| |
Leevensberigt van den generaal Washington.
(Uit het Engelsch.)
De Generaal washington, die boven alle bynaamen, gewoonlyk aan groote Mannen gegeeven, verheeven is, werd in de Parochie van Washington, in Westmoreland, in Virginie, gebooren, op den 22 van Sprokkelmaand des Jaars 1732. Hy was de derde Zoon van den Heer augustin washington, een Planter of Landeigenaar van uitsteekende bekwaamheden, algemeene hoogagting, en groote goederen in Virginie.
De Voorouders van deezen washington toogen, omtrent het Jaar 1657, uit Yorkshire, in Engeland, na Virginie, en zetten zich in King George's Land neder, waar de Generaal, by den aanvange der Omwentelinge, nog drie Broeders in leeven hadt, te weeten samuel, john en charles, allen Bezitters van groote Landeigendommen, en ééne Zuster. De Generaal was de eerste vrugt van een tweede Huwelyk.
Een byzonder Onderwyzer, onder het opzigt zyns Vaders, regelde zyne vroegste opvoeding, die alleszins was ingerigt om een vast en sterk Lichaam voort te brengen, en den Geest net en bondig te doen denken. Deeze Onderwyzer maakte hem bekend met de beginzelen der Latynsche Taale, onderwees hem in de Engelsche, en in de beginzelen der Wiskunde.
| |
| |
Toen onze washington slegts tien jaaren bereikt hadt, stierf zyn Vader, en het toevoorzigt over eene groote Familie kwam op zyn oudsten Broeder, laurence washington. Deeze jonge Heer, met de meest beloovende talenten begiftigd, hadt een Capiteinsplaats by het Krygsvolk der Volkplantinge tegen Carthagena, onder den Admiraal vernon. Van deezen tocht te rug gekomen, trouwde hy de Dogter van den Heer william fairfax, van Belvoir, en zette zich op zyn Vaderlyk Erfgoed neder, 't welk hy den naam gaf van Mount Vernon, ter eere van den Admiraal, van wien hy veele beleefdheden ontvangen hadt. Hy werd naderhand aangesteld tot Adjudant-Generaal der Krygsmagt van Virginie; doch overleefde die aanstelling niet lang. Hy het ééne Dogter naa, die jong stierf; en zyn tweede Broeder mede, zonder kroost naa te laaten, gestorven zynde, verviel het Familie-Erfgoed, en een zeer uitgestrekte Land-eigendom, aan den Generaal.
Eene omstandigheid, onzen washington betreffende, moeten wy hier plaats geeven, te weeten, dat hy, vyftien jaaren bereikt hebbende, in den Zeedienst tradt, om dien aan te vangen aan boord van een Engelsch Oorlogschip, kruissende op de kust van Virginie; zyn goed was gepakt en gereed om aan boord gezonden te worden, wanneer zyne Moeder, toen Weduwe, haaren tegenzin in dit beroep haars Zoons betoonde, en oorzaak was, dat men dit plan liet vaaren.
De post van Adjudant-Generaal, opengevallen door den dood zyns Broeders, werd, in gevolge van de wyduitgestrektheid des Landschaps, in drie Districten verdeeld; en de aanstaande Held van America begon, eer hy zyn twintigste jaar vervuld hadt, zynen Krygsdienst, met den rang van Major te bekleeden.
Weinig meer dan twintig jaaren tellende, viel 'er iets voor, 't welk washington's groote talenten uitlokte, in werkzaamheid bragt, en openbaar bekend maakte. De Franschen van Canada, geholpen door de Indiaanen, ten dien einde gehuurd, deeden, in den Jaare 1753, invallen op de westlyke grenzen, langs de Allegany- en Ohio-Rivieren. De Gouverneur dinwiddie en de Raad van Virginie kreegen uit Engeland last, om, gewapenderhand, deeze indringingen te keer te gaan. Men keurde het egter raadzaam, openbaare
| |
| |
vyandlykheden voor te komen, door het doen van vriendlyke, maar tevens ernstige voorstellen aan de Franschen, en bevredigende maatregelen aan de Indiaanen voor te stellen.
Men koos den Major washington tot het bekleeden van dit gewigtig en gevaarlyk Gezantschap. In gevolge hiervan werd hy door den Gouverneur afgevaardigd, met een brief aan den Opperbevelhebber der Franschen aan de Rivier Ohio, klagten inhoudende, wegens de inbreuken, gemaakt op de verdragen tusschen de beide Kroonen; tevens voorzien met last en volmagt om te handelen met de zes Volken en andere Stammen van de Wester-Indiaanen, en hun aan de belangen van Engeland te verbinden. Washington ving de reis aan in 't laatst van Wynmaand, vergezeld van vyftien man; hy verduurde de moeilykheden der reize met moed, en voerde den hem opgelegden last met kloekmoedigheid en beleid uit. Wanneer hy wederkeerde met het antwoord van den Heer st. pierre, en verslag deedt van het welgelukken zyner onderhandelingen met de Indiaanen, ontving hy de goedkeuring en den dank zyner Landgenooten.
Niettegenstaande dit alles werden de vyandlykheden in dien oord voortgezet, als een gedeelte uitmaakende van het beraamde plan eens algemeenen aanvals op de Volkplantingen van Groot-Brittanje. In deezen stand der dingen kreegen dezelve uit het Moederland last om zich te vereenigen, en tot zelfverdeediging gereed te maaken. De Vergadering in Virginie ging voor, en bestemde, vroeg in den Jaare 1754, eene somme gelds ten Landsdienste, en stemde toe in het oprichten van een Regiment, vierhonderd man sterk, tot verdeediging der grenzen dier Volkplantinge. De Heer fry, een der Hoogleeraaren van het Collegie van William en Mary, werd tot Colonel van dit Krygsvolk benoemd, en Major washington, toen omtrent drie-en-twintig jaaren oud, bekleedde den post van Luitenant. Colonel fry stierf korten tyd naa zyne aanstelling, en het zyn Regiment en het bevel over aan den tweeden in rang.
Colonel washington betoonde zich onvermoeid in alle poogingen om zyn Regiment in orde te brengen, magazynen aan te leggen, en de wegen te baanen, om het eerst in bezit te geraaken van een' voordeeligen post, by den zamenloop der Allegany- en Monongahela- | |
| |
Rivieren, (thans Pittsburgh,) door hem, ten dien einde, in het voorgaande jaar, aangepreezen. Ten vollen overtuigd van de noodzaaklykheid om dit werk te volvoeren, begon hy zynen optocht derwaards in Bloeimaand, zonder de versterking af te wagten van een detachement onafhanglyke geregelde troepen en eenige compagnien Provinciaalen uit de omliggende Volkplantingen.
Op zynen weg derwaards ontmoette hy, op eene plaats, Red Stone genaamd, eene sterke party, bestaande uit Franschen en Indiaanen; met deezen geraakte hy in een gevegt, en dreef ze op de vlugt, naa het dooden en gevangen neemen van een vyftigtal der vyanden. Onder de Gevangenen bevondt zich de beroemde Heer de la force, en twee andere Officieren, van welken Colonel washington kundschap ontving, dat de magt der Franschen aan de Ohio bestondt uit meer dan duizend geregelde troepen en verscheide honderden Indiaanen; dat zy reeds eene sterkte hadden aangelegd op de plaats, welke hy voorneemens was te beslaan, door hun het Fort du Quesne geheeten. - Deeze kundschap bekomen hebbende, sloeg hy zyne kleine Legermagt neder op eene plaats, bekend onder den naam van Great Meadows, door hem gekoozen, uit hoofde van de welgelegenheid om leeftocht en andere noodwendigheden te krygen; hier versterkte hy zich, om zynen voorraad te dekken, door het aanleggen van een Fort, 't geen hy den naam gaf van Necessity. Aldaar wagtte hy op de versterking uit New-York en Pensylvanie; doch kreeg aldaar by zich Capitein m'kay, met diens geregelde Krygsknegten, waardoor zyne geheele Krygsbende uit omtrent vierhonderd man bestondt. - Ongemoeid bleef hy daar tot in Hooimaand, wanneer hy berigt kreeg, dat eene sterke party van den vyand in aantogt was om zyne Legerplaats op te neemen; hy deedt een uitval en versloeg dezelve. Dan hierop werd hy aangevallen door een Leger, zamengesteld uit Franschen en Indiaanen, begroot op vyftienhonderd man, aangevoerd door den Heer de villiers. De kleine bezetting verweerde zich dapper, verscheide uuren lang, in welken tyd zy omtrent tweehonderd der vyanden
versloegen, en meer dan een derde gedeelte van hunne eigen manschap was gedood of gewond. De Fransche Bevelhebber, ontmoedigd door
| |
| |
zulk een stoutmoedige tegenweer, sloeg eene onderhandeling voor, welke in eene eerlyke daadiging eindigde. Colonel washington ontruimde het Fort, volgens afspraake, met alle krygseer, zyn krygsvoorraad en andere goederen medevoerende; maar de Fransche Bevelhebber, of onmagtig of ongenegen om zulks te beletten, liet de Indiaansche hulpbenden toe, om de Provinciaalen te plunderen, en eene groote slachting onder menschen, vee en paarden aan te rigten. Naa dit ongeval keerde het overschot der Virginische Krygsmagt na Alexandrie, om zich te herstellen.
De Groot-Brittannische Afgezant aan het Hof van Versailles hadt last om by het Fransche Hof een vertoog te doen tegen het verbreeken van de Artikelen van de bovengemelde daadiging. En dit mag aangemerkt worden als het tydstip, waarop het Fransche Hof zich begon te ontmaskeren, en te ontdekken, dat het gedrag van deszelfs Gouverneurs en Officieren in America geheel ingerigt was overeenkomstig met de bevelen van daar ontvangen. Naa deezen tyd werden door de Franschen, met verdubbelde werkzaamheid, op de grenzen, krygstoerustingen gemaakt, en voortgezet in den Winter des Jaars 1754 en het voorjaar van 1755.
Geduurende deezen tyd wierf het Gouvernement van Virginie een nieuw aantal Krygsvolk, die het Fort Cumberland en het Fort London bouwden, en eene Legerplaats aanlagen by Wills Kreek, eene plaats, geschikt om den aanval des Vyands aan de Ohio wederstand te bieden. In alle deeze krygsdiensten, en bovenal in het aanleggen der Forten, werd Colonel washington voornaamlyk gebruikt.
In Bloeimaand des Jaars 1755 kwam de Generaal braddock, uit Engeland, te Alexandrie, met twee Regimenten welgeoefende Soldaaten uit Ierland; by deeze zouden de Krygsmagten der Americaanen gevoegd worden, en braddock, aan het hoofd deezer Legermagt, de bestookers van de grenzen der Volkplantingen verdryven. In gevolge van eene Koninglyke verordening op de Krygsrangen, ‘kon geen Officier, die niet onmiddelyk van den Koning zynen lastbrief ontvangen hadt, het bevel voeren over eenen, die dusdanig eene aanstelling hadt.’ In gevolge hiervan lag Colonel washington zyn post neder, en vervoegde zich als
| |
| |
Vrywilliger en buitengewoon Aide de Camp by den Generaal braddock.
Het Leger trok onmiddelyk aan op het Fort du Quesne, langs den weg van Wills Kreek. Niemand was in de wegen zo kundig als Colonel washington, en geen ander Officier in de Volkplanting hadt een naam van Krygsbekwaamheid, gelyk aan den zynen. Hadt men genoegzaam agt geslaagen op zyne raadgeevingen, dan zouden waarschynlyk de kort volgende nadeelen voorgekomen of afgewend geweest zyn. De Generaal braddock ontmoette op zynen weg, onverwagt, en dus onvoorbereid, een groot aantal der vyanden. Hierop volgde een hevige en bloedige slag, eindigende in eene volkomene nederlaage van braddock's Leger.
Colonel washington was de éénige Officier, wiens post het medebragt, geduurende den slag te paard te blyven, die niet gedood of gewond was. De Voorzienigheid scheen hem te bewaaren om het overschot van een geslaagen Leger voor volstrekte vernieling te bewaaren. Deszelfs overtocht van de Monongahela bewerkstelligd hebbende, en ziende dat de vyand deszelfs behaalde voordeelen niet voortzette, haastte hy zich om maatregelen te neemen tot verdere beveiliging, met den Colonel dumbar, die op eenigen afstand gebleeven was in de Agterhoede, met de tweede afdeeling des legers en de zwaare bagadie. De openlyk uitgegeevene berigten van dit Krygsbedryf, zo in Engeland als in America, waren niet spaarzaam in washington's lof, wegens de weezenlyke diensten, welke hy, in eenen zo neteligen toestand, zyn Land beweezen hadt.
Niet lang naa dit voorval, werd het Reglement op de Rangschikking der Krygsbevelhebberen, zo beledigend voor de Officieren in de Volkplantingen, tot hun genoegen veranderd, in gevolge van het betoond misnoegen der Officieren en de verklaaringen van Colonel washington. Het Gouvernement van Virginie, geheel doordrongen van een gevoel der verdiensten deezes Mans, gaf hem eenen nieuwen en zeer uitgebreiden last, het Bevel naamlyk over alle de Krygslieden, reeds geworden, of nog in die Volkplanting te werven. Deezen last behieldt hy, met uitsteekenden lof voor zichzelven, en voordeel voor zyn Vaderland, tot den Jaare 1759, wanneer hy, de rust hersteld zynde op de gren- | |
| |
zen der in 't midden gelegene Volkplantingen, en zyn gestel zeer verzwakt en gevaarlyk zynde door eene oude longkwaale, zyne Krygsbediening nederlag.
Zints dit Tydperk tot den Jaare 1775 kweekte washington de Kunsten des Vredes. Kort naa het nederleggen van zynen Krygspost, in den Jaare 1759, herkwam hy tot voorige kragten, en trouwde de tegenwoordige Weduwe washington, toen Mev. martha custis, eene beminnelyke en schoone Weduwe; met haar behuwlykte hy twintigduizend Ponden Sterling, welke zy van zichzelve bezat, behalven haar Weduwengoed in een der voornaamste gedeelten van Virginie; hy zette hierop, als een Planter en Landbouwer, zich neder op zyn geliefde Landgoed Mount Vernon.
De Generaal washington was waarschynlyk de grootste Landbezitter in de Vereenigde Staaten van America. Behalven de uitgestrekte Landeryen, welke aan hem kwamen door zyn Huwelyk, en door den dood van Mev. washington's éénige Dogter, (geheel dertigduizend Ponden Sterling bedraagende,) bezat hy uitgestrekte streeken overheerlyk land in verscheide deelen van den Staat, welke hy, in voorigen tyde, toen hy Landopzigter was, zelve ontgonnen, of gekogt hadt van Officieren, die ze tot belooning voor Krygsdiensten verkreegen hadden. - Hy vergrootte ook, op eene zeer aanmerkelyke wyze, zyn Landgoed Mount Vernon, 't welk in den Jaare 1787 uit omtrent negenduizend Acres bestondt, geheel onder zyne eigene aankweeking. Het inkomen, 't welk hy van zyne Landgoederen trok, werd, in den Jaare 1776, berekend, ten minsten vierduizend Ponden Sterling 's jaars te bedraagen; en men veronderstelde, dat dezelve by verkoop meer dan honderd en zestig duizend Ponden Sterling zouden gegolden hebben. En valt 'er niet aan te twyfelen, of die Landbezitting is, zints dien tyd, onder zyn opzigt, nog veel verbeterd.
Niet minder stak de Generaal washington uit als Landbouwer dan als Krygsheld of Staatsman. Hy ondernam alles in 't groot, overeenkomstig met zyn grooten en veelbevattenden geest; terwyl zyne naauwkeurige en voorbeeldige wyze, om alle zyne zaaken te verrigten, hem in staat stelde om meer uit te voeren, en op een volkomener en voordeeliger wyze, dan misschien eenig man van deeze eeuw. Hy hadt, in één jaar, ze- | |
| |
venduizend schepels Tarwe, en tienduizend schepels Indiaansch Koorn, op zyn Landgoed Mount Vernon geteeld. In een volgend jaar kreeg hy van zyne Kudde tweehonderd Lammeren, zaaide zeven-en-twintig schepels Vlaszaad, en plantte meer dan zevenhonderd schepels Aardappelen. In hetzelfde tydsverloop hadt hy onder zyn oog doen vervaardigen zo veel linnen en wollen stoffe, als genoeg was voor de onderhoorigen van zyn huis, die omtrent duizend zielen uitmaakten. Zyn Land, tot de teelt geschikt, hadt hy verdeeld in even groote perken, en de gewassen, welke 'er geplant moesten worden, voor veele jaaren aangeweezen. Op Saturdag-middag in elke week was hy gewoon berigten te ontvangen van alle zyne Landopzigters, wier verslagen naauwkeurig gesteld werden in daartoe aangelegde boeken: zo dat hy, op het einde van het jaar, in staat was, juist op te maaken, welk een arbeid in de onderscheidene verdeelingen gedaan was, en het beloop van de opbrengst. Orde en huishoudelykheid heerschten in alle zyne verrigtingen, zo binnen als buiten 's huis.
De Landbouw was zyne meestgeliefde bezigheid, en hy zette dien voort op eene wyze, zyns waardig. Eene groote zaak, welke hy altoos in 't oog hieldt, was het invoeren of vermeerderen van de aanteelt zodaniger artikelen, welke hy oordeelde, in derzelver gevolgen, voor zyn Land het heilzaamst en voordeeligst te zullen weezen. Volgens dit beginzel zag hy reeds vroeg af van het Tabak-planten, en bevlytigde zich op andere akkerbezigheden. Om daarin oefenende kundigheden op te doen, hieldt hy briefwisseling met Dr. anderson en den Heer arthur young, in Engeland, en met veele landbouwende Heeren in America. Naardemaal verbetering bekend stondt 's grooten Mans oogmerk te weezen, ontving hy zeldzaame zaaden, en berigten van den uitslag der proefneemingen in andere oorden. Hy maakte desgelyks breedvoerige aantekeningen, ten aanziene van zyne eigene proefneemingen, de gesteldheid der saisoenen, den aart der gronden, over welke hy zeer goed oordeelde, als mede over de onderscheidene soorten van bemesting, met één woord, over alle zodanige onderwerpen, als tot verbetering van den Landbouw konden strekken.
(Het Vervolg hiernaa.)
|
|