, onder wiens aanbidlyk bestuur de straalen der verlichting zich reeds wyd en zyd verbreid hebben, en door wiens alvermogenden zegen de duisternis der onkunde en de beneveling der vooroordeelen eerlang geheel, gelyk wy mogen vertrouwen, van den aardbodem zullen verdreven worden. |
|