Vaderlandsche letteroefeningen. Jaargang 1798
(1798)– [tijdschrift] Vaderlandsche Letteroefeningen– Auteursrechtvrij
[pagina 575]
| |
dan om het groote plan van het onlangs opgericht Zendeling-Genootschap, zoo veel in hem is, te helpen bevorderen. Zy betreffen de vereischten van geschikte Zendelingen, de plaats van derzelver bestemming, de middelen, waarvan zy bestaan, de wyze, waarop zy zich by onverlichte Volkeren voordoen, en het onderwys by dezelven inrichten zullen; en andere byzonderheden, die, by allen, die in deze onderneeming betrokken zyn, en 'er min of meer belang in stellen, overweeging verdienen. De laatste geeft nog in bedenking, ‘of zulk eene bekeering der woeste Heidenen door onze Natie niet beeter zal kunnen ondernomen en voortgezet worden: door eene commissie van gestudeerde lieden af te zenden naar de Leeraars en gevestigde Gemeenten in de O. en W. Indiën, bekleed met dat gezag, dat dezelve in die gewesten met verstandige en godvruchtige Leeraars en Ledematen raadpleegen, en alles in het werk stellen mogen om het Kristendom tot hunne nabuurige volkeren over te brengen; - welke commissie te gelyk de magt behoorde te hebben om de Inlanders, die bekwaam zyn tot de bediening van het Leeraarampt, daar toe aan te stellen en te ordenen.’ |
|