Vaderlandsche letteroefeningen. Jaargang 1788
(1788)– [tijdschrift] Vaderlandsche Letteroefeningen– Auteursrechtvrij
[pagina 194]
| |
Verslag van de boekdrukkunst by de Turken.(Overgenomen uit de Litterature Turchesca, van du Abba giambatista toderini.)
De Baron de tott in zyne dubbel leezenswaardige Gedenkschriften, de Turken en Tartaaren betreffende, onlangs in 't Nederduitsch uitgekomen, en door ons aangepreezenGa naar voetnoot(*), van de Letterkunde en Boekdrukkeryen, in Turkyen, spreekende, merkt op, dat de Drukkunst de bekrompen paalen, waar in dezelve bepaald blyft, zou hebben kunnen uitbreiden, dat zeker ibrahim Effendi | |
[pagina 195]
| |
deeze Kunst, zo nuttig om de Afschriften te vermenigvuldigen, hadt opgericht, dat hy zelfs verscheide Werken deedt drukken; doch die niet dan een geringen aftrek hadden, alhoewel hy dezulken hadt uitgekoozen, die den grootsten aftrek moesten belooven. Doch wat voorspoed kon men zich in de daad van eene Kunst belooven, die de bekwaamheid van hun, die men als Geleerden aanmerkte, met den eersten opslag van het oog, tot niet maakte? Zy waren rechter en party. De Boekdrukkunst kon de volmaaktheid der Lettertrekken niet bereiken, men verachtte ze, en ibrahim sloot zyn winkel.Ga naar voetnoot(*)’ De Abba giambatista toderini, die, in den voorleden Jaare, in 't Italiaansch een Werk heeft uitgegeeven over de Letterkunde der Turken, verleent ons van het beloop der Boekdrukkunst in dat Ryk, en van derzelver tegenwoordigen toestand, het volgend verslag, 't welk ter opheldering, verbetering en aanvulling van de tott's Berigt kan dienen, en waaruit wy voor onze Leezeren het gewigtigste en weetenswaardigste zullen trekken. Men heeft in Constantinopole voorheen Boeken in verscheide Taalen, als het Chaldeeuwsch, Persisch, Arabisch, Hebreeuwsch, Grieksch en Armenisch gedrukt: verscheide deezer Boeken zyn zeer zeldzaam. Het Tydperk der Drukkunst in Turkyen is het Jaar MCXXXIX hunner Hegira, 't welk met het Jaar MDCCXXVI onzer gewoone Jaartellinge overeenkomt. - Saïd Effendi, een Man van veel vernufts, twee keeren te Parys geweest zynde, om Staatszaaken te behandelen, was de Oprigter, hy werd daar in geholpen door ibrahim Effendi, een Hungaarsch Renegaat, een Groot Legerhoofd en uitsteekend Letterkundige, die, op 't voorbeeld van de aldussen en stephanussen teffens Schryver was en Drukker; hy liet Land- Zee- en Sterrekundige Kaarten snyden, en goot de Drukletters: hy was de ziel der Drukkunst by de Ottomannen. Het eerste Werk was een allernuttigst, en waar in men veel stelde, een Turksch en Arabisch Woordenboek van wanculi; en het laatste, 't welk, in dit eerste Tydperk der Turksche Drukkerye te Constatinopole het licht zag, in den Jaare MDCCXLII gedrukt, was desgelyks een Persisch en Turksch Woordenboek in twee stukken in Folio. Die Drukkery geraakte in verval en onbruik: men | |
[pagina 196]
| |
heeft, wegens de oorzaak daar van, veele vertellingen doen loopen, bezyden de waarheid. Volstrekt valsch is het, dat het Drukken by de Turken verbooden werd, op 't verzoek der Copiisten of Afschryveren. 't Is waar, een groot aantal Persoonen leeft 'er te Constantinopole enkel van het Boeken uitschryven: doch deeze lieden zyn meerendeels bezig met het overschryven van de Coran, met de Verklaaringen, de Gebeden en andere Godsdienstige Boeken, die zeer veelvuldig in gebruik zyn; deeze te drukken werd verboden. - Wanneer men hier by voegt de verbaazende hoeveelheid van Handschriften, welke de Turken onophoudelyk laaten overschryven tot voldoening aan hun smaak, tot hun bedryf en noodwendigheden, kan men gereed begrypen, dat ééne enkele Drukkery, in eene zo groote Hoofdstad, geen nadeel van eene noemenswaardige aangelegenheid kon baaren. Daarenboven zyn de Turken zeer gesteld op geschreeven Boeken: dewyl de Arabische en Turksche Letters altoos veel schooner geschreeven dan gedrukt zyn. Men heeft geschreeven Corans die vyf honderd Piasters kosten; zelfs vindt men 'er die voor duizend Sequinen verkogt worden; zo veel netheids en cieraads weeten de Boekenschryvers daar aan by te zetten. Even valsch is het, dat de Afschryvers te Constantinopole eenen opstand verwekt, en eene Drukpapiermaakery zouden verwoest hebben. De waarheid der zaake is, dat de Oorlog tegen den Keizer, toen ten tyde, alle de zorgen des Staatsbestuurs tot zich trok; de Bedienden en Werklieden der Drukkerye geraakten verstrooid; cazi ibraim, de Opvolger van ibrahim Effendi, van aanmoediging verstooken, en beroofd van de middelen om de Drukkery voort te zetten, verliet ze, en werd dezelve welhaast vergeeten. De Regeerende Sultan, den Vrede met de Alleenheerscheresse aller Russen geslooten hebbende, besloot te Constantinopole den Smaak in de Letteren te doen herleeven, en gevolglyk ook de Drukkunst. Hy gaf, ten dien einde, een Bevelschrift uit, gedagtekend elf Maart MDCCLXXXIV, 't welke eere doet aan het tegenwoordig Staatsbewind. Hy gaf 'er vryheid in, om, onder de vereischte goedkeuring, alle soorten van Boeken te drukken, mits ze niet over den Godsdienst handelden. De meeste, die zints dat Tydperk in 't licht kwamen, betreffen de Geschiedenis; doch ze zyn weinig in getal, en de Druk zelve is veel | |
[pagina 197]
| |
slegter dan die van ibrahim Effendi, wiens Werken op fraayheid mogen boogen. Maar, wat hier van ook zyn moge, de Drukkunst is in Turkyen weder verleevendigd, en zal dezelve waarschynlyk aan dat Volk gewigtige diensten doen: deeze Kunst alleen kan de Volken beschaaven en verlichten, door de vooroordeelen, welken dezelve verblinden, weg te vaagen. |
|