Vaderlandsche letteroefeningen. Jaargang 1801
(1801)– [tijdschrift] Vaderlandsche Letteroefeningen– Auteursrechtvrij[p. 268] | |
Proeve van dagelyksche Betragtingen, uit het Ryk der Natuur, en der Voorzienigheid. Ten nutte van ieder Christen Huisgezin. Te Leyden, by J. van Thoir, 1800. In gr. 8vo. 58 bl.De Schryver van deze Proeve van dagelyksche Betrachtingen, voor eenigen tyd afgezonderd van de moeielykste bezigheden, kon niet besluiten, een volslagen niets te worden. En, ondertusschen, voegt hy 'er, dit gezegd hebbende, in 't Voorbericht, by, wat ben ik meer? Het is Gods goedheid, 's Vaders welbehagen, die my lust gaf, om het hoogste goed te zoeken. Hy doet een pooging, om by de Christen huisgezinnen zyner Landgenooten nuttig te weezen, en is gereed, om, zo deze eersteling bevalt, voort te gaan met de uitgave, en wel geregeld met de eerste maand in het aanstaande jaar te beginnen, wanneer hy ons ook zyn naam zal melden. Hy ziet evenwel niet hoog by deze zyne lettervrucht op. Myne beste werken, zegt hy, ô liefdevolle Genade! zyn niets, maar gy kunt zegen en wasdom geeven aan het hout des wynstoks. Amen. Deze Proeve behelst elf Betrachtingen, geschikt voor de elf eerste dagen van Augustus(*). De eerste bevat een zeker soort van Inleiding. De overige onderwerpen zyn: de Oogst, de Hondsdagen, de Slaap, de Deelbaarheid der Stoffe, de Hoedanigheid der Insecten, Vergelyking der Zintuigen, het Onweder, de Grasvelden, de Nadeelen door het Gedierte veroorzaakt, de Verscheidenheid der Couleuren. Wy wilden niet gaarne, door onze berisping van de wyze van bewerking van deze voor eene eerste proeve gekozene stoffen, (die welligt sommigen wat schraal en oppervlakkig zal toeschynen) aan de bereiking van 't welmeenend oogmerk van den Schryver eenige hindernis toebrengen, en liever ons oordeel zoo lang opschorten, tot dat deze ons nog niet genoeg bekende Wynstok, eens regt aan 't wassen geraakt zynde, goed hout zal geschoten, en rype vruchten voortgebragt hebben. |
|