met het grondigst bezef van Eer, met de keurigste onderscheiding van Regt en Onregt, verwaarloosd en beleedigd, niet over de bitterheid haars bestaans, de bedrieglykheid der aardsche vooruitzigten, of den staat der menschlyke dingen.
Flavia is een Weduwe van groot Vermogen, staat bekend voor Edelmoedig, en Goedaartig, door haare Edelmoedigheid worden haare Afhangelingen losbandig, en haare Dienstboden slof: haare Goedaartigheid geeft aan luiheid en ondeugd, 't geen hadt moeten strekken, om verleegenen te redden, verdiensten te beloonen, en vlytbetoon aan te moedigen.
Priscilla, haar Zuster, is van een geheel tegenovergesteld Character; kwaadaartig, bits, wakker, vreezende dat haare Goedheid kwalyk besteed zal worden, heeft zy tot nog niet gewaagd, die te betoonen; en dewyl het eens menschen leeven vereischt, om de wezenlyke waarde te kennen van een behoeftig voorwerp, bespaart zy haare liefddaadigheid tot haaren laatsten dag, en in haar Uitersten wil heeft zy veele Legaaten besprooken aan eenige arme oude Vrouwen, die nu reeds over de zeventig jaaren zyn.
Melissa is een dier Vrouwen, die zich meer onderscheiden, door 't geen zy niet hebben, dan door 't geen zy bezitten. Haare weezenstrekken zyn niet ontbloot van regelmaatigheid, maar missen beminnelykheid; haare gestalte derft geen evenredigheid, maar bevalligheid; haare stem is niet wanluidend, maar onbevallig. Zy mag, in den uitgestrektsten zin, gezegd worden, alles geleerd te hebben; maar dezelfde laage toon, op welken haar Character gestemd is, straalt door in alles wat zy doet. Haare tekeningen, nauwkeurig en net voltooid, ontbreekt het aan kragt van uitdrukking; haare vertaalingen, getrouw en niet oncierlyk, mangelt het aan geest; desgelyks haare aanmerkingen, hoe zeer steunende op het geen zy door leezen en goed gezelschap heeft opgedaan, aan belangrykheid.
Antonio is in de daad de ligtgeloovigste Man in de wereld. 't Is waar, als gy hem een edelmoedig bedryf, een smertlyk geval, of eene slegte behandeling, u overgekomen, verhaalt, hy schynt te twyfelen; doch 'er is geene vleiery ten zynen opzigte, hoe grof en onaanneemelyk, of hy omhelst ze. Bewonder zyn Verstand, (en nooit was 'er een verwarder,) spreek van zyne Deugden, (en niemand bezit 'er minder,) verhef zyn gedrag, (en 't is altoos ongeregeld en bestraffenswaardig geweest,) en gy kunt zeker zyn, waar van - van zyn Hart? - van zyn Beurs? Neen: van zyn Oor!