Vaderlandsche letteroefeningen. Jaargang 1796
(1796)– [tijdschrift] Vaderlandsche Letteroefeningen– Auteursrechtvrij
[pagina 276]
| |
V. Brief.Wegens het Overspel. - De Salische Wet. - Vrouwlyke Opvolging. - De maate van bedwang, getrouwde Vrouwen opgelegd. - Over de Kuischheid. Overal, waar de Vrouwen gekogt worden, en de Veelwyvery wordt toegelaaten, kan het Overspel naauwlyks voor eene misdaad gerekend worden in den Man; en waar de Veelwyvery heerscht, stelt het gezond verstand geen zwaare beschuldiging vast tegen een van haar die Overspel pleegt. Doch, vermids de Mannen Wetgeevers zyn, wordt het Overspel der Vrouwen, in Landen waar de Veelwyvery stand grypt, over 't algemeen te zwaar gestraft. De straffe egter, op dit Misdryf gesteld, is, in onderscheide Landen, meer of min streng, naar gelange de Mannen meer of min wraakzugtig van aart zyn. De Chineesen zyn een zagtaartig Volk, en laaten het meer op welgeslootene kamers, tot het beletten van Overspel, aankomen, dan op strenge strafdreigende Wetten: de straf is alleen dat de Overspeelster voor Slaavin verkogt worde. Die zelfde Wet grypt stand in het Koningryk Laos, op de grenzen van China. By de oude Egyptenaars moest een Overspeelster het Misdryf met het verlies van haaren neus boeten. In Oud Griekenland was 'er eene Geldboete vastgesteld voor den Overspeeler, en werd eene Overspeelster waarschynlyk zwaarder gestraft. Onder de Negers, die weinig kieschheids bezitten, staat slegts eene ligte straffe op het Overspel, uitgenomen in het Koningryk van Benin: daar wordt een Overspeelster; naa eene zwaare geesseling, gebannen; en de Overspeeler verbeurt zyne Goederen, die de beledigde Egtgenoote gegeeven worden. By de oude Germaanen, een deftig en deugdzaam Volk, was het Overspel allerzeldzaamst. Maakte 'er zich eene | |
[pagina 277]
| |
Vrouw aan schuldig, men sneedt haar het hoofdhair af, dreef haar uit het Huis des Mans, onder geesselslagen haar ten Dorpe uitdryvende. Op Japan, waar het Volk in eene hooge maate fier is, wordt het Overspel in eene Vrouwe altoos met den dood gestraft. In Tonquin, werpt men eene Vrouwe, schuldig aan Overspel, een' Olyphant voor, om door den snuit opgenomen en verpletterd te worden. Volgens de Wet van mozes wordt een Overspeelster, en ook de Overspeeler, met den dood gestraft: margaretha van bourgondie, Egtgenoote van lodewyk hutin, Koning van Frankryk, werd, wegens gepleegd Overspel, opgehangen, en haare Minnaars leevende gevild. Zodanig waren de woeste Zeden dier tyden. 'Er is eene oude Wet in Wales, volgens welke de Schender van eens Vorsten bedde een Roede van zuiver Goud moest geeven, ter dikte van den vinger eens Landploegers, die negen jaaren dat werk by de hand gehad hadt, en in lengte van den grond tot 's Prinsen kin reikende als hy zat. De Egtverbintenis tusschen een enkel Paar Menschen, ter onderlinge hulpbetooning, en om Kinderen te verwekken, sluit de striktste wederzydsche Trouwe in. Het Overspel is, nogthans, een misdryf van een zwaarder natuur in de Vrouwe dan in den Man. By hem kan het toevallig gebeuren, met weinig of geen vervreemding van toegenegenheid; maar de meerdere zedigheid der Vrouwlyke Sexe is zodanig, dat eene Vrouwe voor de verzoeking tot Overspel niet bezwyke vóór dat wetlooze Liefde de overhand bekomen hebbe, niet alleen over de Zedigheid, maar ook op de Liefde voor haaren Man. - Overspel is, derhalven, by eene Vrouwe, eene verbreeking der Egtverbintenisse, in een tweevoudig opzigt. Het is eene vervreemding der genegenheid van haaren Man, welke haar onbevoegd maakt om zyne Vriendin en Medegezellinne te weezen, en het strekt om een Bastaard-kroost in 't Huisgezin te brengen; haar Man bedriegende, en noodzaakende om Kinderen op te voeden die de zyne niet zyn. Eene trapswyze vordering der Vrouwlyke Sexe tot gelykheid met de Manlyke straalt door in de Wetten, betreffende de Vrouwlyke Opvolging, op verschillende tyden, en in onderscheide Landen, vastgesteld. Het is niet waarschynlyk, dat, in eenig Land, de Vrou- | |
[pagina 278]
| |
wen vroegtydig toegestaan is om Land te erven. Onder de Wilden zyn zy te zeer veragt om geregtigd te zyn tot zulk eene erfenisse. De fier- en woestheid der oude Romeinen maakten inzonderheid de Vrouwen onbekwaam om hunne Lotgenooten te weezen. Het kwam nimmer in hunnen geest op, dat Vrouwen Land zouden erven, 't geen zy niet konden verdeedigen met de wapenen. Maar de Vrouwen kwamen meer in opmerking, toen de Volkszeden eene meerdere zagtheid aannamen. De Wet, de Vrouwlyke Opvolging in het Landbezit veroordeelende, ten tyde der ruwe zeden vastgesteld, werd te streng en onregtvaardig gekeurd by eene meerdere Beschaaving van der Romeinen zeden. Over Landeigendommen der zodanigen, die geen Zoonen hadden, werden beschikkingen gemaakt om die Wet te ontduiken, door ruime voorzieningen te doen voor de Dogters, welke het Land van weinig waarde maakten voor de zydlingsche Manlyke Erfgenaamen. Om dit misbruik, gelyk de Ouden het noemden, te weeren, werd de Lex Veronica gemaakt; dusdanige voorzieningen binnen gemaatigde perken bepaalende. Deeze schikking bleef in kragt, tot dat oplettenheid, en agting, voor de Vrouwen, door alle bepaalingen der Wet heenen brak, en de Erfopvolging voor de Vrouwen vaststelde op denzelfden voet als voorheen ten aanziene van roerende Goederen. De Barbaarsche Volken, voor de Romeinsche Magt bukkende, omhelsden eerlang de zagte zeden der Overwinnaaren. Zy vergunden aan de Vrouwen Landeryen te erven, en stelden eene dubbele vergoeding vast voor de beledigingen, de Vrouwen ten deezen opzigte aangedaan. Volgens de Salische Wet onder de Franken, was het de Vrouwen uitdruklyk verboden Landen te erven; doch wy leeren uit marculfus, dat deeze Wet welhaast kragtloos gemaakt wierd door de volgende plegtigheid. De Man, die zyne Dogter op éénen voet met zyne Zoonen wilde behandelen, bragt haar voor de Commissarissen; zeggende: ‘Myn dierbaar Kind! eene oude en godlooze gewoonte belet eene jonge Dogter de Erfopvolging in de nagelaatene Goederen van haaren Vader. Maar, dewyl alle Kinderen my even zeer gegeeven zyn door god, moet ik dezelve even zeer beminnen: overzulks is het myn wil, myn waarde | |
[pagina 279]
| |
Kind! dat myne Goederen gelykmaatig verdeeld worden tusschen u en uwe Broederen.’ By beschaafde Volken zyn de Vrouwen van de Throonopvolging niet uitgeslooten. Rusland en Groot-Brittanje leveren voorbeelden op van Vrouwen in staat om te regeeren, zo wel in eene volstrekte als in eene bepaalde Monarchy. Het gezegde betreft alleen zodanige Volken by welke de Veelwyvery verboden is. En ik agt het zo veel als eene beweezene waarheid, dat men aan de Vrouwen het erven van Landen niet toestaat waar men de Veelwyvery voor wettig houdt. Zy staan 'er niet in zulk eene hoogagting dat deeze haar geregtigt tot een voorregt van die uitsteekende natuur. Onder de Hurons, in Noord-America, waar de Koninglyke Waardigheid erflyk is, en de Koninglyke Familie met veel ontzags bejegend wordt, gaat de Throonopvolging op de Vrouwen over, om, gelyk men spreekt, het Koninglyk Bloed onbezoedeld te bewaaren. Wanneer het Opperhoofd sterft wordt hy niet opgevolgd door zyn Zoon; maar door den Zoon zyner Zuster, die zeker van Koninglyken Bloede is, wie ook de Vader moge weezen. En, wanneer het Koninglyk Geslacht is uitgestorven, wordt door de aanzienlykste Vrouwe uit den Stam een Opperhoofd gekoozen. - Dezelsde regel van Opvolging wordt in agt genomen onder de Natches, een Volk aan de oevers van de Rivier Missisippi: het is by hun een Geloofsartykel, dat de Koninglyke Familie Kinderen der Zonne zyn. Op 't zelfde geloof was eene Wet in Peru gegrond, in gevolge van welke de Erfgenaam der Kroone zyne Zuster moest trouwen, welke, even als de gemelde Wet, het Bloed der Zonne in het Koninglyk Gezin hieldt, en niet zo veel inbreuks maakte op de natuurlyke orde der Opvolging. Vrouwlyke Erfopvolging hangt, in zekere maate, af van den aart des Staatsbestuurs. In Holland erven alle de Kinderen, Zoonen en Dogters, gelykerhand. De Hollanders leeven van den Koophandel, welken de Vrouwen zo wel als de Mannen kunnen dryven. Land daar en boven is in dit Gewest, tegen de Volkrykheid overgesteld, zo schaars, dat het niet mogelyk is een Gezin hoogst te verryken door eene wyduitgestrekte Landbezitting; en niets is 'er, dan de Eerzugt om eene Familie te verheffen, 't geen iemand kan beweegen om één zyner | |
[pagina 280]
| |
Kinderen boven alle overige te verheffen. Dezelfde Wet heeft, om dezelfde reden, plaats te Hamburg. Uitgestrekte Landbezittingen dienen tot instandhouding van groote Familien in Brittanje; eene omstandigheid zeer ongunstig voor de jongere Kinderen. Dan waarschynlyk wordt in Londen, en in andere groote Handelsteden, door de Kooplieden zorg gedraagen om die Wet te ontduiken, door eene meer gelyke verdeeling hunner goederen onder alle Kinderen. Zal iemand, met veel moeite een groot gedeelte der Wereld ter naspeuringe van dit stuk doorreisd hebbende, niet gereedlyk besluiten, dat de Vrouwen oorspronglyk overal veragt waren, even als tegenwoordig onder de Wilden van America; dat de Vrouwen, even als de slaaven en slaavinnen, gekogt wierden; dat de Veelwyvery algemeen was; als mede dat de Egtscheiding afhing van de grilligheid des Egtgenoots? Zulk eene gevolgtrekking zou egter voorbaarig weezen: want op eene nadere beschouwing blykt het, dat men een wyduitgestrekt Land ontdekt heeft, waar de Veelwyvery nooit in gebruik was, en waar de Vrouwen, van den beginne af, even zeer gevleid en geëerd werden als onder de beschaafdste Volken. Wy gaan over tot eene groote hoofdzaak in de vordering der Vrouwlyke Sexe: om naamlyk af te baakenen de onderscheide graaden van bedwang, getrouwde Vrouwen opgelegd in onderscheide Landen, en op verschillende tyden in het zelfde Land: en de oorzaaken van deeze verschillendheden aan te wyzen. Waar de Weelde onbekend is, en de Volken geene behoeften hebben, dan die aangeduid worden door de onbedorvene Natuur, leeven de Mannen en Vrouwen onderling zeer vry, en in eene groote maate van onschuld. Oudtyds stonden jonge Dogters van aanzien den Mannen by het baaden ten dienste. Onder de Spartaanen gingen Mannen en Vrouwen vermengd in 't bad, en worstelden geheel naakt. Tacitus verhaalt, dat de Germaanen voor de beiderlei Sexen geen onderscheide bedden hadden; maar langs de wanden der huizen op riet, of hei, vermengd ondereen lagen. Die zelfde gewoonte heeft nog stand onder de maatige Hooglanders in Schotland, en is in Nieuw-Engeland niet geheel uitgesleeten. Eene getrouwde Vrouw leeft onder geene belemmerende bepaaling, hoe genaamd, dewyl geen Man denkt om een bedryf zo ongeregeld als | |
[pagina 281]
| |
een aanval op haare kuischheid. - Op de Caribee-Eilanden was Overspel eene onbekende zaak, tot dat de Europeaanen zich daar nederzetten. - Teffens kan 'er naauwlyks eenige stoffe zyn om het vuur van jalouzy te doen ontbranden waar de Mannen de Vrouwen koopen, naar welgevallen wegzenden, of aan een Vriend leenen. Doch, wanneer, by het rypen der aandoenlykheid, een Man waardye begint te stellen op de genegenheid zyner Vrouwe, en haare verknogtheid aan hem, neemt de jalouzy eenen aanvang. Deeze is, overzulks, een kenmerk van aangroeiende hoogagting voor de Vrouwlyke Sexe, en die drift begint zigtbaar te ontwaaken onder de Inboorelingen van Virginie. Dezelve krygt weezenlyken grond, wanneer ongelykheid van Rang en van Rykdommen stand grypt. Ryke Mannen zoeken vermaak; getrouwde Vrouwen worden de voorwerpen van een bedorven smaak, en niet zelden de slachtoffers, als de zeden niet welgevormd zyn, en de lugtstreek medewerkt om dierlyke aandrift op te wakkeren. Griekenland is een aangenaam gewest; de Menschen vallen 'er schoon; en, toen de oude Grieken het grootste figuur maakten, waren zy zeer gebrekkig in hunne Zeden. Zy werden nayverig omtrent hunne eer en mededingers; dit zette hun aan, om, overeenkomstig met de ruwe zeden van die dagen, de Vrouwen van de verkeering met de Mannen uit te sluiten. Diensvolgens werden de Vrouwen nooit in 't openbaar gezien: en, indien myn geheugen my niet bedriegt, bragt de toevallige ontmoeting van een Man en Vrouw op straat de ontknooping van een Grieksch Treurspel voort. In Hecuba, een Treurspel van euripides, venschoont zich de Koningin, wegens de weigering om polymestor te bezoeken, met deeze woorden: ‘Het is onvoegelyk voor eene Vrouwe een Man in 't aangezigt te zien.’ In de Electra van sophocles, krygt antigoné van haare Moeder verlof, om van een hoogen tooren het Leger te zien. Een oud Man, die haar vergezelde, ontrust op het gezigt dat eenige Vrouwen derwaards gingen, en voor berisping vreezende, badt antigoné te rug te keeren; zeggende: ‘De Vrouwen zyn gereed tot kwaadspreeken; voor haar is de geringste beuzeling een ryk onderwerp van gesprek.’ Spanje is een Land, 't welk voor Griekenland naauwlyks moet onderdoen in schoonheid van Lugtstreeke; en | |
[pagina 282]
| |
de Zeden deezes Volks waren, in de duistere Eeuwen des Christendoms, niet zuiverder dan die van Griekenland. Volgens eene Wet der Visigothen in Spanje, was het eenen Handarts niet geoorlofd eene vrye Vrouwe ader te laaten dan in tegenwoordigheid van haaren Egtgenoot, of naaste Bloedverwanten. Naar de Salische Wet, moet hy, die de hand eener vrye Vrouwe aangrypt, eene boete van 15 gouden schellingen betaalen. In de XIV Eeuwe, was het een regel in Frankryk, dat eene getrouwde Vrouw geen Man mogt toelaaten haar te bezoeken in 't afweezen haars Egtgenoots. Vrouwlyke Kuischheid moet, ten dien dage, zeer zwak geweest zyn, daar men zo weinig vertrouwen op de Sexe stelde. Vrouwen op die wyze te behandelen is mogelyk noodig waar zy niet gezogt worden dan om dierlyken lust te boeten. Doch waar men dezelve zoekt tot edeler einden, om onze Vriendinnen en Gezellinnen op het pad des leevens te zyn, wordt eene geheel andere handelwyze gevorderd. Afsluitingen en bespiedende Oppassers zullen nooit aan het bedoelde einde beantwoorden: want deeze strekken om de zielen te verlaagen, de zeden te bederven, en haar veragtlyk te doen worden. Door trapswyze opening te geeven aan het meer kiesche gevoel, zal kuischheid, een van deszelfs takken, eenen heerschenden invloed op de Vrouwen krygen: en, als men ze vriendlyk behandelt, by haar een heerschend beginzel worden. In dien beschaafden staat vertrouwt men aan de Vrouwen het bestuur van haar eigen gedrag; en het mag veilig aan haar overgelaaten worden. Zy worden aangenaame Leevensgezellinnen, en de vertrouwdste Vriendinnen. Anna van brittanje, Vrouw van carel den VIII, en lodewyk den XII, Koningen van Fr nkryk, voerde de Mode in, dat de Vrouwen openlyk ten Hove verscheenen. Dit gebruik greep veel laater in Engeland plaats. Zelfs tot naa de Revolutie verscheenen de Vrouwen nimmer dan met een masker op straat. In Schotland hield het gebruik van dat bedekkend werktuig nog veel langer stand onder Vrouwen van aanzien: men heeft het eerst vyftig jaaren geleeden laaten vaaren. In Italie bleeven de Vrouwen veel langer opgeslooten dan in Frankryk; en in Sp nje eenige vryheid aan dezelve toe te staan, begint thans in te kruipen. In Abyssinie is de Veelwyvery verboden; en getrouwde Vrouwen van eenig | |
[pagina 283]
| |
aanzien hebben, door gewoonte, het voorregt gekreegen om haare Vrienden te gaan bezoeken, schoon niet zeer met goedkeuring van veelen haarer Egtgenooten. Het ware te wenschen dat een scherm kon nedergelaaten worden over het volgend gedeelte van de Geschiedenis der Vrouwlyke Sexe. De aanwas der Weelde en van zinnelyken lust, elk zedelyk beginzel ondermynende, maakt lieden van beiderlei Sexe even ongebonden. Vrouwen, in zulk een stand, dienden opgeslooten te worden; doch de tyd dier gestrengheid is voorby. Dan, in de daad, wordt het onvoegelyk dat lieden van beiderlei Sexen in 't zelfde bad gaan. De Romeinen volgden hierin de Grieken. Keizer hadrianus verboodt deeze onvoegelyke gewoonte; marcus antoninus hernieuwde dat verbod; alexander severus herhaalde 't zelve, doch met zeer weinig vrugts; de overweldigende gewoonte voerde de heerschappy, en wederstondt zelfs den donder van Algemeene Kerkvergaderingen; en nam dezelve geen einde vóór dat het Volk grooter welvoegelykheid, althans voor het uiterlyke, begon in agt te neemen.
(De Zesde en laatste Brief hiernaa.) |
|