Vaderlandsche letteroefeningen. Jaargang 1796

De getrouwe slaaf.

Nimmer vergeete ik den avond van den 24 December 1783, in welken, benevens veele anderen, eene waardige Egtgenoote, als aan myne zyde, deerlyk vermoord wierd, en ik my zelven ook in 't zigtbaarst levensgevaar bevond, waar uit de goede Voorzienigheid my, op eene wonderdaadige wyze, verloste; - ik bedoele die akelige, en zoo bekende, gebeurtenis op het Oostindisch te huisvaarend Schip Java, door eenen Oploop van eenige Chineesche Zeevaarenden toen veroorzaakt.

Dan, op dien noodlottigen avond gebeurde 'er echter nog iets, 't geen aan alle edele Menschenvrienden tot genoegen en blydschap verstrekken moet.

Onder de persoonen, die, op het halfdek, door de Moordenaars wierden aangevallen, bevond zich ook Mevrouw R .........., Gemalinne van den toen vermoorden Vice-

[p. 42]

Admiraal der Retourvloot R., naderhand hertrouwd met den braven Zee-Capitein V ....... - De bloeddorstige Chineesen hadden haar reeds eene wonde op het hoofd toegebragt, toen één van haare Slaaven, genaamd july, van Macasser, (den dood, uit trouwe voor zyne Lyfvrouw, trotseerende) onverschrokken toeschoot, haar in zyne armen sloot, zoo uit de handen der Moordenaaren wegrukte, en agter in de Capiteinskamer bragt, daar haar Egtgenoot reeds levenloos lag; - zo dat zy het aan deeze trouwe daad te danken had, dat haar leven gered wierd: - want, om dat men, van onze zyde, zich reeds, onder de zogenaamde Compagne, begon te wapenen, durfden de Chineesen haar, daar, niet vervolgen.

Welk eene trouwe daad! - moet zy niet ter beschaaming van veelen dienen, die, in zulk eene omstandigheid, schoon meer verlicht dan july, van Macasser, echter minder getrouw en menschlievend zouden bevonden worden? - En is deeze edelmoedige daad dus niet overwaardig om der vergetelheid ontrukt te worden?

jacob casper metzlar,

Nu Pred. te Harlingen.

Harlingen,

den 13 January 1796.