Genees- en Staatkundige Verhandeling over de Oorzaaken, waarom zoo weinig Drenkelingen in 't Leeven hersteld worden. Door S.G. Vogel, Hertoglyk-Meklenburgschen Hofraad, Leeraar en Openbaar Leeraar der Geneeskunde, in de Hoogeschool te Rostok, enz. Vooraf gaat een zeer merkwaardig Geschiedverhaal nopens een Kind, te Hamburg, na verloop van een half uur, voor dood uit het Water gehaald, en gelukkig gered. Uit het Latyn vertaald. Te Haarlem, by E.W. Cramerus, Jun., 1795. In gr. 8vo. 100 bl.
Dit Werkje strekt, voornamenlyk, om het nadeel van eene al te groote haastigheid by de poogingen ter herstelling der Drenkelingen aan te toonen. Eene fout, die maar al te dikwils by deeze gelegenheid gebeurt, schoon onwerkzaam talmen hier ook ten uitersten nadeelig is. Het ware te wenschen, dat by alle deeze gevallen een kundig en verstandig Man telkens de bestiering had, daar het altyd het leeven van een Mensch raakt. - Den Schryver heeft het nimmer moogen gebeuren, eenen Drenkeling te redden, en hy klaagt over het gemis der daartoe vereischte noodzaakelykheden. In ons Nederland hebben wy veele zeer gelukkige gevallen, zedert de opregting der menschlievende Maatschappy tot redding der Drenkelingen, met blydschap en deelneeming gezien: en veelen onzer Landgenooten hebben zich 'er op toegelegd, de vereischte kundigheden in de behandeling der Drenkelingen te verkrygen. - De 3de §. van onzen Schryver, ook anders niet zeer gepast en oordeelkundig, valt dus by ons weg: het welk ook uit de volgende 4de §. nader blykt. Van Hamburg is 'er onlangs eene nadere Beschryving van gelukkige Gevallen uitgegeeven: het geval met het Hamburger Kind, op den titel vermeld, is allezins leezenswaard. In de volgenden gaat de Schryver voort, de beletzelen op te noemen, welke de herstelling doen missen; en, schoon deeze niet alle voor ons Land berekend zyn, zal men 'er egter verscheidene leezenswaardige en zeer nuttige zaaken in vinden. De 5de en 6de §., over de kenteekenen des doods, zyn byzonder leezenswaard. - In het vervolg geeft de Schryver eene Lyst der Middelen: en in de 9de en volgenden verhandelt hy het plaatzelyke van zyne woon-