verdediging van het verachte Zion, 't geen men vertrouwt, dat de Heere niet tot een puinhoop zal overgeeven, (bl. 29) te schryven.
Na den waaren zin van het gedaane voorstel, en het eenig doelwit, in den Brief der Remonstranten beoogd, opgespoord te hebben, 't geen de Schryver meent daarop neer te komen, om een algemeen Christendom, uit Lutheraanen, Mennoniten en Gereformeerden, onderling verbroederd, in te voeren, voortaan onder één dak te prediken, over en weer Leeraars te beroepen, enz., maakt hy daarop hoofdzaaklyk de volgende aanmerkingen. 1) Het voorstel is te onbepaald. 2) Het bewyst, dat men zeer laag over de Hervormden denkt, en moet daarom voor hun eenigzins aanstootelyk zyn. 3) Eene onderlinge verbroedering zou voor de Remonstranten zoo wel, als voor de Gereformeerden, gevaarlyk zyn. 4) De tyd is daartoe zeer ongunstig. 5) Men mag zoodanige vereeniging, waarvoor het menschdom nu nog niet ryp is, wel wenschen en hoopen, maar niet, dan nadat 'er eenige dingen voorafgegaan, en het menschdom nader verlicht zal zyn; wanneer namelyk, 't geen de Leeraar verwacht, dat eens zal gebeuren, alle Christenen het Hervormd Leerstelzel zullen omhelzen. (bl. 28, 29.)
De Eerw. eppens wil evenwel nog wel, op zekere voorwaarden, de hand van broederschap toereiken. De Remonstranten moeten vooraf hunne leerbegrippen nader kenbaar maaken. Men kan intusschen op middelen bedacht zyn, om nader by elkanderen te komen. Men zou op 'eene nieuwe manier te samen tegen het ongeloof kunnen opkomen, en zich gemeenschappelyk door gepaste middelen tegen het algemeen zedebederf kunnen verzetten. Maar, zoo lang de Remonstranten hunne overeenstemming met de Leerbegrippen der Hervormden niet aan den dag leggen, kan 'er, naar 's Mans oordeel, van eene nadere verbroedering met hun niets komen. Treurig uitzicht, wanneer, zoo niet alle, ten minsten zeer veele Hervormden even styf op hun stuk staan, zonder ook van hunnen kant iets in 't minste te willen toegeeven, en alles, wat in hun Genootschap geleerd wordt, even ontwyfelbaar en even noodig te weeten tot zaligheid oordeelen! Dan mag men, helaas! uit het voorstel der Remonstrantsche Broederschap, veeleer eene grootere verwydering, dan naauwere vereeniging, tusschen een groot deel van 't Hervormd Kerkgenootschap, en alle de