Vaderlandsche letteroefeningen. Jaargang 1797
(1797)– [tijdschrift] Vaderlandsche Letteroefeningen– Auteursrechtvrij
[pagina 477]
| |
onder welken wy leeven, te verwerven, en een goeden naam te erlangen. De minderen zoeken zich altoos in de gunst der Grooten te dringen, door slaafsche inwilliging van derzelver begeerten. De Grooten der Aarde zyn niet min afhanglyk van de minderen, dan de minderen van de Grooten. Veelen geeven zich over aan vermaaken, uitspanningen, het spel, en veele spoorloosheden, enkel uit zwakke toegeevendheid, en uit vreeze van uitgelachen te zullen worden van hunne medemakkers. Niets is van grooter belang voor de Jeugd, dan verstand, raad, en behoedzaamheid, te gebruiken, in de keuze hunner medgezellen. Weeg, met bedachtzaamheid, de Characters wel, eer gy u aan iemand te naauw verbindt, die uw gezelschap zoekt. De onbedachtzaame, losse, Jongeling, die in alles zyne driften volgt, zeilt op een gevaarlyke Zee, vol Rotzen, zonder Compas om zyn koers naar te richten, en zonder Roer om zynen gang te bestuuren. De orde en het geluk deezer waereld kunnen niet bestaan zonder een gestadigen omloop van pligten en werkzaamheden, die elk in zynen kring moet verrigten. Welk eene haatelyke rol speelt hy, die zyne ooren stopt voor de noodwendigheden en behoeften van een schreijend Huisgezin, dat hem om hulpe smeekt. Weinig of geen nut brengen ons de zaaden van groote bekwaamheden aan, als wy dezelve onaangekweekt laaten. De dood verschoont zo min den Monarch op zyn Vorstelyke legerkoets, als den schamelen Daglooner, in zyn bouwvallig hutje, op een handvol stuivend stroo. Gelukkig hy, die, op deeze waereld, de kunst bezit, om met Menschen om te gaan; zich naar hunne kundigheden, dwaasheden, grilligheden en vermogen, te schikken. Weldaadigheid is een der schoonste trekken in het Character van een Mensch: dan de stille, ongemerkte, uitoefening daarvan heeft hooger waarde dan derzelver in het oog loopend vertoon. Waan niet, dat gy achting zult verwerven door vertellingen uwer inbeelding. Eenvoudige waarheid behaagt aan lieden van gezond verstand. Tragt uwe gesprekken met kundige Mannen altoos op die onderwerpen te leiden, welke voor u van 't meeste belang zyn. Zyt een vreemdeling in listen, laage kunstenaaryen, en vermommingen, en laat uw uitzigt en taal altoos overeenstemmen met uwe gevoelens, en laaten die gevoelens steeds gevestigd zyn op Braafheid, Vryheid en Menschenliefde. Indien 'er geen mensch zy, hoe hoog in rang verhe- | |
[pagina 478]
| |
ven, of hy heeft menigwerf de goede diensten zyner Vrienden noodig; kan hy dan denken, dat hy hun, ter vergelding, niets verschuldigd is? Laagheid van denkwyze en eene aangemaatigde grootheid zullen zich by veele gelegenheden verraaden. Hoe meoige verdienste blyst onbekend; en hoe menig vernuft wordt, onder den druk der behoeftigheid, en uit gebrek aan behoorlyke aanmoediging, en gelegenheid om zich te kunnen uiten, verstikt.
J.D.V.. Brielle, 1797. |
|