Dankt uwen liefderyken Vader! want duizenden hebben door het woedende Oorlogsvuur hun leeven moeten eindigen. - Ongelukkige Krygsknegten zyn ten slagtoffer geworden. - Het snorrend Lood, het balderend Kanon, of het scherp gesleepene Zwaard, heeft zoo veele bedroefde Weduwen, bedrukte Moeders, en vaderlooze Kinderen, doen worden, en wy - wy leeven noch.
Dankt uwen God! want hoe veelen zyn in het verdweenen jaar in de uiterste armoede en elenden gedompeld, daar eene woedende vlamme alle hunne Bezittingen vernielde, eene allerverschrikkelykste brand hun geheele Welvaart verteerde! en wy - wy verheugen ons noch in onze tydelyke Bezittingen.
Dankt ook uwen God! - gy die u noch in het byzyn van uw lief dartlend Kroost verheugt, daar zoo veele Ouders hunne dierbaare telgen, door de alvernielende Kinderziekte, of andere toevallen, hebben moeten verliezen, en zy die, by den aanvang van het verloopene jaar, noch hunne hoop en verwachting uitmaakten, zyn nu verdweenen, hunne plaats is ledig, en de weenende bedrukte Moeder zit by het ledige Wiegje van haaren lieveling.
Dankt uwen God! - gy welgepaarde Echtgenooten, daar gylieden u noch in elkanders aanminnig by zyn moogt verheugen: hoe menig een Man zag zyne Vrouw, hoe menig een Vrouw haaren Man, door de onverbidlyke onverzoenbre dood, wegrukken - hoe menige Weduwe zugt, daar zy, by het missen van haaren dierbren Echtgenoot, ook te gelyk haar gantsch tydelyk bestaan ziet ophouden, en armoede haar onvermydelyk lot geworden is: - Plannen en ontwerpen vormden zy in het heengevloogen jaar, dan de dood klopt aan, maakt een einde aan alle hunne uitzigten; hun vereenigd byzyn wordt verbroken; en zie daar, hunne Huwlyksgenoegens eindigen.
Wel - dankt dan uwen God, ô Nederlanderen! die weder dit Jaar beleeven, in gezondheid, en allen voorspoed. Dan, op welk een wys erkent uwe dankbaarheid Gods goedheen best? Wat zult gy den Heere uwen God vergelden voor alle zyne groote weldaaden aan u beweezen? Wel, laat het aandenken van den zegen, dien gy geniet, u ten spoorslag strekken, om waarlyk deugdzaam te leeven, voorbeeldelyke Christenen, en waardige Burgers, te zyn; verbetert ten dien einde uwe gebreklykheden en pligtverzuimenissen, op dat het nieuw begonnen Jaar u ook in nieuwigheid des levens wandelen doe. Houd u overtuigd dat God niet den dienst uwer lippen begeert, maar eenen reinen levenswandel, liefde tot den naasten, en aanbidding in geest en waarheid, om u hier door dikwerf de tegenwoordigheid van Hem te herinneren, die harten en nieren beproeft. - Wie weet of wy thans het laatste Jaar van ons leven niet beleeven, en - of in dit Jaar de rol onzes