ter wel zuiveren, en als het gewondde deel niet al te gevoelig is, legt men 'er eene wiek op, in gemelde smelting gedoopt, en wel uitgedrukt.
Als de wond zeer ontstooken is, laat men het wasschen achterwegen, en verbindt met een drachtmiddel en eene weekmaakende pap, ter onderhouding der verettering.
Als de wond eng is, moet zy verwyd, als zy reeds geslooten is, met een stuk van den Bytsteen geopend, en in dit geval, tot de korst is afgescheiden, op bovengemelde wyze gewasschen worden.’
De behandeling van munch is deeze:
‘Men neemt de driejaarige, in de schaduw gedroogde, en niet zeer houtachtige, wortel der Belladonna, voor dat de Plant bloeit, en maakt dezelve tot poeder.
Overeenkomstig met den ouderdom, de kunne en de lichaamsgesteldheid des gebeetenen, geeft men van dit Poeder, zo kort mogelyk na de beet is toegebragt, van 1 tot 10 greinen; 48 uuren hierna van 1½ tot 12 greinen, en 48 uuren laater van 1½ tot 13 of 14 greinen.
Gevoelt de Lyder, na het gebruik van het derde Poeder, nog eenige trekkingen in het gebeeten deel, of is hetzelve nog eenigzins gezwollen, alsdan geeft men hem, na verloop van twee en zeventig uuren, nog vyf Poeders, op gelyke wyze, dat is met gelyke tusschentyden, als bevoorens.
Na het gebruik van elk Poeder, met gerstenwater vermengd, moet hy zich te bedde leggen om te zweeten, en, zo lang het zweeten aanhoudt, niet opstaan; geduurende deezen tyd ook, moet hy nu en dan gebruik maaken van een waterig aftrekzel der Kamillen en Vlierbloemen met melk.’
De Bildsche Kookdrank, welks gebruik altoos by een nevensgaand bericht wordt aangeweezen, is vermoedelyk niet anders, dan de Drank van beverwyk.
In het XXIV, of laatste Rapport van dit Stuk wordt de schadelyke invloed van zommige Fabrieken op de Gezondheid dier geenen, die daar in arbeiden moeten, overwoogen. In hetzelve worden verscheidene nuttige raadgeevingen aan de daarby belanghebbenden uitgedeeld. By voorbeeld, aan de werkers in de Loodwitfabrieken, om 's morgens eene geschikte hoeveelheid olie in te slikken: aan hun, die veel lastig stof in hunne werkplaatzen ontmoe-