om een wezenlyk onderscheid, tusschen de beide zoorten van Pokjes, te betoogen, ongegrond zyn, en dat, zo men in de natuurlyke Pokjes, van derzelver eerste begin, maar gebruik maake van eene geduurige vernieuwing en vervrissching der lucht, men derzelver menigvuldigheid en kwaade toevallen zal kunnen voorkomen, en ze zo gunstig en gemakkelyk maaken, als de Ingeënte.
Tot bevestiging deezer leere beroept zich onze Schryver op de proeven door dimsdale en buchhave genoomen; en voegt daar by, op pag. 47: ‘Althans heb ik zelf in een vry aanzienlyk getal van voorwerpen, waarby ik de behandeling der Inenting, aanstonds na de gelegenheid der natuurlyke besmetting, of na het eerste vermoeden van dezelve, heb kunnen in acht neemen, wel bestendig een gewenscht gevolg daar van gehad, maar tot nog toe geene zamenvloeijende pokjes waargenoomen; 't welk met verscheidene voorbeelden van stoerk instemt, die eichel bybrengt, en tevens verzekert, dat hy nimmer enige natuurlyke zamenvloeijende Pokjes, in lyders, die, van het eerste begin der ziekte af, in de opene lucht verkeerd hadden, heeft zien ontstaan.’
Hoe zeer wy het gebruik der vrissche en dikwyls vernieuwde lucht in de natuurlyke Kinderpokjes hoog schatten, vreezen wy echter, dat de gevolgtrekkingen uit de tot hier toe genoomene proeven te gunstig zyn berekend. Het tegenwoordig zo ruim gebruik der vrissche lucht in deeze ziekte is het eerst aangepreezen door de Suttonianen; vóór dien tyd was hetzelve, zo in de natuurlyke als in de Ingeënte Pokjes, zeer spaarzaam, en wierd in beide ziekten op denzelfden voet in het werk gesteld. Met dit alles was echter, ook in die tyden, de ziekte, door de Inenting bekomen, veel gemakkelyker, en aan veel minder gevaar onderworpen, dan de natuurlyke Pokziekte, het geen genoegzaam doet zien, dat de beide ziekten merkelyk in haaren aart verschillen. Wanneer wy verder overweegen, dat in de Ingeënte Pokjes het vergift zeer langzaam in het bloed wordt gebragt, na dat hetzelve door de werking der Axelklieren eene merkelyke verandering heeft kunnen ondergaan: terwyl hetzelve in de natuurlyke Pokjes onmiddelyk de geheele inwendige, zo tedere, vaatryke en gevoelige oppervlakte der Maag of der Longen, of van