Welkomstgroet, aan den Vice-Admiraal J.W. de Winter. Met Zang. Door G. Brender á Brandis. Te Amsteldam, by J. Helders en A. Mars, 1797.
Het is uit de Nieuwspapieren bekend, dat de Raad der Gemeente van Amsteldam, op de aankomst van den Vice-Admiraal de winter in die Stad, zich spoedig gereed maakte dien Held in 't openbaar te huldigen, en enige treffende blyken van hoogachting en erkentenis te schenken. Onder de plechtige verordeningen, welke dezelve tot dat einde maakte, behoorde mede, dat op den Nationalen Stads Schouwburg het bekend Vaderlandsch Toneelspel Jacob Simonszoon de Ryk vertoond, en de Admiraal tot het bywonen dier vertoning zoude genodigd worden. Na het afspelen van gemelde Stuk, ontving de winter deze Welkomstgroet, ten dien einde door den burger brender á brandis vervaardigd.
Het toneel verbeelde toen ene opene plaats, hebbende in 't verschiet een dorp, by de zee gelegen. Een Rei van mannen en vrouwen, waaronder verscheiden Matrozen en andere zeevarenden, opende hetzelve; komende, met een' statigen tred, uit het dorp, tot vooraan op het toneel, onder het spelen van de Bataafsche Marsch. De Aanspraak aan den Admiraal, en in hem aan zyne Togtgenoten gedaan, werd voorgegaan door een beurtgezang, en gevolgd van een Choor. Daarna keerde de Rei, met denzelfden statigen tred, onder het spelen van de Utrechtsche Marsch, weder terug naar het dorp; en eindlyk volgde een groot Matrozen-Ballet. Wy verbeelden ons, dat deze schikking op het toneel een goed effect gedaan, en aan het oogmerk zeer wel zal beantwoord hebben.