grond gaf om haar de langere bewooning en 't gebruik van die Watermolen te ontzeggen. Hy deedt wat in zyn vermogen was om den Baron tot gena- en gunstbetoon aan de arme Weduwe te beweegen, die niet voorbedagtlyk overtreeden, of den Verhuurder geen weezenlyk onregt gedaan hadt.
De Baron de nairac onverbiddelyk zynde, vondt de Regter zich gedrongen om te vonnissen tot de ontzegging van de Molen, met de boete van het verbreeken der Huurvoorwaarden, en de kosten van het pleit; doch hy kon dit regtvaardig vonnis niet dan met traanen uitspreeken. Toen 'er een bevel van gevangenneeming van de persoon, en volstrekt beslag op de goederen, bykwam, riep de arme Weduwe uit: ô Regtvaardige god! wees gy een Helper der Weduwen en Vader der Weezen! Deeze woorden geuit hebbende, viel zy in zwym.
De medelydende Regter boodt zynen bystand aan, om de bezwymende op te helpen, en, naa onderzoek gedaan te hebben na haar Character, het getal haarer Kinderen, en verdere omstandigheden, boodt hy haar edelmoedig honderd Louis d'Ors aan, het volle beloop der schaden en kosten, en bewoog den Baron dezelve aan te neemen, als eene geheele schadeloosstelling, en de Weduwe weder te laaten woonen.
ô Myn Heer! sprak de geredde Weduwe, wanneer zal ik dit wedergeeven, opdat ik in tyds die som, zo 't my mogelyk is, oplegge. - ‘Dan,’ antwoordde dumat, ‘wanneer myn geweten my zegt, dat ik, in dit bedryf, onvoeglyk gehandeld heb!’