De Dood van Seneca, Kamer Treurspel. Te Amsteldam, by P.J. Uylenbroek, 1797. In 8vo. 39 bl.
De dood van Seneca is ongetwyfeld voor een Treurspel een genoeg belangwekkend onderwerp, wel geschikt om tot een uitvoeriger en treffender geheel geschikt te worden, dan dit kleine Toneelstukjen bevat. Met dat all' heeft de Maker van hetzelve de waarde van zyn onderwerp niet geheel uit het oog verloren, en door zyne hoogst-eenvoudige bewerking aan het oogmerk van dergelyke stukjens, onzes oordeels, wel voldaan. De uitvoering der karakters, in dit Kamer-Treurspel voorkomende, kan vast al vry goed zyn, zonder juist byzondere meesters in de kunst. De personen doen zich meer door hunne redenen, dan in gewigtige of moeilyke handelingen, kennen, en, daar de hoofddaad door gene by-omstandigheden vertraagd wordt, krygt het gansche Stukjen een zeer spoedig, geregeld en gemaklyk, einde. Jongelingen, die de toneeloefening tot hunne uitspanning nemen, zullen altyd best doen zich op dergelyke spellen eerst te oefenen. Doorgaands zyn zy gewoon reeds by den aanvang moeilyker, en dikwyls de zwaarste, stukken te kiezen. Het natuurlyk gevolg wordt dan ook, dat zy zich door hunne kwalyk-geplaatste eerzucht vaak belagchlyk, en voor wezenlyke vorderingen in die edele kunst ongeschikt maken.