Redevoering ten betooge, dat Jezus de Leeraar is van die Godsdienstige Verlichting, welke thans in Europa doordringt. Uitgesproken in eene byeenkomst van vrye Christenen. By verscheiden Boekverkoopers. In gr. 8vo, 38 bl.
Aan het hoofd deezer leezenswaardige Redevoeringe staan de woorden van jezus: Ik ben het licht der Weereld. Die my volgt, zal in de duisternis niet wandelen, maar zal het licht des levens hebben. Naar aanleiding van deeze woorden, doet de Redenaar, in de eerste plaats, den besten Leeraar jezus als den grooten Verlichter kennen; schetzende zyne Leere, in de meest belangryke byzonderheden, in volkomene overeenstemming met de begrippen, welke zich de waare Wysbegeerte omtrent den redelyken, Gode en den menschen waardigen, Godsdienst vormt. Vervolgens ontvouwt hy, breedvoerig, hoe reeds zints de vroegste tyden, de redelyke leeringen en heilzaame bedoelingen wierden tegengewerkt, door de voorstanders van eene verkeerde Wysbegeerte, van eene Godlooze Staatkunde, en door baatzuchtige en onwaardige Leeraaren van den Godsdienst. Op rekening der Grooten en Magtigen stelt de Redenaar voornaamlyk de verbastering van het echte Christendom. ‘Uit Staatkunde, schryft hy, werd dat verschrikkelyk wangedrogt, de zoogenaamde heerschende Kerk, geboren. - Staatkunde deed de Synoden en Kerkelyke Vergaderingen