moest, in alles, den broederen gelyk worden, opdat Hy een barmhartig en getrouw Hoogepriester zou zyn, in de dingen, die by God te doen waren, om de zonden des Volks te verzoenen. Want in het geen Hy, zelf verzocht zynde, geleden heeft, kan Hy den genen, die verzocht worden, te hulp komen,) ten grondslage gelegd worden, het lyden onzes Heeren uit een zeer belangryk oogpunt, als vol leering en troost voor lydenden.
Wy kunnen 'er uit leeren, dat lyden en smarten behooren tot de welvaart van het geheele menschelyke geslacht, en tot het geluk van ieder byzonder mensch, hoezeer dan ook ons zinlyk gevoel daarvan een afkeer hebben, daartegen zich verzetten moge. Ook hebben zyne smarten de heerschende vooroordeelen, tegen het lyden en de smarten, het krachtdidgst wederlegd. Deze vooroordeelen zyn, dat men lydt, wanneer men de gevolgen van tegen de wet strydige handelingen zwaar gevoelt en ondervindt; dat God de lydenden wel, door minder smartlyke middelen, tot hun geluk leiden, of, ten minsten, hun lyden van eene andere natuur kon opleggen; dat slechts zy alleen dezen last des lydens draagen moeten, en dat 'er eene ongelyke en onbillyke uitdeeling van het lyden plaats heeft. Voorts kunnen lydenden uit het lyden van Jesus leeren, zich betaamlyk te gedraagen, in hun eigen lyden. De hoofdtrekken van het hoogst betaamlyk gedrag van Jesus in zyn lyden zyn, volkomene onderwerping onder de Goddelyke beschikkingen, zyne eigene sterkte in het lyden, of zyne groote deugd in alleen te lyden, en zyne voorzichtigheid in het lyden te ontwyken, en heldenmoed, wanneer zyn plicht 'er hem toe riep.
Dit leerryke van Jesus lyden is reeds, uit deszelfs eigen aart, geschikt voor lydenden, om 'er zich mede te troosten. De Redenaar leert hen echter nog daarenboven eenen tweevoudigen troost, welken het lyden van Jesus aanwyst, behartigen, te weeten het gebed tot God, en de ondervinding, dat het lyden dan spoedig eindigt, wanneer het op het hoogste is.
Wy besluiten deze aankondiging met den wensch van den Nederlandschen Vertaaler, dien wy den onzen maaken: dat de Leeraars van den schoonen Godsdienst van Jesus zich meer naar dezen nuttigen leertrant mogen schikken, en dat, door de uitgave dezer Leerrede, het weezenlyk heil van veele Christenen nadrukkelyk bevorderd worde.