naar Kanaän; Dichtstukje omtrent die Reize; toevallige en naadeelige gebeurdnissen kunnen van achteren nuttig zyn, eene Vertelling; Lentezang; Samenspraak tusschen een Luthersch Predikant en een Meisje; het gelukkige Kind; eenige Brieven; eene Wandeling, Dichtstukje; het Onweder; de Regenboog; op een aangenaamen Regen, Dichtstukje; op Gods heerlykheid in 't onweder, Dichtstukje; de Christen by 't onweder, Dichtstukje; tweede Lentezang; het gehoorzaam Kind; nuttigheid der kennis in Godlyke en menschlyke weetenschappen; het Leven van Duval; Samenspraak over eenige verkeerde vóóröordeelen omtrent de werken der Natuur; het beminlyk Kind; Gebed in dichtmaat; eenige Verhaalen; 's waerelds nietigheid, een Dichtstukje; het sterfbed van den Christen, een Dichtstukje; eenige merkwaardigheden in de Natuur; merkwaardige Lotgevallen van den Predikant Rogers en Juffrouw Toely, te London; iets omtrent den Bybel.
De Eerw. van emdre heeft dit Werkje eigenlyk ingericht voor kinderen, die reeds den ouderdom van 10 of 12 jaaren bereikt hebben; en dit geeft hem verschooning, by de behandeling van sommige onderwerpen, die anders voor jonge kinderen nog al te verheven, altans vry duister of onbevatlyk, zouden zyn; over het algemeen echter is de styl bevatlyk, en naar de behoefte der kinderen gewyzigd; terwyl de Schryver, door eene aangenaame verscheidenheid in de keuze der onderwerpen, en door veelvuldige ophelderende voorbeelden of gelyknissen, den lees- en leerlust zyner jeugdige Lezeren tracht op te wekken.
Wy twyffelen niet, of het edel oogmerk des geachten Schryvers, 't welk zich (volgends zyne eigen woorden) uitstrekt, ‘om de Jeugd op te leiden tot de kennis en erkentenis van dien God, welke haar Schepper en Weldoener is, en in den Bybel haar den weg aanwyst door welken in te slaan zy gelukkig kunnen worden, naamlyk den weg van kennis, geloof en liefde, liefde omtrent God, zich zelven, en haaren medemensch,’ zal, door eene vlytige leezing en beoeffening van dit Werkje, by veelen bereikt worden; altans wy wenschen dit hartelyk; opdat de Schryver zich daardoor aangespoord moge vinden, om, door de behandeling van meer dergelyke onderwerpen, voor jong en oud, nuttig te zyn.
Als eene proeve, bieden wy onzen Lezeren, uit dit Werkje, het volgend Dichtstukje aan, met het opschrift: de Christen by 't onweder:
Ziet, ziet! 't azuur gewelf betrekt,
Een vreeslyk onweêr dreigt!
Ik sidder niet, 'k verheug me, ô God!