Vaderlandsche letteroefeningen. Jaargang 1793
(1793)– [tijdschrift] Vaderlandsche Letteroefeningen– AuteursrechtvrijLeevensberigt van den heere Brook Taylor, L.L.L.F.R.S., en voor eenigen tyd Secretaris van de Koninglyke Societeit.‘Nimmer zyn de Engelschen, een Volk zo voorbeeldlyk in Letterverdiensten te vereeren en te beloonen, agterlyk in de opgave der Leevensbeschryvingen van uitsteekende Mannen, die ten eenigen tyde onder hun opstonden en uitblonken. Dr. prook taylor, nogthans, die, in den aanvang deezer Eeuwe, bloeide, een Tydgenoot en Vriend van keil, halley en newton, die nevens hun de Natuur- en Wiskunst beoefende, en de Wysbegeerte des laatstgemelden by den Buitenlander bekend maakte, dezelve verdedigde tegen leibnitz en de bernouilles, die de hoogvliegende Bovennatuurkunde van malebranche bestreedt, en zich aankantte tegen de groovere stellingen der Duitscheren, is der kennisneeming van de Engelsche Leevensbeschryveren ontgaan. Mismoedigd mogelyk door de bezwaarlykheid om de noodige bescheiden tot bouwstoffen in te winnen, hebben zy meer dan eene halve Eeuw laaten verloopen, zonder iets toe te brengen om den Naam en het Character diens Mans voor de vergetelnisse te bewaaren, en het overgelaaten aan de Gedenktekens, die hy in zyne Schriften voor zichzelven heeft opgerigt. William steward, Esq. door zommige Fransche Academisten, vóór omtrent drie jaaren, aangezogt om eenige naaspeuringen ten opzigte van deezen Wiskundigen te werk te stellen, heeft de Kleinzoon van Dr. taylor, Sir william young, Bart. F.R.S.A.S.S., daaraan wel willen vol- | |
[pagina 373]
| |
doen, en eene Leevensschets zyns Grootvaders gegeeven, geplaatst voor een Naakomend Werk diens Geleerden, getyteld: Contemplatio Philosophica, ten deezen jaare te Londen gedrukt, maar niet uitgegeeven; daar 'er slegts honderd afdrukken, voor Vrienden geschikt, in weezen zyn. De Schryvers van the Monthly Review, één deezer gekreegen en geleezen hebbende, lieten niet na, in hun Maandwerk, het hunne toe te brengen tot het nader bekend maaken van deezen hunnen gedagteniswaardigen Landgenoot, en zullen wy geenen ondank, zo wy vertrouwen, by onze Nederlandsche Leezeren behaalen, met een Man, die als een eerst Licht der opluikende Weetenschappen, in 't begin deezer Eeuwe, scheen, ook by hun te doen kennen, en deezer Leevensschetze, uit het gezegde Engelsche Maandwerk ontleend, onder onze Leevensbeschryvingen eene welverdiende plaats in te ruimen.’
* * * * *
Dr. brook taylor werd den achttienden van Oogstmaand des Jaars MDCLXXXV, te Edmonton, gebooren. Hy was de Zoon van john taylor, Esq. van Bifronshouse, in Kent, verwekt by olivia, Dogter van Sir nicholas tempest, van Durham, Baronet. Zyn Grootvader, nathaniel taylor, was een dier Puriteinen, dien cromwell geschikt oordeelde, by eenen Brieve, gedagtekend veertien Juny MDCLIII, te verkiezen, om het Landschap Bedfort in het Parlement te vertegenwoordigen. Het Character des Vaders van onzen Dr. taylor hadt niet weinig van de stugge styfheid zyner Voorvaderen overgeërfd, veroorzaakt door de geestgesteltenis der tyden, waar in zy leefden: aan deeze oorzaak kent de Zoon de onmin toe, welke zomtyds tusschen hem en zyn Vader rees. Des ouden taylor's grommige geäartheid werd, egter, gelenigd door de verzagtende toonen der Muzyk; en de bekwaamste Meesters in die kunst, ten dien dage, werden als welkome gasten in diens huis ontvangen. Zyn Zoon werd, zo wel door zyn natuurlyken trek, als door de gesteltenis zyns Vaders, dien hy door alle mogelyke middelen wenschte op hem wel te vrede te maaken, aangezet, om zich byzonder op de Muzyk toe te leggen, en hy vorderde, reeds zeer vroeg, daar in op eene | |
[pagina 374]
| |
uitsteekende wyze. In een groot Familiestuk wordt hy, dertien jaaren oud zynde, vertoond, zittende te midden van zyne Broeders en Zusters, welker twee oudste, olivia en maria, hem met een Lauwertak bekransen, ten teken van onderlinge liefde en eensgezindheid. By de Muzyk voegde hy eene andere Kunst, waar in hy desgelyks uitmuntte. ‘Zyne Tekeningen en Schilderyen,’ (op dat wy hier de eigene woorden zyns Kleinzoons bezigen) ‘in onze Familie bewaard, vorderen de verschooningen niet, wegens misslagen of onvolmaaktheden, met welke wy de Werkstukken, zelfs van de uitsteekendste Dilettanti, beschouwen. - Zy kunnen den toets der beoordeeling van Kunstenaaren zelve verdraagen, en die der eerste Vernuften in het behandelen van Tekenpen en Penceel.’ Schoon de jonge Heer taylor dus reeds vroeg in Muzyk en Tekenkunst uitstak, werd zyne geheele aandagt niet bezig gehouden door deeze zov eel betoverings in zich hebbende Kunsten. Zyne Taalgeleerde Opvoeding ontving hy aan 's Vaders huis, onder 't opzigt van eenen byzonderen Leermeester. Ze groot waren zyne vorderingen in de gewoone takken der Taalgeleerdheid en der Wiskunde, dat hy, vyftien jaaren bereikt hebbende, bekwaam geoordeeld wierd om na de Hoogeschool te gaan. Met den Jaare MDCCI betradt hy die van Cambridge. 't Was ten dien dage, dat de Wiskundige Weetenschap pen meer byzonder de aandagt der Hoogeschoole trokken; en de voorbeelden van uitmuntenheid in de Geleerde Wereld, ontstaande uit dien tak der Weetenschappen, wekten de opmerking, en prikkelden den yverzugt, van elk Jongeling, met talenten en werkzaamheid begaafd. Wy mogen vaststellen, dat taylor, van het uur af dat hy te Cambridge in St. John's Collegie den voet zette, den weg opsloeg welken een machin, een keil, en bovenal een newton, voor 's Menschen verstandsbeoefening geopend hadt, als strekkende tot het doen van ontdekkingen in het Hemel-stelzel. Dat hy zich vroegtyds op deeze Studien bevlytigde, en onafgebrooken daar in volhardde, mag men opmaaken uit de gemeenzaamheid en vriendschap, waar mede die uitsteekende Mannen hem vroeg vereerden, als mede uit de verbaazende vorderingen, welke hy maakte in hunne meestgeliefde Weetenschap. In den Jaare MDCCVIII schreef hy zyne Verhandeling, over het Middelpunt der Slingering, eenige jaaren laater in de | |
[pagina 375]
| |
Philosophical Transactions gedrukt. In 't volgend jaar verkreeg hy de Waardigheid van Batchetor in de Regten. In 't Jaar MDCCXII werd hy tot Lid van de Koninglyke Societeit verkooren. In deezen tusschentyd hieldt hy Briefwisseling met den Hoogleeraar keil, over verscheide der afgetrokkenste Onderwerpen in de Wiskunde. Zyn Kleinzoon berigt ons, dat hy een Brief bezit, gedagtekend in het Jaar MDCCXII, gerigt aan den Heer machin, behelzende eene breedvoerige Oplossing van kepler's Voorstel, en aanwyzende welk een gebruik van die Oplossing kan gemaakt worden. Ten deezen jaare boodt hy drie onderscheide Verhandelingen der Koninglyke Societeit aan, een over de Opklimming des Waters tusschen twee glazen oppervlakten; een tweede, over het Middelpunt der Slingeringe; en een derde, over de Beweeging van een gespannen Snaar. Het blykt uit zyne Briefwisseling met keil, dat hy, in den Jaare MDCCXIII, een Geschrift over zyne geliefde uitspanning, de Muzyk, aanboodt; doch dit is in de Philosophical Transactions niet bewaard. Dit zyn eenige der geleerde Voortbrengzelen van den Heer taylor, omtrent dit tydperk; dan zyn Leevensbeschryver bekent, niet in staat te zyn om den verscheiden en onvermoeiden arbeid van taylor's vrugtbaaren geest op te tellen. Zyne boven allen uitsteekende vordering in die takken van Weetenschap, welke toenmaals de aandagt der Koninglyke Societeit meest trokken, en in geschillen met Buitenlandsche Academien inwikkelden, prees hem by de voornaamste Leden aan, en werd hy, in 't Jaar MDCCXIV, tot Secretaris van dezelve aangesteld. In dit jaar beklom hy te Cambridge den trap van Doctor in de Regten. Omtrent deezen tyd stelde hy Sir hans sloane ter hand, een Verslag van eenige keurige Proefneemingen, betrekkelyk tot den Zeilsteen; 't welk, egter, niet, dan naa 't, verloop van eenige jaaren, overgeleverd werd aan de Societeit, en in de Transactions geplaatst. Onvermoeid was zyne bevlytiging in die Weetenschappen, tot welke zyne geneigdheid overhelde; want wy vinden, dat hy, in 't Jaar MDCCXV, in 't Latyn, zyn Methodus Incrementorum in 't licht gaf; als mede eene keurlyke Proeve, in de Philosophical Transactions bewaard, getyteld: Verslag van eene Proeve, ter ontdekking van de Wetten der Aantrekking van den Zeilsteen; als mede eene Verhandeling, welbekend by de Wiskundigen, en hoog- | |
[pagina 376]
| |
geschat by de bevoegdste Regters, over de Beginzelen der Rechtlynige Perspectief. In 't zelfde jaar (zo groot waren zyne bewonderenswaardige Talenten, en zo geschikt om zich naar onderscheidene Onderwerpen te voegen) hieldt hy een Twistgeschrift met den Graave raymont de montmort, over de Stellingen van malebranche, 't welk te wege bragt, dat hy met naame genoemd wordt in de Lofreden, by de Fransche Academie uitgesprooken, over den dood van dien uitsteekenden Bovennatunrkundigen. De Nieuwe Wysbegeerte van newton, gelyk dezelve toen genaamd werd, trok de aandagt der Wiskundigen en Wysgeeren binnen en buiten 's Lands. Te Parys stondt dezelve in de hoogste agting, en de Wysgeeren, te dier Stede, verlangden den geleerden Secretaris van de Koninglyke Societeit in persoon te kennen, als wiens verdiensten zo algemeen erkend werden, en die zich beroemd gemaakt hadt in het Leibnitziaansche, of Duitsche, geschil, ten dien dage. - In gevolge van veele dringende uitnoodigingen, besloot Dr. taylor zyne Vrienden te Parys, in 't Jaar MDCCXVI, te bezoeken. Hy werd met alle mogelyke blyken van genegenheid en hoogagting ontvangen, en hadt veelvuldige gelegenheiden om de trekken ten toon te spreiden, die hem deeden kennen voor een Geleerden in 't algemeen, voor een diepdenkend Wiskundigen, en teffens een Heer van fatzoen. Zyn gezelschap werd gezogt, door allen, die eene gesteltenis bezaten, om de aangenaamheden des gezelligen leevens te smaaken, of begaafdheden, om daar aan iets toe te brengen. Behalven de Wiskundigen, tot welken hy altoos den vryen toegang hadt, werd hy ingeleid by den Lord bolingbroke, den Graaf de caylus, en den Bisschop bossuet. ‘Hy nam door zyn eerste voorkomen in; hy behaagde, bekend geworden, langs hoe meer; en de gunstige indrukken, welke hy maakte door zyn Vernnft en Bekwaamheden, bevestigde hy, in verderen ommegang, door de hem eigene hoedanigheden van Goedwilligheid en Braafheid.’ - Uit eenige Brieven van bolingbrokb blykt, in hoe hoog eene agting hy stondt by zyne Lordschap; en hoe zy door banden van vriendschap aan elkander gehegt waren. - Onder de Dames, die Dr. taylor met eene byzondere hoogagting vereerden, mogen wy noemen marcilly de villette en | |
[pagina 377]
| |
Miss brunton, de schoone en kundige Nigt van Sir isaak newton. Reeds vroeg, in 't Jaar MDCCXVII, keerde hy weder na Londen, en stelde drie Verhandelingen op, die der Koninglyke Societeit aangeboden, en in het XXXste Deel der Transactions uitgegeeven, werden. - Omtrent deezen tyd hadt zyne vlytige Letteroefening zyne gezondheid in eene merklyke maate verzwakt, en hy vondt zich genoodzaakt, ter uitspanning en beterschap, na Aken te gaan. - Zyne begeerte zich uitstrekkende om zyne aandagt meer te vestigen op Onderwerpen van eenen Zedelyken en Godsdienstigen aart, lag hy zyne post, als Secretaris van de Koninglyke Societeit, neder, in den Jaare MDCCXVIII. In Engeland, met den Jaare MDCCXIX, wedergekeerd, lag hy zich toe op Onderwerpen, zeer verschillende van die, welke zyne gedagten bezig gehouden hadden in zyn vroeger leeftyd. Onder Dr. taylor's Papieren, van deezen tyd, vondt zyn Kleinzoon brokken eener Verhandelinge over de Joodsche Offeranden; en eene vry breedvoerige Verhandeling over de geoorlofdheid van Bloed te eeten. Nogthans liet hy de vroegere voorwerpen zyner Studien niet geheel vaaren; maar besteedde zyne snipperuuren in Weetenschap met Kunst te paaren: met dit oogmerk herzag en verbeterde hy zyne Verhandeling over de Rechtlynige Perspectief. Tekenen bleef zyn geliefde uitspanning tot het einde zyns leevens; en het is niet onwaarschynlyk, dat dit dierbaar leeven verkort werd door het gestadig zitten, 't welk deeze uitspanning, zyne ernstiger Letteroefeningen vervangende, medebragt. ‘Hy tekende met veel naauwkeurigheids en schoonheids. Landschappen hadden by hem den voorrang. Zyne oorspronglyke Landschappen zyn meest gekleurd met Waterverwen, doch met al de rykheid en sterkte van Olieverwen. Zy hebben een kragt van kleur, een losheid van behandeling, eene verscheidenheid van grondvlakten en afstanden, eene stipte inagtneeming van alle deelen der Perspectief, die alle Kenners, welke deeze Stukjes gezien hebben, bewonderen. Eenige dier Stukjes zyn Compositie (Zamenstelling) andere naar de Natuur, en het algemeene kenmerk van de uitwerking, welke zy baaren, mag dus omschreeven worden, dat de stoute voorgronden van salvator rosa agterwaards deinzen door eene opeenvolging van afstanden, | |
[pagina 378]
| |
en verzagt worden door de zagtsmeltende eenstemmigheid, die de Stukken van gaspar poussin onderscheiden. De kleine Beelden, die de Landschappen stoffeeren, zouden het penseel van den netten nicholas geene oneere aangedaan hebben.’ Het Werk van Dr. taylor, over de Rechtlynige Perspectief, werd berispt door den Heer bernouilli, in eene Verhandeling, geplaatst in de Acten van Leipzich, ‘als te afgetrokken voor allen, en als onverstaanbaar voor Kunstenaars, voor welke het in 't byzonder geschreeven was.’ Men moet bekennen, dat dit uitsteekend Werk, (want dien bynaam verdient hetzelve,) niet berekend was voor 't peil der Tekenaaren en Schilders in 't algemeen; maar het werd hooggeschat by de Wiskundigen. - Drie Uitgaven zyn 'er van voorhanden; het is thans schaars te bekomen, en eene nieuwe Uitgave daar van, naar de laatste en beste, zou een aangenaam geschenk weezen. Mr. kirby heeft, nogthans, dit Werk duidelyker, en voor allen geschikter, gemaakt, in zyne Verhandeling, getyteld: b. taylor's Perspective made easy; en dit Boek, de Beginzels van het oorspronglyk Werk ontvouwende en ophelderende, is het Handboek der Kunstenaaren geworden. Dr. taylor werd moeilyk over den haatlyken aanval van bernouilli, en gaf eene Verdediging op de Tegenwerpingen van j. bernouilli, in het XXXste Deel van de Philosophical Transactions. Dit geleerd Geschil werd met niet weinig hevigheids voortgezet. Wy hebben geen reden om te twyfelen aan Dr. taylor's eischen op de onbesliste ontdekking der Wyze, door hem beschreeven, schoon hy de oorspronglyke Vinder niet is. De wyze was lang te vooren gemeen gemaakt door guido ubaldi, in diens Perspectief, te Pesaro, in den Jaare MDC gedrukt, waar dezelve zeer klaar wordt voorgesteld, bevestigd door schoone betoogingen, en daadlyk toegepast op de kunst, om Schermen voor het Tooneel te tekenenGa naar voetnoot(*). Omtrent het einde des Jaars MDCCXX, aanvaarde Dr. taylor de uitnoodiging van Lord bolingbroke, om eenigen tyd te la Source door te brengen, een Landgoed niet verre van Orleans, 't geen zyne Lordschap | |
[pagina 379]
| |
bezat, uit regt zyner Huisvrouwe de Weduwe van den Markgraaf de villette, Neef van Madame de maintenon. Geduurende zyn verblyf op dit heerlyke Landgoed, bevestigde en bekragtigde hy de vriendschap met de edele Eigenaars, die zo lang zy leefden duurde. In het volgend jaar keerde hy na Engeland te rug, en gaf het laatste Stuk uit, 't welk met zyn naam voorkomt in de Philosophical Transactions; het behelsde eene Proeve, om de maate van Uitzetting van Vogt in den Thermometer, ten aanziene van den Graad der Hette, te bepaalen. Dr. taylor trouwde, in den Jaare MDCCXXI, aan Miss bridges, van Wallington, in het Landschap van Surrey, eene jonge Juffrouw van eene goede Familie; doch van geringe middelen. Deeze Egtverbintenis veroorzaakte een vriendschapsbreuke met zyn Vader, wiens toestemming hy daar toe niet hadt kunnen verwerven. De dood van deeze zyne Egtgenoote, in den Jaare MDCCXXV, en die van een Zoon, welken de Ouders aanzagen als een voorteken en een onderpand eener verzoening met den ouden Heer taylor, en die het daadlyk was, trof Dr. taylor op het diepste. De twee volgende jaaren bragt Dr. taylor door by zyn Vader, te Bifrons, ‘waar de Muzykpartyen, zo zeer in zyn smaak vallende, zo overeenkomende met zyne vroege geneigdheid, en de minzaame bejegeningen eens talryken Gezins, eenen beminnelyken Broeder verwelkomende, die zo lang, door 's Vaders opgevatten wrok, als vreemd geweest was, niet alleen zyne zorgen lenigden, maar in 't einde hem overhaalden tot het verblyf op 't land, en om in den schoot des Huislyken leevens zyn geluk te zoeken.’ Met den Jaare MDCCXXVI tradt hy in eene nieuwe Verbintenis, en trouwde, onder de volkomene goedkeuring van zynen Vader en Familie, sabetta, Dogter van john sawbridge, Esq. van Olanting, in Kent. By den dood zyns Vaders, in den Jaare MDCCXXIX, volgde hy deezen in 't bezit des Familiegoeds Bifrons. Eén jaar daar naa, verloor hy zyne tweede Egtgenoote in het Kraambedde. De Dogter, naa welker verlossing dit hem zeer bedroevend voorval plaats greep, was de Moeder van Sir william young, aan wien wy de Gedenkschriften zyns Grootvaders, uit welke wy dit Leevensverslag ontleenden, te danken hebben. | |
[pagina 380]
| |
In den tusschentyd van de Jaaren MDCCXXI en MDCCXXX vinden wy geen Geschrift van Dr. brook taylor in de Philosophical Transactions, en gaf hy, in dat tydsverloop, geen Werk, hoegenaamd, uit. Zyn Leevensbeschryver heeft geen spooren van Letterarbeid, in dit tydvak, gevonden, dan eene Verhandeling over de Logarithmen, die overgegeeven was aan zyn Vriend Lord paisley (naderhand abercorn), om ter Drukpersse vervaardigd te worden; doch, waarschynlyk, is dezelve nooit gedrukt. Zyne gezondheid was thans zeer verzwakt; uitspanning werd hem noodzaaklyk; en nieuw aangegaane verbintenissen trokken hem af van de hebbelykheid dier gezette Letteroefeningen, welke het voorgaande gedeelte zyns leevens kenmerkte, en veel toebragten tot het verkorten van 't zelve. Gelukkig in den gezelligen kring van huislyk genot, en zich tot bezigheid of verlustiging, zo de omstandigheden medebragten, bepaalende, nam zyne bevlytiging, en het staan na Lettereere, af. Niet lang overleefde hy het verlies zyner tweede Egtgenoote, en zyne volgende dagen waren dagen van toeneemende zwakheid en kommer. De Proeve, getyteld: Contemplatio Philosophica, thans in 't licht gegeeven, schynt omtrent deezen tyd geschreeven, en naastdenklyk met oogmerk, om zyn geest af te trekken van smertende herinneringen. Dexelve is de pooging van een kloek verstand, en een merkwaardig voorbeeld van den bondigen redeneertrant eens Wysgeers, toegepast op Bovennatuurkunde. Maar de slag hadt zyn hart eene te diepe wonde toegebragt, dan dat de Studie hem meer dan eene verligting voor een tyd kon bezorgen. Het hulpmiddel zelve was naadeelig, en het gezette denken verhaastte het afneemen van zyne gezondheid. Zyne Vrienden wilden hem alle hulpe bieden. Lord bolingbroke drong zyne vertroostingen aan, en zogt zyns Vriends ziel de droefheid, over 't gemis zyns Huislyken genoegens, te doen vergeeten, door de aangenaamheden der vriendschap, te Dawley; hy deedt het met eene bezorgdheid, die de tederheid van het hart deezes Staatsmans in een onbetwistbaar licht stelt. De oplettenheid en diensten zyner Vrienden konden, egter, de nadering van 's Mans ontbinding niet beletten. Zyne tweede Egtgenoote weinig meer dan één jaar overleefd hebbende, stierf Dr. taylor op den negen en twin- | |
[pagina 381]
| |
tigsten van Wintermaand, des Jaars MDCCXXXI, in het zes en veertigste jaar zyns Ouderdoms. Hy werd begraaven op het Kerkhof van St. Ann's Soho. - ‘Ik ben,’ schryft zyn Kleinzoon, ‘ontheeven van de moeite, om deeze Leevensschets te besluiten met eene breede opgave van 's Mans Character - daar hy, in den uitgestrektsten zin, de pligten, betrekkelyk tot elken Leevensstand, waarin hy zich bevondt, volbragt, wyzen zyne eigene Schriften, en de Schriften der geenen, die hem best kenden, uit, dat hy een zeer goed Christen, een braaf Heer, en een Geleerde, was!’ |
|