Leerredenen over de Geschiedenis van Ruth. Door Filips Serrurier. Iste Deel. Te Amsterdam, by D. en J. Tol, 1798. In gr. 8vo. 292 bl. behalven eene Aanspraak van 8 bl.
De Eerw. serrurier, één van de 15 Amsterdamsche Kerkleeraaren, die vóór twee jaaren, om bekende rede, van hunne posten ontzet zyn, heeft ook nog iets, tot bevordering van de stichting der Gemeente, by welke hy 33 jaaren Gods woord bediend heeft, willen toebrengen, en daar toe de uitgave verkozen van een aantal Leerredenen over de Geschiedenis van Ruth, door hem, vóór veele jaaren, in de Avondweekbeurten by de Gemeente verhandeld.
Dit eerste Deel bevat zeven Leerredenen, waarin niet meer dan de 16 eerste Verzen van het eerste Hoofddeel afgehandeld worden. Deze uitvoerige wyze van behandeling is door den Leeraar verkozen, met het loffelyk oogmerk, om de aandacht der Gemeente by verscheiden zedekundige waarheden, die anders niet zoo opzetlyk behandeld worden, te bepaalen, en dezelve te waarschuuwen tegen het gevaarlyk vertrouwen op een dood geloof, 't welk het hart onveranderd laat, en geene heilzaame uitwerking heeft op den wandel; en daarop allerhartelykst te dringen, dat men het geloof werkzaam betoone door de liefde, op dat deszelfs zalige vruchten in den geheelen wandel, en dus ook in het huisselyk en burgerlyk gedrag, openbaar worden, waartoe de Geschiedenis van Ruth, in een kort bestek, eene groote verscheidenheid van omstandigheden aan de hand geeft, die men tot zoodanige einden niet ongepast kan gebruiken.
Om onze Leezers eenigzins nader bekend te maaken met de wyze, waarop serrurier het nuttig gebruik van de Geschiedenis van Ruth tracht te bevorderen, willen wy de hoofdleeringen kortelyk opgeeven, die in deze zeven eerste Leerredenen, na eene voorafgaande opheldering van de textwoorden, waaromtrent wy nu geen byzondere aanmerkingen zullen maaken, verhandeld worden.
In de eerste Leerrede, over H. I: 1, 2, trekt de Leeraar uit het geschiedkundig bericht, daarin vervat, deze leerzaame gevolgen. 1) God schept daarin vermaak, dat hy den geringen verhooge. 2) God wil ook Heidenen toe-