Vaderlandsche letteroefeningen. Jaargang 1801
(1801)– [tijdschrift] Vaderlandsche Letteroefeningen– AuteursrechtvrijOverdenkingen over den aart, de bewaaring, de opheldering en uitbreiding van het Euangelie vóór de geboorte van Jesus Christus. Door Cornelis van der Leeuw, Predikant te Hoorn. 2de Stukje. Te Utrecht, by W. van Yzerworst, 1800. In gr. 8vo. 104 bl.De Eerw. van der leeuw gaat, in deze Overdenkingen, waarvan wy, in den voorleden jaare, het eerste Stukjen aangekondigd hebben(*), op denzelfden | |
[p. 223] | |
voet voort, met de oordeelkundige beschouwing van de bewaaring en voortplanting der heilleere, in het Paradys reeds, zoo hy meent, geopenbaard, en vervolgends langzamerhand opgehelderd, verder uitgebreid en bevestigd, tot den tyd der geboorte van Jesus Christus. Het onderwerp der eerste Overdenking is Noäch in de Arke. De tweede beschouwt den uitgang van Noäch en de zynen, en van al 't geen zy by zich hadden, uit de Arke, en de plechtige offeranden, waarmede de godvruchtige Aartsvader, by deze gelegenheid, zyne godsdienstige gevoelens openbaar maakte. Het zullen, naar de gedachten van den Schryver, niet alleen dankoffers, maar ook zoenoffers, geweest zyn. Gods verbond met Noäch wordt hier ook in overweeging genomen. De derde Overdenking gaat over den Torenbouw van Babel, en deszelfs gevolgen. De vierde over Job. Allen bevatten gepaste wenken voor ongeöefende Leezers, om 'er veel stof tot nadenken over dat gedeelte der oude geschiedenissen, en nuttige ophelderingen van min of meer duistere plaatzen, uit op te samelen. Die dezelfde begrippen met den Leeraar, over 't Christelyk leerstelsel, en de trapswyze voortgangen der Goddelyke openbaaringen, vóór de geboorte van Christus, omtrent de verlossing en zaliging van 't zondig menschdom, koesteren, zullen, inzonderheid, deze weluitgewerkte en stichtelyke Overdenkingen met genoegen leezen. |
|