Vaderlandsche letteroefeningen. Jaargang 1793
(1793)– [tijdschrift] Vaderlandsche Letteroefeningen– AuteursrechtvrijStaatkundige Aanmerkingen, over de tegenwoordige omstandigheden, door J.P. Rabaud,om te dienen ten Vervolge der Geschiedenis der Fransche Staatsomwenteling. Te Parys by H.J. Janssen, en te Leyden by A. en J. Honkoop, 1792. In gr. 8vo. 50 bl.De Schryver van de Beknopte Geschiedenis der Fransche Staatsomwenteling, onlangs door ons aangekondigdGa naar voetnoot(*), kent den oorsprong deezer Staatkundige Aanmerkingen daar aan toe, dat, terwyl hy met het schryven des opgemelden Werks bezig was, hem eenige Aanmerkingen in den zin kwamen, welke de leiddraad en kortheid van het verhaal hem noodzaakten agterwege te laaten. Hy betuigt 'er eenigen uitgekoozen te hebben, om dezelve in een Bundel uit te geeven, en dezelve aan te bieden in dien eenvoudigen en onopgecierden styl, welke hem eerst uit de pen vloeide. Drie-en-zestig Aanmerkingen bevat dit Boeksken. De laatste is, als 't ware, de Text, waarop alle de overige rusten, en begreepen in deeze woorden: ‘De Geschiedenis der Fransche Staatsomwenteling is eene Verzameling van Voorspellingen.’ Zommige deezer Aanmerkingen staan op zichzelven, en behelzen Staatsspreuken; anderen hebben met elkander zekeren zamenhang; alle zyn ze te nedergesteld met die stoutheid aan de pen des Eerwaardigen rabaud's eigen, en prediken de waarheden der Volksverlichting met luider keele. De Geschiedenis van vroegeren tyde, zo wel als de Ondervinding deezer dagen, geeven hem stoffe, door Menschkunde verwerkt, en t'huis gebragt op de Fransche Staatsomwenteling met derzelver gevolgen, welke in deezen geweezen Leeraar der Protestanten, te Nimes in Languedoc, voorheen Afgevaardigde ter eerste Volksvergadering in Frankryk, en tegen- | |
[pagina 80]
| |
woordig Lid van de Nationale Conventie, eenen volyverigen Voorstander en Verdeediger vindt, die harde zaaken doet hooren aan Vorsten, aan Adel, en aan de Priesterschap. Men luistere na den Heer rabaud zelve. ‘De achttiende Eeuw heeft groote veranderingen in de menschlyke gevoelens voorbereid, en gevolglyk eene omwenteling, wiens beginzels zich in America en Frankryk vertoond hebben. Zy heeft in America weinige hinderpaalen gevonden: wyl dit land nieuw, van nabuuren en van vooroordeelen ontbloot zynde, geene dier oude gedenktekenen aanbood, welke de oudste meeningen eerbiedenswaardig maaken, en omdat men van elders Menschen derwaards gevoerd had, welke byna van ééne en dezelve staat waren, en door wederzydsche behoeften geneigd, om zich by een te voegen. De vooroordeelen eener Maatschappy, welke zy reeds uit het oog verlooren hadden, waren in de nieuwe Maatschappy uitgedoofd; zy bevondt zich, zo wel in 't Zedelyke als in 't Burgerlyke, in eene andere Waereld - Daarom is juist het tegendeel in Frankryk gebeurd. * Frankryk heeft deszelfs Staatsverandering niet voltooid, maar begonnen. * De verandering in de denkwyze, welke eenen aanvang neemt, rust geheellyk op deeze twee woorden, Evengelykheid en Vryheid. De Staatkundige denkwyze is tot nu toe gevestigd geweest op deeze twee andere grondbeginzelen, Ongelykheid van Rechten en Slaverny; doch de overgang van deeze denkwyze tot de eerstgenoemde moet gekenmerkt zyn, door den sterksten tegenstand van wegen alle die geenen, welke door eigenbaat of vooroordeel aan de oude denkwyze gehecht zyn, en dus door de drie vierde gedeelten der verlichte Gewesten, en door alle, in Landen, welke het nog niet zyn. Men brenge zich dien Monarch van Asien te binnen, welke in lachen uitberstte, toen een Venetiaan hem verhaalde, dat zyn Land zonder Koning geregeerd wierd. Men redeneert niet veel beter in de helft van Europa. * Het tydstip der Staatsomwenteling, welke op het | |
[pagina 81]
| |
eind der achttiende Eeuw begonnen is, zal zich hegten aan de Verklaaring der Rechten van den Mensch. Schoon slechts deeze van het Fransche Staatsgestel mogt overblyven, zal echter deeze Verklaaring boven dryven; niet tegenstaande alle overstroomingen, zal zy ergens wederom het hoofd opheffen. Zy is in America ligtlyk gevestigd geweest, wyl 'er noch Koningen, noch Priesters, noch Leeraaren, noch Edelen waren, om haar te bestryden; maar toen zy de zee overgestooken is, om aan de oude Waereld aan te landen, en in 't midden van wyduitgestrekte en volkryke Steden; toen zy zich heeft willen nederzetten in Landen overkropt van Hoofdkerken, van Abtdyen, van Toorens, van Kasteelen, van Fortressen, van Kloosters van allerlei gedaante, en niets dan verstandigen en het Volk ten haaren voordeele vindende, toen heeft zy noodwendig de hevigste aanvallen moeten ondervinden. * Zie hier een groote twist, tusschen de achttiende en negentiende Eeuwen, om naamlyk te weeten of de Volkeren het eigendom der Vorsten zullen zyn, of deeze aan de Volkeren zullen toebehooren; of het gezag ingesteld zy tot vermaak der Regeerders, of tot het welzyn der geenen, welke geregeerd worden. * Deeze twee stellingen zullen lang betwist worden, ter eene zyde door Wysgeeren, ter andere door Vorsten. Doch deeze zullen in den aanvang voordeel behaalen, om dat zy, gelyk men zegt, met welgevulde handen pleiten. Deeze gevegten zullen onweders zyn, welke de Omwenteling doen ryp worden. * Men brengt wel menschen om, dat is het droevig eigendom van het ambt van Koning; doch men dood geene denkwyzen: men doet ze ook niet te rugge deinzen: want naa eene groote slachting van menschen, en alle de akelige moorden, welke de helden zullen bedreeven hebben, zullen 'er noch Koningen, noch Beulen, noch zelfs Priesters zyn, welke zullen kunnen uitwerken, dat men niet gedagt heeft 't geen gedagt is geweest, dat men niet gezegt heeft 't geen gezegd was. Zy zullen, derhalven, de waarheid moeten smooren, Inquisitiehoven oprichten, de Drukperssen door geheel Europa doen stil staan, den mond sluiten | |
[pagina 82]
| |
aan de Engelschen en andere vrye Volkeren, en Noord-America vernietigen. Deeze Oorlog tegen de Rede is dus eene dwaasheid, gelyk zo veele Oorlogen, welke een einde neemen met den ondergang van die ze verwekt hebben. De goede la fontaine zeide reeds lang voorheen: In alles moet men 't eind betrachten!’ |
|