Bybelsch Mengelwerk, bevattende vier Leerredenen over de Parabel van den Ryken Man en Lazarus. Eene Scheeps-Predicatie, gedaan na het wederkeeren van de glorieuse Actie op de Doggersbank, en twee Vertoogen over Joseph's Koornhandel, en 't geval van Jona. Door Jacob Gerard Staringh, Predikant te Gouderak. Te Amsterdam, by W. Brave, 1798. In 4to, 159 bl.
Een ouwerwetsch vertoon maaken deeze Leerredenen, zo ten aanzien van den zwarten letterdruk, en de menigvuldige splitzingen in deelen, onder- en wederom onderdeelen, als met opzigt tot de gevoelens, welke men, ginds en elders, aantreft, en nu, ook by veele verstandige en godvruchtige Leeraars van het Hervormd Kerkgenootschap, meer en meer hunne voorstanders beginnen te verliezen. Ten voorbeelde diene het volgende: Den armen lazarus beschouwt staringh als een Zinnebeeld van boetvaardige Zondaars en Zondaaressen, en anderen, uit de gemeene schaaren, die jezus voor den grooten Profeet hielden. 's Mans hoedanigheid van Bedelaar wyst aan, dat de beteekenden, ten aanzien van hunnen uitwendigen staat, niet veele Edelen, niet veele Magtigen, en, naar den inwendigen staat, bedelaars by God waren. Zyn leggen aan de poorte zou aanduiden, dat de Jooden de zulken, die beleeden dat jezus de christus was, in hunne gemeenschap niet wilden dulden. De Zweeren van lazarus zouden het zinnebeeld zyn, of van de wreede mishandelingen, die den geloovigen wierden aangedaan, of van hunne Zonden, die, als geestlyke Zweeren, als stinkende etterbuilen, en veragtelyke plaagen, hen walgelyk maakten voor God. De be-