De jongste dag. Een oorspronglyk Nederduitsch Dichtstuk, door D. Onderwater. In gr. 8vo. 31 bl.
Was deze taak my toevertrouwd? Deze vraag geschiedt niet aan ons, maar aan den Alweetenden; wy behoeven dan ook niet te andwoorden. En, hoewel de Dichter nu in zyne Voorreden verzoekt, dat men de nog overgeblevene gebreken in dit Dichtstuk niet goedgunstig over het hoofd zie, en zegt zich gelukkig te zullen rekenen, zo men hem voor de vierschaar des verstands, der kunde, rede en smaak, ene gepaste critique waardig keure, zo kunnen wy toch van ons niet verkrygen, zyn stuk te onderwerpen aan enen gestrengen toets; omdat wy geloven, dat 'er van dezen jongen Dichter, wanneer een kundig