Overdenkingen van Jacobus Hinlópen, Predikant te Utrecht, over het Nut, hetwelk wy, tot onze Verootmoediging en Verbetering, uit ons Oordeel over anderen, trekken konnen, over Lukas XV:7, 1 Petr. II:2, 3, en Lukas VI:39, 40. Te Utrecht, by W. van Yzerworst, 1795. In gr. 8vo. 69 bl.
Vier Overdenkingen bevat dit bondeltje, aan den voet des Titels met No. 2. geteekend: een bewys van des Burgers hinlópen's voorneemen, om, van tyd tot tyd, vrugten van zyne pen, van gelyke grootte, in de Waereld te zenden. De eerste Overdenking, in den vorm eener Verhandelinge gegoten, voert tot Opschrift: Over het nut, helwelk wy, tot onze verootmoediging en verbetering, uit ons oordeel over anderen, trekken konnen; eene leezenswaardige Verhandeling, toonende dat de Eerw. hinlópen in de kennis van het menschelyk hart niet onbedreven is, en die veele nutte regels bevat ter bevorderinge van de zedelyke Zelfkennisse., De blydschap in den hemel, over eenen Zondaar, die zich bekeert - de voortreffelykheid der kennisse des Euangeliums, onder de benaaming van redelyke onvervalschte Melk voorgedraagen - het gevaar en het nadeel van het geleide van eenen blinden door eenen anderen blinden: deeze zyn de onderwerpen der drie volgende Overdenkingen, naar aanleiding der opgemelde Schriftuurtexten, welke hier oordeelkundig verklaard, en ten bedoelden oogmerke worden aangevoerd, - stigtelyk en gemoedelyk voor alle de zodanigen, welke in de gewoone leiding van des Eerw. hinlópen's gedagten genoegen neemen; en dit getal zal niet gering zyn, onder de zulken, die gemoedelyke Godsvrugt, gepaard met eene vlytige beoefening van de pligten der Godzaligheid, Regtvaardigheid en Maatigheid, op Euangelische gronden, en uit eerbied voor den Zaligmaaker, als de hoofdbedoeling van den Christlyken Godsdienst aanmerken.