Het God verheerlijkend Musiek der Kristenen, of Redenvoering ter Inwijing van 't Nieuw Orgel, in de Luthersche Kerk te Leyden, op den 18den April 1790., uitgesprooken door W. Reuter, Leeraar der Euang. Luthersche Gemeente ter zelver plaatze. Te Amsterdam by F.C. en N.H. Konig. In quarto, 39 bladz.
Naer aenleiding van des Apostels vermaning, Eph. V. 19b. Singt en speelt den Heere in uwe harten, onderzoekt de Eerwaerde Reuter hier, (1.) waerin eigentlyk het Musiek der Kristenen bestaet? (2.) wien het gebragt moet worden? En (3.) hoe het gesteld moet zyn, zal God daardoor verheerlykt worden? Ieder dezer hoofdzaken ontvouwt de Leeraer zeer geschiktlyk, met ene oordeelkundige aenwyzing van derzelver regtmatigheid. En hierop grond zyn Eerwaerde ene ernstige toepassing, grootlyks ingericht naer de byzondere tydsomstandigheden. De uitvoering is, in alle deelen, zo wel ter zake en voldoende, dat 's Mans Leerreden wel gezegd moge worden een loflyken rang, onder die soort van Redenvoeringen, wegens dit onderwerp, te verdienen.