Vaderlandsche letteroefeningen. Jaargang 1797
(1797)– [tijdschrift] Vaderlandsche Letteroefeningen– AuteursrechtvrijBelangryke byzonderheden, het staatsbestuur en den tegenwoordigen staat van Rusland betreffende.(Ontleend uit Letters from Scandinavia.)
‘Dezelfde Schryver, wiens Verslag, wegens Petersburg, wy onlangs geplaatst hebbenGa naar voetnoot(*), deelt ons, over de Stoffe in het Opschrift deezer Afdeelinge bevat, het volgende, onzes oordeels, zeer plaatzenswaardige mede.’
Indien een Wysgeer een standpunt zou verkiezen, van waar de Menschlyke Natuur, in haare grootste verscheidenheid van character en uitwendig voorkomen, te beschouwen, dan moest hy de Hoofdstad van Rusland neemen. Uit het Hotel de Londres, waar in ik deeze Letteren schryf, zou hy eene gestaage afwisseling zien van Volk uit alle vier de Werelddeelen, gekleed naar hunne Landswyze, en omhangen met de grillige vercierzelen van Hovelingen, Ridders, Heyduken en Loopers; de eerwaardige baarden en lange sleepende kleederen van Priesters, en | |
[pagina 380]
| |
de dikbedekte hoofden en de lederen kleederen der Boeren; te gader opleverende een der vermaaklykste en vreemdste vertooningen, welke men zich kan verbeelden. De verscheidenheid is even groot in de verschillende leevenswyze, als in de kleederdragt, en in het voorkomen, der Inwoonderen van deeze Stad. Vreemdelingen blyven doorgaans gehegt aan hunne aangeboorene hebbelyk- en zinnelykheden. In Petersburg kan men zich doen onthaalen naar de wyze van elk Volk in Europa, zo wel als op die der Asiaanen, van den Muur van China tot den mond van de Oby, en van Constantinopolen tot de Zee van Kamtschatka. Ik ben zeer in myn schik met de vryheid, welke Vreemdelingen hier genieten. - Ik meen de vryheid van ongemoeid te blyven, uit hoofde van de vreemdheid hunner zeden en voorkomen. In Londen moet men niet alleen zich op den Engelschen trant kleeden; maar ook alle de wisselzieke verandering der Mode volgen, wil men ontgaan uitgelachen of als een monster gehaat te worden. In Petersburg is men geheel bevryd van alle deeze belachlyke kwellingen. Niet alleen ziet gy de Volken te voorschyn komen in derzelver eigene volkskleeding, van allerlei stoffe en maakzel, zonder dat zulks het oog, op eene buitengewoone wyze, trekt; maar dikwyls ziet gy, op een Masquerade-avond, veelen op openbaare plaatzen wandelen in hunne Masquerade kleeding, en omhangen met anderen grilligen opschik, zonder dat zulks eenige maate van verstoorende opmerking trekt. Eenigen onzer Landsgenooten, die zo volyverig Engelsch zyn, dat zy zelfs de dwaas- en buitenspoorigheden, welke uit onze vrye Staatsgesteltenisse ontstaan, eerbiedigen, merken de gemelde omstandigheid aan als een blyk van de domheid des Russischen Characters, en van de laagheid, waar toe het Volk gebragt wordt, door de werking van het willekeurig Staatsbestuur. Het dunkt my nogthans niet noodzaaklyk zodanig eene veronderstelling aan te neemen, om oplossing te geeven van dit verschynzel. Het Russische Ryk bestaat uit verscheide Volken, van elkander in taal, kleeding en zeden, verschillende. De Hofkleeding geheel en al eene vreemde zynde, komen 'er geene omstandigheden voor die aan eenige kleeding des Ryks eene meerderheid boven de andere geeven. Te deezer oorzaake behoudt elk zyne eigene. En daar de Hoofdstad eigen- | |
[pagina 381]
| |
aartig tot zich trekt lieden van elk Volk, waar uit de Natie is zamengesteld, zyn de Inwoonders van Petersburg gewoon eene veel grooter verscheidenheid van Kleederdragten te zien dan die van bykans eenige Stad. Hebbelykheid heeft in Rusland dezelfde uitwerking als overal elders. Een Rus kan niet meer dan een Engelschman verondersteld worden, in ydele verwondering te staan gaapen, over voorwerpen, welke hy alle uuren van den dag kan aanschouwen. Vreemdelingen genieten in dit Land eene zo volkomene vryheid in stukken van den Godsdienst als in Kleeding en Leevenswyze; en betoonen de Inboorelingen geen grooter maate van nieuwsgierigheid om de eene dan de andere naa te gaan. De Engelschen, de Franschen, de Duitschers, de Hollanders, enz. hebben Kerken te Petersburg, welke zy bezoeken met de Vrouwen en Dienstbooden, behoorende tot elks Gemeente. Zomtyds ziet men ook eenige Heeren in die Kerken; doch dit is, in vergelyking gesprooken, zeldzaam. - Het is ook zeldzaam dat de Inboorelingen door nieuwsgierigheid uitgelokt worden, om de Plegtigheden of Godsdienstoefeningen van eenig ander Volk te gaan zien. In de daad, de wyzen van openbaare Godsdienstoefening der Russische Kerk zyn zo schitterend en zinnenbetoverend, dat zy, die in de waarneeming daar van zyn opgevoed en gewoon ze te vereeren, noodwendig met versmaading moeten nederzien op de eenvoudigheid van andere Godsdienstvereeringen, ontbloot van dat aantrekkend uitwendige. De vryheid nogthans, welke Vreemdelingen ten deezen aanziene genieten, vindt een tegenwigt door eenige bedwingende bepaalingen, waar aan zy zich, van eenen anderen kant, blootgesteld vinden. Een Engelschman, by voorbeeld, dunkt het zeer hard, dat hy geene vryheid hebbe om vrylyk zyn gevoelen te uiten over Staatkundige maatregelen, over Mannen en Vrouwen daar in betrokken - dat hy niet meer dan een klein end wegs buiten de Stad mag gaan, zonder Pasport - dat hy geen Man van aanzien en rang mag voorby gaan, zonder voor hem uit den weg te wyken. In dit stuk staat hy nogthans met den Inbooreling volmaakt gelyk. - Zich over Staatszaaken uit te laaten is bykans volstrekt verboden, en zy, die het nog waagen over de Staatsïnrigtingen te spreeken, doen het fluisterend, en niet vóór dat zy zorgvuldig rondgekeeken hebben, om te zien of | |
[pagina 382]
| |
'er ook een verdagt persoon zich in den omtrek bevinde. Nogthans ziet men, dat, ondanks de gedraagene voorzorge om de vrye gesprekken over Staatszaaken te voorkomen, zommigen de vryheid neemen om in Rusland over die verbodene onderwerpen te spreeken. In deeze gevallen is 'er een byzonder gebod uitgevaardigd, verbiedende allen gesprek over dusdanig een onderwerp; pyniging en straffe dreigende tegen alle overtreeders. Welk eene uitwerking zodanig een Verbod in Engeland zou gehad hebben, behoeft men geen Engelschman te vertellen. Maar in Rusland zyn eenige dringende beweegredenen tot gehoorzaamheid, welke zeldzaam missen de bedoelde uitwerking te baaren. Een kragtdaadig werkende Leermeester van onderwerping in het Staatkundige, de Knoutmeester-Generaal geheeten, houdt zyn verblyf in de Hoofdstad; die, schoon luttel bedreeven in de weetenschap der Regtsgeleerdheid, door eenige weinige proefondervindelyke slagen, een Staatsgebod bedwingender maakt, dan al de redeneering van alle Wetgeevers, die ooit bestonden. Deeze ontzaglyke Personadie, doorgaans een Man van hoogen rang en nog hooger ontzagïnboezeming, vernedert zich nimmer tot de zifteryen van regterlyk onderzoek, tot het nagaan van het onderscheid der gevallen, tot het wikken en weegen van de omstandigheden, die zo veel vertraagings toebrengen aan den spoed der Regtszaaken in Engeland. Zonder eenige andere formaliteit, dan die van een Order aan te kondigen zyner Meerderen, vangt hy onmiddelyk zyn werk aan, en volvoert het doorgaans met zo veel ernsts, dat hy, die ééns zulk eene les ontvangen heeft, zelden eene tweede behoeft. Gy zult misschien denken, dat iets, naar scherts gelykende, zeer kwalyk geplaatst is by een zo ernstig onderwerp. De Engelschen tog zyn gewoon van den Knout te spreeken als van de schriklykste en vernederendste straffe, die men zich konne verbeelden. Nogthans is dezelve niet wreeder noch vernederender dan eenige straffen in ons Land. Overweeg de openbaare geesselingen, welke, in eene menigte van gevallen, door onze Engelsche Wetten worden voorgeschreeven; overweeg de nog verschriklyker spitsroeden, welke onze Militaire overtreeders moeten ondergaan; en gy zult zien, dat een der vryste en verlichtste Volken, tot heden toe, niet in staat geweest is eenig voldoenend middel uit te denken, om, buiten | |
[pagina 383]
| |
zekere maate, de strengheid van strafaandoeningen te verzagten. Ik wil dit in geenen deele derwyze opgevat hebben als of ik onbepaald de eene of de andere deezer strafoefeningen billykte. Ik wilde alleen u verzekeren, dat de schrikwekkende verhaalen, welke men ons menigvoud te leezen geeft van deeze straffe met de Knout, zeer overdreeven zyn; ten minsten dat men ze niet hebbe toe te passen, op de wyze, zo als dezelve heden ten dage wordt aangewend, schoon ze gestaafd mogen worden door eenige allerschrikbaarendste voorbeelden van vroegere tyden. Reizigers zyn of mis eid geworden door hunne eigene aandoeningen over dit onderwerp, of zy hebben voorbedagtlyk hunne Leezers zoeken te misleiden. Wanneer ik het woord Knout vertaalde door het woord Zweep, dat 'er volmaakt aan beantwoordt, en u vermeldde, dat in Rusland Persoonen, van zekere misdaaden overtuigd, gekastyd worden door geesseling, ik zou u de volstrekte waarheid verhaalen; en, nogthans, zou het u op geene buitengewoone wyze aandoen, dewyl gy dezelfde soort van strafoefening allerwegen in Groot-Brittanje tegen de misdaadigers ziet bezigen; maar, wanneer ik het Russisch woord behoude, en schryf, dat, in dit ongelukkig Land, de kwaaddoenders met den Knout gestraft worden, vult verbeelding de plaats eener naauwkeurige beschryving aan, en uw bloed begint te verstyven op het verwarde denkbeeld, 't geen gy vormt van iemand aan 't leeven te komen, hem de tong uit te rukken, en op allerlei wyze het lichaam te mishandelen der elendigen, die zich tot deeze onmenschlyke straffe verweezen vinden. Geloof my, hier in steekt meer misleidings dan gy u mogelyk kunt verbeelden. De Knoutstraffe is, in veele gevallen, en zo als dezelve doorgaans, althans heden ten dage, wordt uitgeoefend, in geenen deele schriklyker dan de Geesselingen, in veele gevallen, door de Engelsche Wetten voorgeschreeven; en haalt in verschriklykheid niet by de spitsroeden en dergelyke straffen by ons Krygsvolk in zwang. Een Rus, die even het gewoone aantal van Knoutslagen ontvangen hadt, 't geen zelden twaalf of vyftien te boven gaat, heeft men hooren zeggen dat hy voor een vles Brandewyn die strafoefening nog wel eens ondergaan wilde. - Gy zult mogelyk zeggen dat dit meer moet toegeschreeven worden aan sterke gesteldheid op den Brandewyn, dan aan de zagtheid der straffe. Maar ik verbeeld my, dat de grootste Dronkaart | |
[pagina 384]
| |
in het geheele Engelsche Leger, wanneer hy de pyn van vyfhonderd slagen geleden heeft, zyne toestemming tot nog andere vyfhonderd niet zou geeven voor al den Sterken Drank in Groot-Brittanje. Maar, schoon, in het stuk van Lichaamslyden, de Knoutslagen in Rusland niet sterker zyn dan de Geesselslagen in Engeland, beken ik, dat ik aan de post van Knoutmeester-Generaal niet kan denken zonder afschrik; om dat, uit de wyze, op welke eene agterdogtige Staatkunde van Gunstelingen en Staatsdienaars dezelve doet uitoefenen, de Knout een laag werktuig is van verdrukking, te meermaalen te werk gesteld om de snoode bedoelingen van byzondere wraake te volvoeren, zo wel als om het misdryf van weezenlyke overtreeders der Wet te straffen. Niet alleen mogen Heeren last geeven om hunne Slaaven door den openbaaren Strafuitvoerder Knoutslagen te doen toetellen, zonder daar voor eenige andere reden, dan hun eigen welgevallen, by te brengen; maar zomtyds wordt 'er een bevel uitgevaardigd, op 't gezag des Bestuurs; last geevende, dat de Knoutmeester-Generaal dezelfde strafoefening zal volbrengen aan lieden van rang, die het ongeluk gehad hebben van onder verdenking te vallen; dat is, die aanstoot gegeeven hebben aan eenigen dier vergiftige Insecten, die, onder den naam van Hovelingen of Gunstelingen, steeds het oor van haare Majesteit hebben. In deeze gevallen vervoegt zich de Knoutmeester-Generaal, met eenigen van zyn stoet, ten huize van den ter straffe gedoemden persoon, en volvoert, welke ook diens rang, sexe of ouderdom, moge weezen, den last, hem gegeeven, met onmedelydende hardvogtigheid. Men heeft my verhaald, (want nimmer heb ik het gezien,) dat, wanneer deeze schrikverwekkende Man bevel ontvangen heeft om zich na Moscow te vervoegen, 't geen zomtyds gebeurt, daar de meesten der niet in gunst staande of misnoegde Edellieden hun winterverblyf te dier Stede houden, zyne verschyning werkt als het uitbreeken van de Pest. De openbaare plaatzen worden geslooten; alle gezellige verkeering houdt bykans op, en de geheele Stad is vol angstige verwagting waar de slag zal treffen; want het is ten vollen bekend, dat deeze Amptenaar nooit eene vergeefsche reis doet. Gy betoont zeker uwe verwondering, hoe eenig Volk zich kan onderwerpen aan een Ryksbestuur, 't welk | |
[pagina 385]
| |
zulke schriklykheden als de evengemelde wettigt. Dan uwe verwondering zal ophouden als gy agtgeeft op de inwendige Geschiedenis deezes Ryks. De Jaarboeken van de Vorsten deezes Lands zyn, met slegts zeer weinig uitzonderingen, opgevuld met daaden van de schriklykste wreedheid. De Galg, de Byl en de Knout waren de voornaamste werktuigen huns Ryksbestuurs. Te deezer oorzaake werd het Volk, steeds de roede der dwinglandy boven hunne hoofden ziende zweeven, allengskens, verhard tegen dien indruk. Uit het onderwerpen aan den wil hunner Vorsten werd eene hebbelykheid van onderwerping by het Volk gebooren; deeze heeft hun willige slachtoffers gemaakt van eigendunklyke Magt, en de banden van willekeurige overheersching vastgemaakt. Op welk tydperk, of in welke omstandigheden, deeze neiging eerst zich indrukte in den Volksgeest is misschien onmogelyk naa te speuren. De oorzaaken, welke aan de Volken der aarde hun onderscheidend Character geeven, liggen veelal, myns bedunkens, buiten het bereik onzer waarneeminge. Ik verbeeld my, dat het Staatsbestuur, 't welk doorgaans verondersteld wordt, de groote werkoorzaak in dit geval te weezen, ruim zo zeer het gevolg als de oorzaak is van het Volkscharacter. Op zeker tydperk was de form des Staatsbestuurs over een groot gedeelte van Europa bykans dezelfde. De Characters der verschillende Europische Volken waren, egter, op dat tydperk, even verschillende als tegenwoordig. De drie Volken, uit welken het Ryk van Groot-Brittanje bestaat, hebben langen tyd soortgelyke voorregten genooten; nogthans is het Engelsch Character zeer verschillend van het Iersche, en het Schotsche is van beiden onderscheiden. Het schynt, derhalven, dat de oorsprong deezer Character onderscheidingen der Volken tot zeer vroegen tyde opklimt, en het de ydelheid zelve is, de oorsprongen daar van op te speuren. Maar, wanneer de strekking van Volksbegrippen en Zeden eenmaal gevormd is, valt het voor het Staatsbestuur gemaklyk den voortgang daar van te bevorderen, de uitwerking te voltooijen, en den duur bestendig te maaken. Overeenkomstig met dit begrip, schynen de Regeeringsvormen, die, van onheuchlyke tyden af, in Rusland hebben stand gegreepen, ten vollen toereikende om reden te geeven van de kruipende onderwerping, waar door de Onderdaanen deezes Ryks zich onderscheiden. | |
[pagina 386]
| |
Zonder te rugge te treeden tot de barbaarschheid van vroegere tyden, verzoek ik u uwe aandagt te vestigen op peter den grooten, met vollen regte, in veele opzigten, de Vader deezes Volks geheeten. Ik heb niet noodig u te herinneren aan de schriklyke strafoefeningen, in zynen naam, en op zyn gezag, volvoerd. Gy kunt des niet onkundig weezen, en ik begeer, in geenen deele, in u te doen herleeven de aandoeningen van schrik en veroutwaardiging, welke uwe ziel hebben moeten vervullen by het leezen derzelven. Czaar peter, 't is waar, nam zeldzaam de toevlugt tot die byzondere soort van strafoefening met de Knout; maar menigwerf strafte hy met eigen hiuden zulke overtreeders, als hy aan den openbaaren uitvoerder der straffen niet wilde overleveren. De voorbeelden hier van zyn ontelbaar, en veelmaalen vermeld. Ik kies slegts één geval uit. De Czaar hadt een zamenkomst van zynen Raad, te welker byzondere gelegenheid herinner ik my niet, 's morgens ten zeven uuren, bescheiden. Toen hy ter Raadzaale intradt, stondt hy verwonderd daar niemand te vinden van de door hem opgeroepene Persoonen. Toen hy omtrent tien minuten gewagt, en zich tot een hoogte van misnoegdheid opgewonden hadt, verscheen de President; deeze, ziende welk een storm hem over 't hoofd hing, begon eene verschooning te maaken. Doch te vergeefsch. Peter, wiens driften nooit na ingebragte verschooningen luisterden, tast hem op 't eigen oogenblik ruwlyk aan, en telt hem eene menigte van slagen toe. Elk lid deede in 't zelfde lot zoe als hy birmen tradt, tot dat de Generaal gordon verscheen. Die Generaal stondt niet weinig versteld over het vertoon 't welk de Raadzaal opleverde. Maar 's Keizers woede hadt, op deezen tyd, vry verre uitgegist: alleen zeide hy tegen gordon, ‘dat, daar hy niet net op zyn tyd gepast hadt, het zeer gelukkig voor hem was, dat hy zo veel over zyn tyd kwam; want ik ben,’ voegde hy 'er nevens, ‘reeds zeer vermoeid van het straffen deezer Slegthoofden, en ik weer dat de Schotsche Regeeringsvorm niet overeenstemt met het geeven van stokslagen.’ De heimlyke toedeeling van Knoutslagen schynt de egte afstammeling van deeze vaardige strasoefening. De Russtsche Scepter is, gelyk gy weet, zints de dagen van peter den grooten, alleen door Vrouwen gezwaaid, uitgenomen den korten Regeertyd van peter den II, en | |
[pagina 387]
| |
de weinige dagen, die peter de III zyne Moeije overleefde. Schoon zommige der Vorstinnen, die Opvolgeressen van peter den grooten geweest zyn, zich genoeg in staat betoonden om den Ryksscepter te zwaaijen, schynt geen deezer de bekwaamheid gehad te hebben om zyn knuppel te voeren. Te deezer oorzaake is dit werk geheel opgekomen voor den Knoutmeester-Generaal. In hoe verre het Volk by deeze verandering gewonnen of verlooren hebbe, zal ik niet onderstaan te gissen, Maar men schynt aan den hoogen oorsprong deezer wyze van tugtiging te moeten toeschryven, dat 'er minder schande en ongenade aan deeze straffe gehegt is, dan men zich veelligt zou verbeelden. Het is bekend, dat de Tugtigingen, welke peter de groote, met eigen hand, uitdeelde, nimmer aangemerkt wierden als iets onteerends of verlaagends te hebben voor den lyder. Wanneer een Hoveling lustig wa afgetouwd, of voor den neus geslaagen, of een tand of eenig kwytgeraakt, (op alle welke werkzaamheden Czaar peter zeer was afgerigt,) gevoelde hy alleen de lichaamspyn dier bewerkinge. Zyne Eer leedt 'er niets in 't minste by. En daar het zelden gebeurde, dat de Czaar, naa zulk een bedryf, min vertrouwen in hem stelde dan voorheen, bleef het vertrouwen zo ongeschonden als de Eer. Menzikoff vertoonde zich in al zyne grootheid en trots, toen zyn gelaad de zigtbaarste merktekens droeg van 's Meesters op hem losgelaate gevoeligheid. Op dezelfde wyze wordt de heimlyke toedeeling van Knoutslagen aangemerkt eenen Russischen Edelman zo weinig te onteeren als een rottingslag een Schooljongen in Engeland. Om deeze tedenen is die soort van Tugtiging min hard, en verwekt minder afschriks, dan men zich veelligt zou verbeelden. Wanneer dezelve plaats grypt, danken de zodanigen, die 'er van hooren, hun goed geluk, dat zy 'er de slachtoffers niet van waren, en bejegenen den lyder op dezelfde wyze als voorheen. Ik moet hier byvoegen, dat men heden zeer schaars voorbeelden van dit bedrys aantrest. Nogthans, met alle verzagtingen, welke ik kan bybrengen, (en ik ben genegen alles aan te voeren, wat de waarheid gehengt) zult gy zeggen, dat een Staatsbestuur verfoeilyk moet weezen, 't welk zulke schandlyke mis- | |
[pagina 388]
| |
handelingen veroorloft. Ik wil dit niet betwisten; want ik denk dat 'er luttel kan bygebragt worden ter begunstiging van dit stelzel van Wetgeeving, 't welk in stand gehouden wordt door vrees voor lyfstraffe, 't geen moet vernederen eer het kan regeeren, en slegte menschen maaken om hun goede Onderdaanen te doen worden. Maar, schoon ik niet zonder afgryzen het Stelzel van Dwangregeering, 't welk in dit Ryk plaats heeft, kan beschouwen, dunkt het my dat 'er onoverkomelyke zwaarigheden zyn om 'er schielyk eene groote verbetering in te voeren. Het bederf der Volkszeden schynt een gelyken tred te houden by elk Volk met de gebreken in de regeoring. Misschien brengt de Tyranny by het Volk onderling het een en ander voort; even gelyk, in zekere kwaalen, de lichaamsongesteldheid zwakheid van geest medebrengt, en deeze, op haare beurt, de zwakheid, waar uit dezelve ontstaat, vermeerdert. - Wat hier van ook moge weezen, de geest des Russischen Ryksbestuurs en de Zeden der Russen zyn voor elkander geschikt. Een vry Staatsbestuur zou geen smaak vinden by het Volk in den tegenwoordigen staat, en een meer verlicht Volk zou zich niet gereed aan zulk een Staatsbestuur onderwerpen. Meermaalen heb ik van stoute ontwerpmaakers gehoord, dat men, op éénmaal, alles wat verkeerd was in het Russisch Ryksbewind moest te regt brengen, en eene vrye Staatsgesteltenis invoeren. Een Chirurgyn mogt met even goed regt een been afzetten, om de pyn van een dwangnagel weg te neemen. De geneezing mogt, in beide de gevallen, volgen; maar ik beken, dat ik niet zou verkiezen, myn persoon aan zulk eene geneezing in den grond, of myn burgerlyke rust aan zulk een geweldig doorslaande bespiegeling, over te geeven. Zodanige lieden schynen de Weetenschap der Wetgeeving aan te merken als van denzelfden aart met het werktuiglyke, waarin men, vóóraf de kragt van elk deel weetende, met eene wiskundige zekerheid de uitwerking van het geheel kan berekenen. Maar Wetgeevers hebben niet te doen met werklooze stoffe, waat aan zy eene gedaante, naar welgevallen, kunnen geeven. Zy hebben te doen met weezens, die zich tegen de hand des hervormers kunnen verzetten - onredelyk in hunne vooroordeelen, verkiezingen en afkeerigheden, die den oorspronglyken indruk en de neiging van hun character behouden met een geweld geëvenredigd aan de kragt tot derzelver hervorming in 't werk gesteld. Het | |
[pagina 389]
| |
is onmogelyk vóóraf te berekenen welk eene uitwerking 'er kunne voortkomen uit eene onderneeming om groote en schielyke veranderingen te wege te brengen in de gesteltenis van een Volk uit zulke weezens bestaande; dewyl het onmogelyk is te voorzien, de veelvuldige toevallen, die kunnen en moeten ontstaan, om de beweeging, aan 's Volks geest medegedeeld, te versnellen, te vertraagen, of te veranderen.
(Het Vervolg en Slot hierna.) |
|