Vaderlandsche letteroefeningen. Jaargang 1799
(1799)– [tijdschrift] Vaderlandsche Letteroefeningen– Auteursrechtvrij
[pagina 35]
| |
Het Ryk was toen niet verdeeld in strydende Partyen, elk op eens anders verderf uit; maar de groote Bedienden ten Hove zogten vermaak en gezondheid met in de bosschen te gaan jaagen. Jessom, Emir al Omrah, Schenker by den Schah, vervolgde op zekeren tyd een snelvoetigen Nyl-gau; dit bragt hem na het gebergte, grenzende aan Dehli, waar dit Dier honden en jaagers te leur stelde. De Emir, van zyn paard afstygende, en den weg door het gebergte neemende, zette zich in 't einde neder in de schaduw van een zich breed uitbreidenden Platanus. Natuur, door vermoeidheid uitgeput, zogt verfrissing in den slaap - oogenblikken van ongevoeligheid; doch op de bedenking aangenaam. - Ontwaakende, zag hy voor zich een oud Man, in zyn opperkleed omwonden Hy gaf zyne vrees te kennen, van hem zonder voordagt in den slaap gestoord te hebben; met bygevoegde vraage, of hy eenige verfrissing verlangde? - ‘Een dronk waters,’ zeide de Schenker, ‘zou my hoogst aangenaam weezen.’ - De oude Man vertrok, maar kwam spoedig te rugge met een drinkvat, gevuld met het zuiverst water, zo koel als de rots, waar uit het was voortgevloeid. De Emir het in de hand neemende, zeide de oude Man: Wagt een oogenblik; en, onder dit zeggen, deed hy 'er drie druppels in uit een krystalle vles. Naa dat de Emir gedronken hadt, vroeg hy na de beduidenis van dit inmengzel. Het Water, kreeg hy ten antwoord, was om den dorst te lesschen; de Druppels strekten tot Medicyn. Gy hebt u op de jagt vermoeid, en 'er was iets noodig, om de kragt, door lichaamsbeweeging verlooren, te herkrygen. - ‘Kragt door Lichaamsbeweeging verlooren!’ riep de Emir uit: ‘Ik maak Lichaamsbeweeging om kragt te verkrygen, niet om dezelve te verliezen.’ - De oude Man hervatte: Hoe men door zich te vermoeijen kragten kan krygen, moet ik nog leeren; het werktuig van 's Menschen Lichaam styt, even als alle andere werktuigen, door wryving, en wordt bewaard door rust. - ‘Ik dagt,’ hervatte de Emir, ‘dat alle menschen zamenstemden in het gebruik en de noodzaaklykheid der Lichaamsbeweeging.’ - Niet allen, hernam de oude Man; onze Nabuuren de Persiaanen zyn niet gesteld op noodlooze beweeging; en hunne Nabuuren de Turken hebben tot een spreekwoord, dat het beter is te ryden dan te wandelen - beter te zitten dan te staan - en dat de dood het beste van alles is. De Franguis, 't is waar, die zich onlangs ten deezen Lande hebben ingedrongen, hebben die rustloosheid, welke gy als weezenlyk noodig voor de gezondheid oordeelt Waar onmaatigheid plaats heeft, daar kan sterke Lichaamsoefening noodzaaklyk weezen. Zwaare arbeid vordert een menigvuldiger veedzel; maar de gemaklyke Bediening van Schenker by den Schah (want uwe kleeding wyst uit, dat gy in die post gesteld zyt) | |
[pagina 36]
| |
vordert den Lichaamsarbeid niet, om eenige kwaade uitwerkingen, uit uwen hoogen staat voortvloeijende, tegen te gaan De Emir stemde in dit alles niet toe; maar eer hy kon antwoorden, vervoegde zich een Boer by den ouden Man, klaagende over geweldige Maagpyn, met verzoek om een Geneesmiddel. - Vriend, sprak de Geneesheer, vervoeg u, door den Propheet, tot den grooten Beschikker over de gezondheid der Menschenkinderen. Ik kan niets doen dan door hooger bystand - doch dit is myn aardsch Geneesmiddel: doe drie druppels uit dit kleine vlesje in een ruimen dronk waters, en eet niets voor morgen. - Wees indagtig, drie druppels, en niet meer! Naauwlyks was deeze weggegaan, of een ander Lyder kwam, klaagende over een ander ongemak. Het Voorschrift ter geneezing was het zelfde. De Emir was wel zeer nieuwsgierig; doch zich genoegzaam verfrischt oordeelende, staakte hy allen verder onderzoek. - Hy bedankte den Geneesheer, en vertrok. Wanneer Schah jehan dronk, boodt hy, om zynen Schenker eere aan te doen, hem altoos het overschot aan, 't welk de Emir ledigde; eene bede voor 's Keizers welvaaren opzendende. De Schah beminde den wyn, en kon veel drinken zonder daar door bevangen te worden. De Emir was van een tegenovergestelde gesteltenisse, en het gebeurde menigmaal, dat hy meer Bekers te ledigen hadt dan bestaanbaar was met het bewaaren van een helder verstand, en eene geschiktheid om zyne gebeden tot den heiligen Propheet in te richten. Ingevolge van het veelvuldig gebruik des wyns, begonnen groote puisten zich op zyn neus te vertoonen, zyne beenen zwollen, zyn baard werd dun, en de Vrouwen in den Harem klaagden dat zyn adem onverdraaglyk stonk. De Hof-artzen werden geraadpleegd; zy schreeven alle de kostbaare geneesmiddelen, welke het Oosten schenkt, voor. - Maar geen deezer bragt eenige baat toe. Allengskens vermeerderden de slegte verschynzels. By toeval herinnerde zich de Emir den ouden Man van den Berg. Te zwak om te paard derwaards te ryden, liet hy zich in een draagstoel derwaards brengen, en sprak hem in deezer voege aan: ‘Wanneer ik voortyds my hier bevond, was ik uw Gast, staa my nu toe uw Patient te weezen.’ - Gansch gaarne, luidde het antwoord: neem drie druppels uit dit vlesje, doe dezelve in een kroes water, drink dit, en den geheelen dag niets meer. - ‘Dat is onmogelyk,’ hervatte de Emir. ‘Ik moet menigmaalen den Beker aanneemen van myn goeden Heer.’ - Dan, was het wederwoord, zult gy den kelk | |
[pagina 37]
| |
des Doods drinken - het minste inmengzel van een vreemden en strydigen aart by myn Geneesmiddel wordt terstond doodlyk! Naardemaal de Schah den Emir meer beminde dan zyne andere Oppassers, stondt hy dien Gunsteling toe een geruimen tyd zich van het Hof te verwyderen; begrypende dat de Talisman van den Wyzen (want voor zodanig iets hieldt hy de drie druppels) de tegenwoordigheid van den Lyder vorderde. De Geneesheer hieldt zich aan 't zelfde Voorschrift, en de Lyder betoonde eene volslaagene gehoorzaamheid. 'Er verliepen niet veele dagen, of de gezondheid van den Emir was in alle opzigten veel beter. De puisten glommen niet meer op zyn neus, zyn baard groeide, de dikte der gezwollen beenen verdween, en zyn adem besmette de lugt niet meer. - Nog eene korte poos, zeide de oude Man, en de Engel der Gezondheid zal by u huisvesten, en den Engel des Doods verdryven, om andere slachtoffers op te zoeken. By menigte kwam het Volk uit de omliggende oorden, om raad te vraagen by deezen Geneesheer; altoos kreegen zy het zelfde antwoord, en 't zelfde Geneesmiddel; de uitslag was zo gezegend, dat de Geneesheeren daar omstreeks alle agting en werk verlooren. ‘Waar in,’ sprak de Emir by zichzelven, ‘mogen deeze kostbaare druppels bestaan?’ zich hoogst verwonderende over de eenvoudigheid en de kragt des Geneesmiddels. Schoon onbekwaam om tot de diepte dier geheimenisse door te dringen, bevondt hy dat hy volkomen hersteld was, en verlangde zich te vertoonen by zynen Meester, by het Hofgezin en de Vrouwen; hy nam dankbaar afscheid van den Arts, die, weigerende eenige belooning te ontvangen, hem liet heenen trekken, naa het geeven van deezen raad: Myn Geneesmiddel heeft (onder de hand van hem, die gezondheid en ziekte in zyne magt heeft) de gewoone uitwerking op u gedaan; doch eenige tyd moet 'er verloopen, eer de enge porien van de huid kunnen ontlasten wat 'er nog van overgebleeven is in uwe gesteltenisse. Den Beker der Eere moet gy weigeren, zo gy niet andermaal tot my wilt komen. Een Paard, ryk vercierd, voerde den Emir na Dehli, vergezeld van een hoop Dienaaren, zich verheugende over het herstel zyner gezondheid. - Wanneer hy den grond kuschte voor den Zetel van Schah jehan, werd hy eerst ontvangen als een onbekende; het kragtdaadig Geneesmiddel hadt hem, als 't ware, in een nieuw mensch herschaapen. ‘Een Beker Wyn!’ zeide de Schah, ‘laat de groote Arts weeten, wie het is die hem eene lange gezondheid toewenscht, tot genot voor zichzelven, en tot heil van anderen. Schenk hem het Eerekleed, laat ik den Wyzen | |
[pagina 38]
| |
Man zien en beloonen, die de bron der Gezondheid bezit!’ - Twee Bedienden vertrokken onmiddelyk, om deeze woorden des Schahs met den Eeremantel aan den ouden Man op den Berg te brengen. Toen de Schah gedronken hadt, boodt hy den overgeschooten Wyn aan zyn herstelden Schenker; die, den Drinkbeker aangrypende, driemaal poogde denzelven aan zyn mond te zetten; doch te vergeefsch. - 's Geneesheers woorden by het afscheid speelden hem nog leevendig voor den geest - en niet te drinken kon het gemis zyner hooge waardigheid - of zelfs van zyn leeven - ten gevolge hebben. De Schah, bemerkende dat de aangeboode Beeker versmaad werd, gloeide van toorn. - Hy riep uit: ‘Voert deezen Slaaf uit myne tegenwoordigheid weg - en daar hy weigert Wyn van de hand zyns Heeren te neemen, laat hem Water drinken - Water zy zyn éénige drank - vertrekt!’ De Booden, na den Berg gezonden, waren niet lang op weg om de vlakte van Dehli over te trekken. Zy omhingen den Grysaart met den Eeremantel hem toegeschikt, en voerden hem in tegenwoordigheid des Keizers. - ‘Nader!’ sprak de Schah, ‘vermeld my, door welk goed geluk gy in 't bezit gekomen zyt van dat Geneesmiddel, 't welk de Wyzen van het Oosten en het Westen zo langen tyd te vergeefsch gezogt hebben.’ - Uw Slaaf, antwoordde de Arts, bezit niets van dien aart. - ‘Het is dan een Talisman?’ hernam de Schah. - Ik heb geen Talisman, antwoordde de Grysaart: Indien gy het my beveelt myn geheim te ontdekken - uw Slaaf moet gehoorzaamen - maar dit eens ontdekt zynde, houdt de kragt van myn Geneesmiddel op. - ‘Gy doet,’ voerde de Schah hem onverduldig te gemoete, ‘myne nieuwsgierigheid meer en meer ontvlammen.’ - Het wordt dan, vervolgde de Arts, vol ontzag, myn pligt daar aan te voldoen. - In myne vroege jeugd merkte ik op, welke kragtdaadige uitwerkzels de Verbeelding hebbe op 's Menschen Geest - niets is te vreemd voor de Verbeelding om te begrypen, en geen uitwerkzel voor dezelve te groot om voort te brengen - door de Verbeelding wordt bykans alles zodanig als wy het wenschen. Deeze ontdekking ligt voor alle opmerkzaamen open; en allen kunnen 'er het zelfde gebruik van maaken als ik. - Verder in 't leeven gevorderd, nam ik waar, dat Onmaatigheid de Moeder was der Ziekten, en de aanvoerster van den Dood. Van deeze waarheid strekt de ondervinding tot getuigen; en wy hebben diep gewortelde hebbelykheid, zugt tot vermaak, en vooroordeel, tegen te gaan en te overwinnen. Naardemaal de werken der Natuure alle volmaakt zyn, is het strydig met haare wetten handelen, wanneer wy onvolmaaktheid | |
[pagina 39]
| |
en ziekte invoeren; en niets dan de neiging der natuure tot herstel en rust in het middenpunt, waar uit wy haar verdrongen hebben, kan ons tot onze vroegere volkomenheid en gezondheid wederbrengen. Indien 'er Geneesmidelen voorhanden zyn, welke deeze neiging kunnen onderschraagen, laaten wy die gebruiken: maar hoe kunnen wy zeker gaan, dat wy de Natuur, in haare werkingen, niet vertraagen, in stede van haar te onderstutten; daar de oorzaaken dier werkingen buiten het bereik van ons kortzigtig verstand liggen. ‘Maar de drie Druppels!’ viel de Schah hem in de rede. (Want alle Vorsten haaten onderrigting, schoon zy dezelve vraagen; en laaten schaars een antwoord toe op hunne eigene voorstellen.) Deeze, antwoordde de Arts, komen onder het geen ik van de Inbeelding gezegd heb. ‘Ontdek my het geheim van de drie Druppels,’ zeide de Schah (blyk geevende dat zyn geduld ten einde was) ‘en hou al het andere voor u zelven!’ Ik bevlytigde my, hernam de Grysaart, op een zagten toon, om den Keizer te overtuigen, dat ik geen geheim Geneesmiddel, - geen Talisman - heb - maar uw Slaaf houdt op met spreeken, dewyl zyne woorden by u geen gunstigen ingang vinden. ‘Vaar voort!’ sprak de Schah, met ongeduld. Wanneer een Lyder by my komt, dus voer hy op dit bevel voort, merk ik hem aan als iemand die ongesteld is, om dat hy de Natuur verwrikt heeft. Indien wy wisten wat haar in haaren eersten en rechten stand zou herbrengen, of kundig waren hoe het Geneesmiddel aan te wenden, het zou gelukkig weezen, - maar dewyl ons zulks ontstaat, laat ik het werk aan de eigene kragten der Natuure over. - Onmaatigheid en Overdaad hoogstwaarschynlyk de oorzaak der ongesteldheid zynde, is Onthouding naastdenklyk het rechte Geneesmiddel. Doch dit is te eenvoudig. - 'Er moet iets bykomen om op de Inbeelding te werken. - Myne drie Druppels voeren dit uit. - Zy zyn het zelfde water als waar in men ze met veel behoedzaamheids laat druipen; Water alleen zyn ze, - doch hebben een geheimzinnig voorkomen, en vertoonen zich in de gedaante van een allerkragtigst Geneesmiddel, in welks hoeveelheid men niet moet mistasten, - Om voor te komen dat de geneezenen niet weder instorten door Onmaatigheid, welke de kwaal zou doen voortduuren, beveel ik de striktste onthouding; ten einde niets de kragt des Geneesmiddels tegenwerke. Maar het betekent over 't geheel niets meer dan het afweeren van het uitwerkzel, door de oorzaak weg te neemen; en aan de Natuur de vryheid te laaten om haare werkzaamheden onbelemmerd te verrigten - een werk, dat niet veilig aan andere handen kan worden toevertrouwd. | |
[pagina 40]
| |
‘Hoe!’ riep de Schah uit, met verontwaardiging, ‘zyn uwe drie zo hoog geroemde Druppels niets dan Water!’ Indien zy hoog geroemd zyn, hernam de Arts, op een ontzagvollen toon, laaten wy dan veronderstellen dat zy zulks verdienen. - Ik heb u, van den beginne af, gezegd dat de ontdekking op eenmaal een einde aan myne Kunst zou maaken. ‘Zo,’ zeide de Schah, hier door in een goeden luim gebragt, ‘in stede van den Schenker te straffen, ben ik zyn Geneesheer geweest, en heb hem bevolen het onschatbaar Geneesmiddel, de drie Druppels, in te neemen! - Dat hy weder voor myn aangezigte gesteld worde, en het zal door myn toedoen niet zyn, indien hy het ooit weder noodig hebbe een bezoek by den ouden Man op den Berg af te leggen!’ |
|