uit de onnaauwkeurigheid van het Kompas, dan uit eenige andere oorzaak.
Staal kan niet te veel getemperd worden om tot Naalden in het Zeekompas te dienen; hoe meer het gehard is, hoe bestendiger de Magneetkragt is, daaraan medegedeeld; maar om die Magneetkragt te bewaaren, en gevolglyk het Poolaanwyzen der Naalde, prys ik aan, die Naalde in Tin, welgepolyst zagt Yzer, te besluiten, of aan de Poolen te wapenen met een weinig zagt Yzer.
Door veelvuldige Proefneemingen heb ik bevonden, dat de dus ingeslootene Kompasnaald de Magneetkragt veel volkomener bewaarde, dan de oningeslootene. Zomtyds heb ik gedagt, dat de Magneetkragt der dus ingesloote Naalde toenam, terwyl die van oningeslootene en ongewapende in het aanwyzen van de Pool afnam.
Eenigen tyd geleden plaatste ik een ingeslootene Kompasnaald, een gewapende Kompasnaald, en een oningeslootene en ongewapende, in eene kamer, drie maanden lang; elk hadt, op dien tyd, juist dezelfde rigting, en bykans dezelfde graad van kragt. - Naa het verloop van drie maanden, bevond ik dat de ingeslootene en gewapende Kompasnaald niets in 't minste van derzelver rigting verlooren hadden; de andere was twee Graaden veranderd, en had zeer veel van de Magneetkragt verlooren. Indien 'er eenige verandering by de twee andere gemelde Kompasnaalden plaats hadt, was deeze al te gering om waargenomen te kunnen worden.
Deeze eenvoudige Waarneemingen zyn, zo verre ik weet, nieuw, en kunnen aanleiding geeven tot eene aanmerklyke verbetering onzer Zeekompassen. Ik geef dezelve aan de bedenkingen der Wysgeeren over.