de en in stuiptrekkingen wegkrimpende Vrouw de gemaklykste plaats aanboden, haar vertroostten en moed inspraken. Inzonderheid verdient het gedrag der menschlievende Vrouw van den Heer everardus engelen geroemd te worden: deze braave Dame, schoon zelf nimmer kinderen gehad hebbende, onttrok zich echter niet aan de billyke verpligting, die ieder opgelegd is, om zyn' medemensch in nood by te staan: zy bood met haar Dienstmeisje myne lydende Vrouw allen mogelyken bystand, en heeft haar noch myn kind verlaten, voor dat beiden in onze woning behoorlyk verzorgd en te bed waren.
De pynlyke voortekens der naderende Verlossing met hevige vlaagen toenemende, wanhoopten wy Amsteldam te kunnen bereiken, voor moeder en kind door mangel aan hulp omgekomen waren; want geen der aanwezig zynde eenige Vroedkundige kennis bezittende, durfde niemant het wagen de Verlossing te ondernemen. Ik was zinneloos dat ik het voorwerp myner liefde dus moest zien lyden, en ieder oogenblik moest vrezen dat de dood een einde daaraan maken zou, zonder dat het in myn vermogen was haar te redden. Het uur dat ik met zo veel verlangen te gemoet gezien had, dat het eerste huwelyksspruitje onzen vernoegden echt nog heilryker zou maken, was dus voor my een uur van onbeschryflyken angst en wanhoop; ja, de laatste dreef my, daar de reden en het vertrouwen op de Voorzienigheid my begaven, tot een afgryslyk besluit, het welk ik my, zonder siddering, niet kan herinneren, veel minder koelzinnig hier verhalen; ik wilde, daar alle redding onmooglyk scheen, een einde aan de elende maken, die voor my onuitstaanlyk was.
In dezen radeloozen toestand genaakten wy Sloterdyk; en het viel den braaven menschlievenden Schipper, jacobus cas, in, om de aldaar wonende Vroedvrouw, Jufvrouw c.j. maalenstein, in de schuit te laten komen, die zich ook onmiddelyk by myne lydende Vrouw begaf, met oogmerk om haar by zich in huis te laten brengen; doch dit was niet mogelyk, dewyl zy reeds op het punt van verlossen was; waarom zy, haar, op de bestvoeglykste wyze, op den grond van de schuit geplaatst hebbende, de Verlossing ondernam, en myne Vrouw aanmoedigde, dezelve, zo veel mogelyk, te bevorderen, welke, op het oogenblik dat de schuit aan de legplaats aankwam, zo gelukkig als voorspoedig volbragt wierd. De geboorte van een' welgeschapen Zoon, die, wanneer dezelve tot mynent ware voorgevallen, voor my een oogenblik van onuitspreeklyke vreugd zou geweest zyn, verdubbelde myn' angst en bekommering: ik duchtte met reden, dat zyne eerste kreet de Lykzang op myne dierbaare Echtgenoote zou geweest zyn, die ik flaauw en schier levenloos in myne bevende armen hield. Myn toestand laat zich beter gevoelen dan beschryven: hier eene afgematte en