Gedeputeerdens, en wat daaromtrent ten zynen opzigte voorviel. - Van het deel, 't geen hy nam in 't gebeurde op den 22 January, en zyn gevoelen deswegen, als mede over de toen gevolgde maatregelen. - Van zyn vertrek na Parys. - Van zyne bestemming na Straatsburg, en het nederleggen zyner Bediening als Envoye Extraordinair aan het Hof van Weenen. - Hoe hy, eindelyk, zints de gebeurtenis van 12 Juny, zich van de behandeling van alle Staatsbelangen onthouden heeft.
Dit alles zeer beknopt voorgedraagen hebbende, luidt het slot, 't geen wy afschryven. ‘Heb ik intusschen, Burgers Directeurs! zodanig gedagt, geschreeven en gehandeld in het midden der Staatsberoeringen, ik agt my aan myn Vaderland, aan my zelf, aan myne eere, aan myne staatkundige gevoelens, verpligt in het openbaar te verklaaren, dat ik, na dat alle de stukken, die betrekking hebben tot den dag van den 12 Juny, door my bedaardlyk zyn geleezen en overwoogen, na dat ik byzonder onder het ooge gekreegen heb de depêche van het Inconstitutioneele Bewind, aan den Minister buis geschreeven, waar in de Leden van dat Bewind liever de Hoofden van eene zogenaamde uitsluitende Factie, dan de eerste Magistraatspersoonen van een vry en deugdzaam Volk begeerden te zyn, dat ik, zeg ik, my volkomen overtuigd heb, dat de Revolutie van 12 Juny voor 's Lands waare Vryheid, rust en zekerheid, ten allerhoogsten noodzaaklyk was, en dat dezelve moet aangezien en gehouden worden als een gevolg van de gebeurtenis van 22 January, welke ik op alle mogelyke wyze heb tragten voor te komen.
Ik maak, dieshalven, nog minder zwaarigheid te verklaaren, dat ik het tydstip, waar op het Volk plegtig is opgeroepen geworden, om op eene wettige wyze deszelfs Representanten te kiezen, als een allergezegendst en gelukkigst Evenement voor de Bataafsche Natie heb beschouwd, en dat ik my, met alle waare Vrienden der Vryheid, verblyde, dat op de puinhoopen van onwilligheid, onregtvaardigheid, willekeur, heerschzugt, eigenbelang, wanorde, dwaasheid en regeeringloosheid, gevestigd is een Constitutioneel Wetgeevend Lichaam en een Uitvoerend Bewind, welke in derzelver hoog Bestuur tot een rigtsnoer schynen aan-